Zoekresultaten 51-100 van de 2794 resultaten
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:216 Hof van Discipline 's Gravenhage 250053
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:216
Klager heeft een klacht ingediend tegen de advocaat van de wederpartij omdat zij de rechtbank opzettelijk onjuiste informatie zou hebben verstrekt door de rechtbank in plaats van het definitieve ouderschapsplan het concept ouderschapsplan toe te sturen. De raad heeft de klacht ongegrond verklaard. Klager is van deze beslissing in hoger beroep gekomen. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:137 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8019
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:137
Klacht tegen een radioloog ontvankelijk, maar kennelijk ongegrond. Na verwijzing door de neuroloog werden MRI-scans van klaagster haar hersenen gemaakt. Een collega-radioloog beoordeelde de scans en maakte daarvan een verslag. Klaagster had bedenkingen bij de beoordeling van de MRI-scan. Zij vermoedde neuroborreliose (ziekte van Lyme). Na een gesprek met de collega-radioloog en een collega-neuroradioloog werd het verslag niet aangepast. De klachtonderdelen zien niet op door verweerder aan klaagster verleende zorg binnen een behandelrelatie, maar op zijn handelen rondom de bespreking van de MRI-scan en de klachtafhandeling als afdelingshoofd. Het handelen van beroepsbeoefenaren in een leidinggevende functie kan in deze casus op grond van de tweede tuchtnorm tuchtrechtelijk worden beoordeeld. Hoewel verweerder als afdelingshoofd wel verantwoordelijk is voor het goed functioneren van de afdeling op medisch-inhoudelijk gebied, gaat deze verantwoordelijkheid niet zo ver dat verweerder in een individueel geval op eigen initiatief een MRI-scan opnieuw zou moeten beoordelen, nader onderzoek/ nadere informatie had moeten opvragen of een verslag had moeten aanpassen. Verder is niet gebleken dat verweerder onzorgvuldig heeft gehandeld.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:150 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-476/DB/OB/D
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:150
Schrapping wegens het jarenlang en op zeer grote schaal misbruik maken van het systeem van gesubsidieerde rechtsbijstand en het vervalsen van vonnissen.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:217 Hof van Discipline 's Gravenhage 240266
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:217
Het betreft een klacht over verweerder die door de raad deels gegrond is verklaard. De raad heeft geoordeeld dat verweerder niet helder is geweest in het maken van financiële afspraken en dat klager in de veronderstelling was gebracht dat zijn zaak door verweerder was aangenomen. De raad heeft aan verweerder de maatregel van waarschuwing opgelegd. Verweerder is van deze beslissing in hoger beroep gekomen. Het hof breidt de klacht van de raad op klachtonderdeel a) uit en verklaart klachtonderdeel a) gegrond. Net als de raad verklaart het hof klachtonderdeel b) ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:138 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8020
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:138
Klacht tegen een radioloog ontvankelijk, maar kennelijk ongegrond. Na verwijzing door de neuroloog werden MRI-scans van klaagster haar hersenen gemaakt. Een collega-radioloog beoordeelde de scans en maakte daarvan een verslag. Klaagster had bedenkingen ten aanzien van de verslaglegging van de MRI. Zij vermoedde neuroborreliose (ziekte van Lyme). Na een gesprek met de collega-radioloog en verweerder werd het verslag niet aangepast. De klachtonderdelen zien niet op door verweerder aan klaagster verleende zorg binnen een behandelrelatie, maar op zijn handelen binnen het klachtbemiddelingstraject als meest ervaren radioloog binnen de afdeling op het gebied van neuroradiologie. Het handelen van beroepsbeoefenaren in een leidinggevende functie kan in deze casus op grond van de tweede tuchtnorm tuchtrechtelijk worden beoordeeld. Verweerder was niet betrokken bij de beoordeling van de MRI-scan en het opstellen van het MRI-verslag, maar werd pas betrokken nadat klaagster een klacht had ingediend. De verantwoordelijkheid van verweerder als expert bij het klachtbemiddelingsgesprek niet zo ver dat hij op eigen initiatief de MRI-scan van klaagster opnieuw zou moeten beoordelen, nader onderzoek/ nadere informatie had moeten opvragen of een verslag had moeten aanpassen.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:237 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-942/AL/GLD
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:237
Verzetbeslissing. De raad verklaart het verzet van klaagster ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:151 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-242/DB/LI
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:151
Raadsbeslissing. Klacht van het (vermeend) slachtoffer over de advocaat van de verdachte. Vrijheid van meningsuiting in een strafrechtelijke procedure. Verweerder heeft de aan hem toekomende ruime vrijheid niet overschreden. Niet gebleken van een evident kansloos verweer. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:218 Hof van Discipline 's Gravenhage 250270
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:218
Verzoek tot aanwijzing van advocaat ex artikel 13 Advocatenwet afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:177 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2615
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:177
Klacht tegen een verzekeringsarts. Het Regionaal Tuchtcollege is bij de beoordeling van de klacht uitgegaan van het conceptrapport inclusief medisch inhoudelijke onderbouwing. Klaagster beschikte niet over deze versie van het rapport en heeft hier in de procedure bij het Regionaal Tuchtcollege niet op kunnen reageren. Het Centraal Tuchtcollege vernietigt de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege en wijst de zaak terug.
