Zoekresultaten 2251-2260 van de 2761 resultaten

  • ECLI:NL:TNOKASS:2009:YC0493 Kamer van toezicht Assen 09/2008

    Onderzoeksplicht notarissen naar rechtsgeldigheid statutenwijziging.

  • ECLI:NL:TNOKDOR:2007:YC0489 Kamer van toezicht Dordrecht 08/06

      Verkopers van een onroerende zaak hebben beoogd kopers een brief gestuurd met daarin opgenomen een aantal voorwaarden en uitgangspunten. Van deze brief bestaan twee versies. Beide versies zijn door kopers voor akkoord getekend.   Beoogde kopers verzoeken de notaris over te gaan tot inschrijving van de koopovereenkomsten overeenkomstig artikel 7:3 lid 6 BW in de openbare registers. De notaris heeft, zonder verkopers in te lichten, een akte opgesteld, waarin hij heeft verklaard dat een koopovereenkomst tot stand is gekomen en heeft in de akte aangegeven dat hij namens partijen verzoekt beide versies van de brief in schrijven. Nu de inschrijving niet op verzoek van beide partijen geschiedde en de versies van de brief niet genoegzaam aantoonden dat een perfecte koopovereenkomst was gesloten, heeft de notaris onjuist verklaard en daarmee onzorgvuldig gehandeld. De maatregel van waarschuwing wordt opgelegd

  • ECLI:NL:TNOKDOR:2007:YC0490 Kamer van toezicht Dordrecht 01/07

      Vier aandeelhouders van een B.V. hebben een meningsverschil en vragen de notaris om tussen hen te bemiddelen. De notaris heeft deze opdracht aanvaard. Klager, één van de aandeelhouders, uit later twijfels over de onpartijdigheid van de notaris vanwege diens vriendschap met één van de andere aandeelhouders. De notaris bespreekt deze twijfels met klager, waarop klager zijn vertrouwen in de notaris bevestigt. Vervolgens zet klager wederom vraagtekens bij de onafhankelijkheid en onpartijdigheid van de notaris, waarop de notaris zijn werkzaamheden beëindigt.   Klager wordt ontslagen als bestuurder van de B.V. en er volgt een rechtszaak tussen de aandeelhouders. De notaris geeft de advocaat van de drie vennoten een toelichting op hetgeen in de aandeelhouders-/stemovereenkomst was opgenomen omtrent de plicht de aandelen aan de medeaandeelhouders aan te bieden bij beëindiging van de samenwerking.   Geoordeeld wordt dat de notaris open is geweest over zijn relatie met één van de vennoten en tijdig zijn opdracht heeft neergelegd. De notaris heeft niet gehandeld in strijd met zijn geheimhoudingsplicht.

  • ECLI:NL:TNOKDOR:2008:YC0492 Kamer van toezicht Dordrecht 05/08

      Klaagster is weduwe en ontving een Anw-uitkering. Zij en haar partner wonen ongehuwd samen. Zij vragen de notaris om advies omdat zij in geval van overlijden hun eigen kinderen en hun stiefkinderen gelijk willen stellen. De notaris wijst hen op de mogelijkheid van een huwelijk of een geregistreerd partnerschap vanwege de fiscale voordelen hiervan in geval van overlijden en stelt het testament op. Klaagster stelt van de SVB te horen te hebben gekregen dat een huwelijk of geregistreerd partnerschap geen gevolgen zal hebben voor haar uitkering. Klaagster en haar partner gaan een geregistreerd partnerschap aan. De SVB beëindigt hierop de uitkering. Geoordeeld wordt dat de notaris zijn zorgplicht heeft geschonden door klaagster niet te wijzen op de mogelijke financiële gevolgen van een huwelijk of geregistreerd partnerschap, nadat hij deze mogelijkheid zelf heeft aangedragen. Het feit dat klaagster, afgaande op de kennelijke onjuiste informatie van de SVB, een geregistreerd partnerschap is aangegaan, waardoor zij haar recht op de Anw-uitkering is verloren, is echter niet aan de notaris te verwijten. Volgt gegrondverklaring zonder oplegging van een maatregel.

