Zoekresultaten 10911-10920 van de 12873 resultaten

  • ECLI:NL:TGZREIN:2012:YG1975 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 11140

    Klacht tegen gz-psycholoog die bij herhaling bij de behandeling van zijn cliënten op voor die cliënten belastende wijze zijn eigen, persoonlijk ervaren, problematiek ter sprake had gebracht, is gegrond. Bij de behandeling van getraumatiseerde cliënten moet in het algemeen uiterste voorzichtigheid worden betracht bij het ter sprake brengen van eigen traumatische ervaringen. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2012:YG1976 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 11128

    Gz-psycholoog wordt verweten dat hij onvoldoende zorgvuldig is geweest bij een psychodiagnostisch onderzoek bij de kinderen van klaagster in opdracht van de Raad voor de Kinderbescherming en dat hij het blokkeringsrecht van klaagster niet heeft gerespecteerd. De rapportage en de door verweerder getrokken conclusies zijn onvoldoende inzichtelijk. Berisping.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2012:YG1974 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 11126

    Huisarts wordt verweten dat hij klager gekrenkt heeft door een valse verklaring af te leggen en dat hij, in tegenstelling tot hetgeen hij verklaard heeft,  het medisch dossier van klager niet verwijderd heeft. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2012:YG1971 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2011/016

    Klaagster verwijt de gynaecoloog dat zij onzorgvuldig jegens haar heeft gehandeld door onder andere de diagnose endometriumcarcinoom te laat te stellen. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2012:YG1972 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2011/2012

    Klaagster verwijt de (kinder-en jeugd) psychiater –kort samengevat- dat de door hem opgestelde (medische) rapportage over klaagster niet voldoet aan de daarvoor door de tuchtrechter gestelde eisen. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2012:YG1973 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2011/336GZP

    Klaagster verwijt de gezondheidszorgpsycholoog, kort samengevat, dat zij een onzorgvuldig rapport over haar heeft opgesteld zonder klaagster te hebben gezien. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2012:YG1969 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 11192

    Klaagster verwijt de tandarts dat hij haar heeft bedreigd en de behandeling heeft beëindigd. Ongegrond.  

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2012:YG1970 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 138/2011

    Raadkamerbeslissing. Klacht tegen een orthopedisch chirurg. Klager verwijt hem dat de operatie ervoor heeft gezorgd dat hij nu veel klachten heeft waaronder niet kunnen lopen. Voor de operatie waren deze klachten er niet.  Klacht afgewezen.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2012:YG1968 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 11190

      Klaagster verwijt de tandarts dat hij in eerste instantie een foute diagnose heeft gesteld,  klaagster het gevoel heeft gegeven dat zij daarvoor verantwoordelijk was, voor de behandeling van beide elementen kosten in rekening heeft gebracht, het obsolete middel Cresophene heeft gebruikt, terwijl hij wist dat klaagster borstvoeding gaf, haar bovendien heeft aangegeven dat zij gerust borstvoeding kon geven, en Cavit als afsluitmiddel heeft gebruikt, terwijl dit doorlatend is met als gevolg dat klaagster een week Cresophene proefde. Gedeeltelijk gegrond.  

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2012:YG1966 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 147/2011

    Verweerder heeft bij eenmalig consult, dat in eerste instantie over hoesten ging, voldoende aandacht besteed aan klachten over puberteitsverschijnselen. Ca zes weken later is de jongen opgenomen in Turkije met hoofdpijn misselijkheid en braken. Er bleek sprake van een hormoonproducerende tumor. De jongen is hieraan uiteindelijk overleden. Bij het consult van verweerder is de (mogelijk bestaande ernstige) ongerustheid van familie en of school is niet aan verweerder meegedeeld. Hij heeft de familie uitgelegd dat de puberteitsverschijnselen konden passen bij de leeftijd (11 jaar). Er was geen sprake van alarmsymptomen. Verweerder mocht, op grond van zijn bevindingen, het feit dat de lichamelijke veranderingen zich pas sinds enkele maanden voltrokken en gezien de leeftijd van de jongen, oordelen dat er geen sprake was pubertas praecox, maar van puberteitsverschijnselen die binnen de marge van het normale vielen en verweerder behoefde dan ook geen nader onderzoek te doen of te verwijzen. Verweerder heeft niet verwijtbaar gehandeld en had bovendien onder de gegeven omstandigheden met het geschetste klachtenpatroon niet op een tumor bedacht hoeven zijn, zeker nu het om een zeer zeldzame aandoening gaat. Klacht ongegrond.