-
ECLI:NL:TACAKN:2025:68 Accountantskamer Zwolle 25/2046 Wtra AK
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TACAKN:2025:68
Kennelijk ongegronde klacht. De voorzitter overweegt dat het gelet op het gemotiveerde verweer van betrokkene op de weg van klager lag om zijn verwijten nader te onderbouwen. Klager heeft dat niet gedaan, ondanks dat hij daarvoor wel de gelegenheid heeft gehad. Klager mocht immers een schriftelijke repliek indienen, maar heeft van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt. Omdat een nadere onderbouwing ontbreekt, moet worden geoordeeld dat klager niet aannemelijk heeft gemaakt dat betrokkene tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:200 Raad van Discipline Amsterdam 25-524/A/A 25-525/A/A
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:200
Raadsbeslissing; klacht over de dienstverlening door de eigen advocaten. De zaak is behartigd met de zorgvuldigheid die van een behoorlijk advocaat mag worden verwacht. De kosten die in rekening zijn gebracht kwalificeren, afgezet tegen de verrichte werkzaamheden, niet als excessief. Verweerder is wel klachtwaardig tekortgeschoten in zijn informatieplicht (gedragsregel 16). De raad mist een overzicht van de mogelijke juridische stappen, een advisering over de daarbij behorende kansen en risico’s en een inschatting van de daaraan verbonden kosten. De klacht hierover is gegrond. Aan verweerder is een waarschuwing met kostenveroordeling opgelegd.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:178 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2669
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:178
Klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde. Klagers, de tweelingzus en zwager van de overleden patiënte, dienen een klacht in tegen verweerster, de arts die betrokken was bij de zorg van patiënte. Ze beschuldigen haar van het actief beëindigen van het leven van patiënte, het volgen van de wensen van de echtgenoot zonder eigen medische verantwoordelijkheid, en het niet geven informatie. De voorzitter van het Regionaal Tuchtcollege verklaart klagers niet ontvankelijk in hun klacht namens de patiënte. De echtgenoot en zoon van patiënte staan niet achter de klacht en de echtgenoot vertegenwoordigt in beginsel de wil van patiënte. De eigen klachten van klagers zijn deels niet-ontvankelijk en deels ongegrond. De voorzitter heeft er begrip voor dat klagers hebben geleden onder het stervensproces van hun (schoon)zus maar de klacht die daarover gaat heeft geen betrekking op een handelen of nalaten tegenover klagers zelf op het gebied van het individuele gezondheidsrecht. Voorts acht de voorzitter het een juiste handelwijze dat verweerster haar informatieverplichtingen jegens de echtgenoot nakwam. Patiënte was niet meer wilsbekwaam en dan dienen op grond van de wet de verplichtingen jegens de echtgenoot te worden nagekomen. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart klagers niet-ontvankelijk in hun klacht namens patiënte en verklaart de eigen klachten van klagers deels niet-ontvankelijk en deels ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klagers.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:201 Raad van Discipline Amsterdam 25-330/A/NH
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:201
Ongegrond verzet.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:179 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2025/2797
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:179
Ongegrond klacht tegen een verzekeringsarts. De klacht gaat over het door de verzekeringsarts verrichte onderzoek naar aanleiding van een aanvraag van de gemeente om een advies medische urenbeperking. Klager had één spreekuurcontact met de verzekeringsarts. De verzekeringsarts maakte naar aanleiding van dit contact een verzekeringsgeneeskundige rapportage waarin hij concludeerde dat er geen reden was om een medische urenbeperking bij klager aan te nemen. Klager is het daar niet mee eens. Hij verwijt de verzekeringsarts onder andere dat hij niet tot die conclusie had mogen komen en geen zorgvuldig onderzoek heeft gedaan. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege is het eens met deze beslissing en verwerpt het beroep van klager.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:214 Hof van Discipline 's Gravenhage 250082
