Zoekresultaten 18301-18310 van de 20297 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA2004 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3752/11.154

    Klager kan de deken niet verwijten dat hij heeft nagelaten een tuchtmaatregel aan een advocaat op te leggen, nu de deken daartoe niet bevoegd is. Het opleggen van bedoelde maatregelen is uitsluitend voorbehouden aan de Raad van Discipline. De deken heeft niet tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door de door klager genoemde stukken (30 volgens klager cruciale ontlastende verklaringen en processtukken) niet aan het klachtdossier toe te voegen. Het betreffende dekenonderzoek was immers inmiddels gesloten.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA1989 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3551/10.181

    Uitgangspunt in de relatie advocaat-wederpartij is steeds dat die advocaat een grote mate van vrijheid toekomt om de belangen van zijn cliënt te behartigen op de wijze die hem passend voorkomt. Deze vrijheid mat niet ten gunste van een (processuele) wederpartij worden beknot, tenzij de belangen van die wederpartij nodeloos en op ontoelaatbare wijze worden geschaad. Daarvan is niet gebleken. Evenmin is gebleken dat verweerster bij het optreden namens haar cliënt over de schreef is gegaan. Verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSHE:2011:YA1961 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch B 211 - 2010

      Niet betalen van de verplichte ordebijdrage en daarover verschuldigde boetes tuchtrechtelijk verwijtbaar. De vraag of een advocaat terecht een beroep doet op een door de NOvA betwiste tegenvordering is van civielrechtelijke aard. Ordebijdrage blijft verplicht. Dekenbezwaar gegrond. Enkele waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA2010 Raad van Discipline Amsterdam 11-207U

     Onvoorwaardelijke schorsing n.a.v. dekenbezwaar op grond van artikel 60b Advocatenwet    

  • ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA1983 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3582/10.212

      De advocaat heeft klaagster bijgestaan in een strafzaak. Klacht dat de advocaat geen werkzaamheden verricht, niet aanwezig was tijdens een zitting en wel declaraties stuurt. Voorts dat de advocaat weigert dossiers van klaagster over te dragen aan een opvolgend advocaat. Klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Verzet niet ontvankelijk wegens niet in acht nemen van de verzettermijn.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA1996 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3747/11.149

    Het behoort tot de vrijheid van de advocaat de wijze van communicatie te bepalen. Het is niet de taak van de tuchtrechter de inhoud van processtukken te beoordelen, tenzij aanstonds blijkt dat de inhoud hiervan evident onjuist is.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA1977 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3570/10.200a

      Het verzet is gegrond voor zover het betreft in de voorzittersbeslissing een klachtonderdeel niet is meegenomen. Dat klachtonderdeel wordt ongegrond verklaard. Het verzet is voor het overige ongegrond

  • ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA2005 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3759/11.161

      Nu de advocaat er vanuit mocht gaan dat eerder bedoelde sommaties aan klaagster zijn verzonden, is geen sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen door zonder verdere sommatie tot dagvaarding over te gaan.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA1990 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3440/10.70

    Termijnoverschrijding voorzittersbeslissing (46g Advocatenwet). Beoordeling klacht in volle omvang. Raadpleging deken alvorens tot beslaglegging over te gaan. Tenzij een advocaat goede gronden heeft om aan te nemen dat zijn cliënt niet voor gefinancierde rechtsbijstand in aanmerking komt, is hij verplicht daarover steeds bij het begin van de zaak en steeds wanneer daartoe aanleiding bestaat, met zijn cliënt te overleggen. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2011:YA1984 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 3566/10.196

      De advocaat heeft klaagster bijgestaan in een echtscheidingsprocedure. Het intakegesprek en de opdrachtbevestiging zijn van april 2005. Bevestigd is dat de advocaat een bepaald uurtarief in rekening brengt en dat klaagster daarmee heeft ingestemd. Klacht is dat niet is nagegaan of klaagster voor kosteloze bijstand in aanmerking kwam. Nevenklachten inzake de behandeling in hoger beroep en de hoogte van de declaratie. Klaagster is niet ontvankelijk in de nevenklachten wegens tijdsverloop. In de hoofdklacht is zij ontvankelijk ondanks tijdsverloop, daar klaagster in toevoegingsaangelegenheden niet bekend was en de advocaat niet aannemelijk schriftelijk heeft bevestigd dat de mogelijkheid van toevoeging is besproken. De advocaat heeft niet dan wel onvoldoende aangetoond dat zij bij aanvang van de rechtsbijstand en in de periode daarna goede gronden had aan te nemen dat klaagster niet voor kosteloze rechtsbijstand in aanmerking kwam. Verwijt dat geen toevoeging is aangevraagd is gegrond. Enkele waarschuwing.