  • ECLI:NL:TNOKDOR:2009:YC0491 Kamer van toezicht Dordrecht 10/08

      Klager heeft woonboot verkocht aan neef notaris. Tussen klager en koper rijzen een aantal problemen m.b.t. de koopovereenkomst. Klager meent dat de notaris zich partijdig heeft opgesteld. Tevens klaagt hij erover dat de notaris een afspraak heeft verplaatst, zonder klager hiervan terstond op de hoogte te brengen. Beoordeling: deels niet-ontvankelijk wegens verjaring. Deels ongegrond aangezien de beslissing van de notaris om klager niet direct te informeren over het verplaatsen van de afspraak onder de gegeven omstandigheden verdedigbaar is

  • ECLI:NL:TNOKDOR:2009:YC0494 Kamer van toezicht Dordrecht 03/09

      ABC-transacties en hypotheekfraude. Het BFT doet onderzoek bij de notaris naar mogelijke ongeoorloofde ABC-transacties en hypotheekfraude en constateert dat de notaris in dertien van de zestien onderzochte transacties de akten heeft gepasseerd en in één transactie de akten mede heeft gepasseerd. Geoordeeld wordt dat: -de notaris in vijf gevallen dienst had moeten weigeren; -de notaris in alle dossiers zijn onderzoeksplicht heeft geschonden; -de notaris niet heeft zorg gedragen voor naleving van het storten van een overeengekomen waarborgsom of bankgarantie in een aantal dossiers; -de notaris in acht gevallen de hypotheekverstrekker had moeten informeren over de prijsstijging en/of voorwaarden voor de financiering. -de notaris de Wet identificatie bij dienstverlening heeft geschonden. De klacht dat de notaris gebruik heeft gemaakt van niet gelegaliseerde volmachten terwijl partijen niet eerder in persoon zijn geïdentificeerd, is gegrond. Het online opvragen van uittreksels was voor het ingaan van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme niet toegestaan maar rechtvaardigt op zichzelf geen maatregel; -de notaris heeft erkend dat hij MOT-meldingen had dienen te doen. De klachten zijn gegrond verklaard. De aard en het aantal klachten, alsmede de periode waarop zij betrekking hebben, rechtvaardigen de opgelegde maatregel. Het feit dat de notaris eindverantwoordelijke is op zijn kantoor en zijn kandidaat notaris de ruimte gaf om op vergelijkbare wijze te handelen, wordt de notaris zwaar aangerekend. De notaris wordt de maatregel van schorsing opgelegd voor de duur van één maand.

  • ECLI:NL:TNOKZUT:2010:YC0558 Kamer van toezicht Zutphen 14/2009

    De klacht ziet op het geschil tussen de oud-notaris en zijn voormalige maat naar aanleiding van de melding dat zonder medeweten van de maat door de oud-notaris was getracht om van een derdengeldrekekening een bedrag van € 327.137,00 over te laten maken naar zijn privérekening, waardoor een negatief bewaringspositie zou ontstaan. Dat de oud-notaris een handeling heeft willen verrichten die derden had kunnen benadelen, wordt hem door de Kamer zeer zwaar aangerekend. Dat de overmaking feitelijk niet mogelijk was door het ontbreken van de handtekening van zijn compagnon, doet niet af aan zijn intentie. Hoewel de kamer het heel wel mogelijk acht dat de oud-notaris niet wist dat het om een derdengeldrekening ging, mag van een notaris worden verwacht dat hij zich voorafgaand aan dergelijke grote overboekingen, ervan vergewist welke rekening het betreft en in het geval van een derdengeldrekening, of de bewaringspositie de overmaking toelaat. Daarnaast is het op grond van de Wna niet toegestaan om een dergelijke overboeking rechtstreeks van een kwaliteitsrekening te verrichten. Niet aannemelijk is geworden dat hij opzettelijk geld van derden naar zijn privé-rekening heeft willen overboeken. In zoverre geen reden om te twijfelen aan de persoonlijke integriteit van de oud-notaris. Dit neemt niet weg dat de oud-notaris, hoewel in moeilijke omstandigheden verkerende, in plaats van de geëigende rechtsmaatregelen te nemen, is gaan handelen in strijd met de Wna en de te betrachten zorg jegens zijn cliënten. Hij heeft zich niet onthouden van de handelingen die het risico in zich dragen dat de hem toevertrouwde belangen van derden schaden en heeft daarmee zijn eigen belangen zwaarder laten wegen dat die van zijn cliënten en het imago van notariële onkreukbaarheid. Klacht gegrond onder oplegging van de tuchtmaatregel ontzetting uit het ambt.    