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:214
Klager klaagt over het feit dat verweerder niet transparant zou zijn geweest over de hoedanigheid waarin verweerder is opgetreden. De klacht houdt verder in dat verweerder in zijn communicatie met de curator in strijd met de waarheid heeft verklaard. De raad heeft over het eerste klachtonderdeel overwogen dat verweerder wel in strijd met de letter van gedragsregel 9 heeft gehandeld, maar dat zijn handelen niet onbetamelijk was als bedoeld in artikel 46 van de Advocatenwet en het daarom niet tuchtrechtelijk verwijtbaar is. De raad heeft dit klachtonderdeel dan ook – net als het tweede klachtonderdeel – ongegrond verklaard. Het hof bekrachtigt de beslissing van de raad.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:202 Raad van Discipline Amsterdam 25-651/A/A
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:202
Voorzittersbeslissing; klacht over de advocaat wederpartij in een familierechtzaak kennelijk ongegrond; verweerder hoeft als partijdig belangenbehartiger niet op alle berichten van de wederpartij te reageren als dat volgens hem en zijn cliënte niets meer bijdraagt aan het reeds gevoerde overleg. Voor het overige heeft klager zijn verwijten tegenover het gemotiveerde verweer van verweerder onvoldoende onderbouwd.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:180 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2617
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:180
Klager is op 3 februari 2022 door zijn huisarts doorverwezen naar D.-zorg, waarna op 3 juni 2022 een intakegesprek met de GZ-psycholoog volgde. Klager is ontevreden over zijn contact met deGZ-psycholoog. Hij verwijt haar dat zij hem niet in behandeling wilde nemen, dat zij hem onheus heeft bejegend en dat haar verslaglegging onjuist is. Het Regionaal Tuchtcollege te Amsterdam heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Klager is het niet eens met dit oordeel en komt hiertegen in beroep. Het Centraal Tuchtcollege is het eens met de beslissing van het Regionaal Tuchtcollege.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:203 Raad van Discipline Amsterdam 25-652/A/A
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:203
Voorzittersbeslissing; kennelijk ongegronde klacht over de advocaat wederpartij in een familierechtzaak. Niet gebleken is dat de oorzaak van de vertraging in de echtscheidingsprocedure is veroorzaakt door de proceshouding van verweerder.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:181 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2651
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:181
Klacht tegen internist. Klager is de zoon van een patiënt die na een cystectomie in het ziekenhuis is overleden. Volgens klager is het overlijden te wijten aan ontoereikend medisch handelen. De internist was als voorzitter van de calamiteitencommissie belast met het oriënterend onderzoek naar de gang van zaken omtrent en de oorzaak van het overlijden van de patiënt, om te bepalen of het een calamiteit betrof. Klager verwijt de internist dat zij in haar onderzoek op meerdere fronten onzorgvuldig heeft gehandeld. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht gegrond voor zover dit onderdeel betrekking heeft op het niet naleven van het Maagretentieprotocol, verklaart de klacht voor het overige ongegrond en bepaalt dat aan de internist geen maatregel wordt opgelegd. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat het handelen van de internist als voorzitter van de calamiteitencommissie niet valt onder de eerste tuchtnorm en ook niet valt onder de tweede tuchtnorm. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klager daarom alsnog niet-ontvankelijk in zijn klacht.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:198 Raad van Discipline Amsterdam 25-325/A/A
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:198
Raadsbeslissing; klacht is gedeeltelijk niet-ontvankelijk vanwege overschrijding van de vervaltermijn van drie jaar (46g lid 1 onder a Advocatenwet) en verder gegrond. Verweerder had zijn declaraties met betrekking tot de uitstotingsprocedure tegen klaagster niet ten laste van de Vennootschap mogen laten komen, aangezien dit een procedure betrof tussen de aandeelhouders van de Vennootschap, waar de Vennootschap geen partij (meer) in was. Klaagster heeft door verweerders werkwijze als aandeelhouder van de Vennootschap meebetaald aan de advocaatkosten van de andere twee aandeelhouders in een procedure die tegen klaagster werd gevoerd. Verweerder heeft hiermee niet gehandeld zoals het een behoorlijk advocaat betaamt. Waarschuwing en kostenveroordeling.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:204 Raad van Discipline Amsterdam 25-609/A/NH
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:204
Voorzittersbeslissing. Klacht over de kwaliteit van dienstverlening is kennelijk ongegrond. De klacht feitelijke grondslag. Uit niets blijkt dat verweerder de belangen van de klager niet goed zou hebben behartigd of dat hij zich schuldig zou hebben gemaakt aan flessentrekkerij of oplichting.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2025:176 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2024/2588
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TGZCTG:2025:176
Klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde. De moeder van klager woonde bij klager in huis. Klager verzorgde haar. Na verwijzing door de huisarts heeft de specialist ouderengeneeskunde een huisbezoek afgelegd bij klager en zijn moeder. Hierna heeft zij een multidisciplinair overleg (MDO) gepland met verschillende betrokken zorgverleners. Geconcludeerd werd dat opname in een 24-uurs setting noodzakelijk was. De moeder van klager is uiteindelijk na een rechterlijke machtiging opgenomen. Zij is binnen enkele maanden na haar opname overleden. Klager vindt dat de specialist ouderengeneeskunde de fysieke klachten van zijn moeder niet serieus heeft genomen en ten onrechte heeft gezegd dat klager ontkende dat zijn moeder aan de ziekte van Alzheimer leed. Ook verwijt klager de specialist ouderengeneeskunde dat zij heeft geweigerd filmmateriaal te bekijken waaruit bleek dat moeder veel helderder van geest was, als zij niet ziek was. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:199 Raad van Discipline Amsterdam 25-233/A/NH
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:199
Ongegrond verzet.
-
ECLI:NL:TACAKN:2025:67 Accountantskamer Zwolle 24/4366 Wtra AK 24/4368 Wtra AK
- Datum publicatie: 03-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TACAKN:2025:67
Uitspraak tegen twee accountants. De ene accountant heeft adviesdiensten verleend in relatie tot de overname van een onderneming binnen een familieverband (ouders aan zoon). Op deze adviesdiensten is Standaard 5500N van toepassing. Een voorgeschreven schriftelijke opdrachtbevestiging ontbreekt. In zoverre is de klacht gegrond. De andere verwijten, die in de kern erop neerkomen dat de accountant niet objectief is geweest en onzorgvuldig heeft gehandeld, zijn ongegrond. De klacht tegen zijn opvolger, de andere accountant is ongegrond. Deze was niet verplicht om een onderzoek in te stellen naar het handelen en nalaten van zijn voormalige collega. Het beroep van de andere accountant op geheimhouding jegens de voormalig bestuurder van de vennootschap berust op een aanvaardbare grond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:262 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2025/8036
- Datum publicatie: 31-10-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:262
Ongegronde klacht tegen een specialist ouderengeneeskunde destijds werkzaam op een geriatrische revalidatieafdeling van een verpleeghuis. Klaagster is de dochter van een patiënt die daar was opgenomen, de specialist ouderengeneeskunde was de supervisor van de behandelend arts van de patiënt (zaaknummer A2025/8036). De zaak gaat over de vraag of de specialist ouderengeneeskunde een gesprek had moeten voeren met de patiënt over zijn doods-/euthanasiewens, of zij een in het kader van het euthanasietraject verplicht gesteld gesprek had moeten voeren (een second opinion) toen het A hierom verzocht en of zij aanwezig had moeten zijn bij het vertrek van de patiënt uit het verpleeghuis om persoonlijk afscheid van hem te nemen. Alle onderdelen van de klacht zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:232 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-197/AL/GLD