  • ECLI:NL:TNOKZUT:2009:YC0559 Kamer van toezicht Zutphen 03/2009

    De klacht houdt in dat door (de medewerkers van ) notaris [1] en [2] onzorgvuldig en in strijd met de tuchtnormen is gehandeld. Klager heeft daarbij aangevoerd dat zijn belangen door het notariskantoor onvoldoende zijn behartigd, dat bij hem de schijn van enige partijdigheid jegens de koper is gewekt en dat de notarissen zijn destijds en thans geuite klachten hierover niet erg serieus lijken te nemen. Uit de stukken en hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is aangevoerd, volgt dat de door de klager geuite bezwaren voornamelijk betrekking hebben op notaris [1] en op de namens hem door de medewerkers van het notariskantoor verrichte werkzaamheden. De klacht blijkt niet te zijn gericht op daadwerkelijk door of namens notaris [2] uitgevoerde handelingen. Voor zover de klacht jegens hem is ingesteld, lijkt deze enkel te zijn gebaseerd op de vermelding van zijn naam als notaris waarvoor de akte van levering zou worden gepasseerd. Dit betekent dat de klacht jegens notaris [2] ongegrond voorkomt.   Klachtonderdeel 1 en 4: Door het notariskantoor is geen uitvoering gegeven aan de koopovereenkomst zoals deze door partijen was overeengekomen. Klager was daardoor genoodzaakt een advocaat in te schakelen. Door het notariskantoor is niet of te laat gereageerd op het schrijven van de advocaat van klager, zulks ter verkrijging van de waarborgsom. Dit onderdeel van de klacht heeft betrekking op de omstandigheid dat notaris [1] na het verstrijken van de uiterste datum, zoals deze door [advocaat klager] was gesteld, niet per omgaande tot uitbetaling van de waarborgsom is overgegaan, zoals in de koopovereenkomst was bepaald. Het moge zo zijn dat een notaris om redenen van zorgvuldigheid nagaat waarom een koper niet wenst af te nemen, alvorens de waarborgsom over te maken aan de verkoper, in dit geval was voor zodanig onderzoek voldoende tijd geweest gedurende de periode van acht dagen die [advocaat klager] de koper nog had gegeven om alsnog na te komen. De klacht is op dit onderdeel gegrond.   Klachtonderdeel 2: Met klager is geen communicatie onderhouden, zoals dit van een notaris mocht worden verwacht. Uit hetgeen bij de beoordeling van de vorige klachtonderdelen is overwogen volgt reeds dat de communicatie tussen het notariskantoor en klager meermalen te wensen heeft overgelaten. Een dergelijk gebrek aan communicatie komt voor rekening van [notaris 1]. De klacht zal op dit onderdeel eveneens gegrond worden verklaard. Klachtonderdeel 3: Het notariskantoor heeft de koopovereenkomst onvoldoende behandeld, in die zin dat de instemmingsverklaringen van de volmachtverleners en de bankgarantie niet (tijdig) zijn gevraagd. Weliswaar kan klager worden gevolgd in zijn standpunt dat het opstellen van de volmachten in een later stadium heeft plaatsgevonden dan mocht worden verwacht, maar nu niet is gebleken dat destijds op enig moment een eerdere passeerdatum dan eind februari 2009 aan de orde is geweest, voert het te ver om een en ander aan te merken als verwijtbare nalatigheid aan de zijde van [notaris 1]. Dit geldt ook voor de handelwijze van de notaris bij het verkrijgen van de bankgarantie. Dit onderdeel van de klacht zal daarom ongegrond worden verklaard.      

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0486 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 10-07

    “Stappenplan beoordeling wilsbekwaamheid ten behoeve van notariële dienstverlening” [KNB]. Op de notaris rust naast het vaststellen van de wilsbekwaamheid van een testateur ook de plicht, voortvloeiend uit het ambt, om ervoor te zorgen dat de testateur in ieder geval tegenover de notaris in vrijheid zijn wil kan vormen en uiten. Door [testamentair begunstigde] toe te laten bij de gehele voorbespreking van het testament, heeft de notaris zich niet naar behoren van haar zorgplicht jegens erflater gekweten. Daaraan doet niet af dat erflater zelf om de aanwezigheid van [testamentair begunstigde] had gevraagd en dat het volgens de notaris niet uitmaakte of [testamentair begunstigde] wel of niet in de wachtkamer was blijven zitten, omdat erflater “toch weer met die persoon naar huis” moest. Het was immers de plicht van de notaris om de mogelijkheid van onbehoorlijke beïnvloeding te verkleinen, ook al kon zij deze niet geheel uitsluiten. Het had daarom op de weg van de notaris gelegen om - vanuit haar notariële verantwoordelijkheid om het belang van erflater als testateur te bewaken - zelf de regie te voeren. De notaris had voorafgaand aan het moment van passeren van het testament voor een gesprek onder vier ogen, dus zonder aanwezigheid van [testamentair begunstigde], zo nodig een tweede voorbespreking moeten inlassen. Het feit dat de notaris erflater voldoende wilsbekwaam achtte, sloot immers niet uit dat hij aan onbehoorlijke beïnvloeding bloot stond. Klacht op dit onderdeel gegrond: waarschuwing.

  • ECLI:NL:TNOKSGR:2010:YC0487 Kamer van toezicht 's-Gravenhage 09-39

    “Stappenplan beoordeling wilsbekwaamheid ten behoeve van notariële dienstverlening” [KNB]. Op de notaris rust naast het vaststellen van de wilsbekwaamheid van een testateur ook de plicht, voortvloeiend uit het ambt, om ervoor te zorgen dat de testateur in ieder geval tegenover de notaris in vrijheid zijn wil kan vormen en uiten. Door [testamentair begunstigde] toe te laten bij zowel de voorbespreking van het testament als bij het passeren daarvan, heeft de notaris zich naar het oordeel van de Kamer niet naar behoren van genoemde zorgplicht gekweten. Er is geen enkel moment geweest waarop [testamentair begunstigde] niet bij de bespreking met testateurs op het kantoor van de notaris aanwezig was. Daaraan doet niet af dat de testateurs zelf hierom hadden gevraagd. De notaris had belangen bij [testamentair begunstigde] moeten onderkennen als belangen die niet per se hoefden samen te gaan met de belangen van testateurs. Het had daarom op de weg van de notaris gelegen om -  vanuit zijn notariële verantwoordelijkheid om het belang van de testateurs te bewaken  - zelf de regie te bepalen ter uitsluiting van elke mogelijke beïnvloeding van de testateurs en hen ter toelichting hierop te wijzen. Het feit dat de notaris de testateurs in overige zin voldoende wilsbekwaam achtte, behoefde immers een dergelijke beïnvloeding niet uit te sluiten. Klacht op dit onderdeel gegrond: waarschuwing.