- Datum publicatie: 31-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:232
Verzetbeslissing. De voorzitter heeft de hoofdregel gehanteerd dat advocaten er in beginsel van mogen uitgaan dat de informatie die zij van hun cliënt hebben gekregen juist is en slechts in uitzonderingsgevallen zijn gehouden de juistheid van die informatie te controleren. De raad is van oordeel dat de voorzitter die hoofdregel terecht mocht hanteren. Hetgeen klager in verzet verder aanvoert ziet op de informatie die verweerster van haar cliënte heeft gekregen en is een herhaling van hetgeen ook al in de klacht is aangevoerd. Ongegrond
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:233 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-248/AL/MN
- Datum publicatie: 31-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:233
Verzetbeslissing. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:234 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-293/AL/MN
- Datum publicatie: 31-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:234
Raadsbeslissing. Klaagster volgt een online-cursus en wil daar mee stoppen. Ze vraagt haar geld terug. Als ze dat niet krijgt plaatst ze negatieve reviews op internet en dreigt daarmee door te gaan zolang ze haar cursusgeld niet terugkrijgt. Bij brief van de advocaat van het cursusbedrijf wordt ze gesommeerd daarmee te stoppen. De toon van die brief is stevig maar niet disproportioneel, zeker niet in het licht van de berichten die klaagster zelf heeft gezonden. Daarbij is de sommatiebrief aan haar advocaat gezonden, die deze juridisch voor klaagster heeft kunnen duiden. Bovendien is klaagster zelf advocaat en van haar mag verwacht worden ook zelf in staat te zijn de sommatiebrief op zijn juridische merites te kunnen inschatten. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:235 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-297/AL/OV
- Datum publicatie: 31-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:235
Raadsbeslissing. Inspectie van een woning in een huurgeschil. Door naar de inspectie te gaan, zonder te weten of ook de advocaat van klager daarbij zou zijn, heeft verweerder het risico genomen dat hij met klager geconfronteerd zou worden zonder de aanwezigheid van diens advocaat. Niet duidelijk is geworden waarom verweerder de reactie van de wederpartij, die nog geen anderhalf uur na zijn eigen aankondiging van de inspectie is verzonden, niet heeft gezien. Juist in een zaak als deze, waarbij de verhoudingen tussen partijen kennelijk toch al gespannen waren, zou verweerder, zeker ook gelet op de korte termijn van de aangekondigde inspectie (2 dagen), zich ervan moeten vergewissen of zijn bericht is aangekomen en wat daarop de reactie is. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:236 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-428/AL/NN
- Datum publicatie: 31-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:236
Klaagster, een stichting die juridische dienstverlening aan klanten geeft, heeft onder meer namens een klant over verweerster, de advocaat van de wederpartij van die klant, geklaagd. De raad kan, evenals de deken, niet vaststellen dat de stichting de klant in de tuchtzaak mag vertegenwoordigen. Die klant wordt aldus niet als klagende partij aangemerkt. De klachten van de stichting zelf en van een medewerker worden deels niet-ontvankelijk en deels ongegrond geoordeeld. De raad is niet gebleken dat verweerster zich onprofessioneel richting de stichting dan wel die medewerker heeft gedragen of anderszins ondeskundig, onfatsoenlijk of respectloos heeft gehandeld.
-
ECLI:NL:TACAKN:2025:66 Accountantskamer Zwolle 25/1086 Wtra AK
- Datum publicatie: 31-10-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TACAKN:2025:66
Ongegrond is de klacht dat betrokkene niets heeft gedaan met een bepaald verzoek van klager. Betrokkene valt daarvan geen persoonlijk tuchtrechtelijk verwijt te maken, omdat hij ten tijde van het verzoek langdurig in het ziekenhuis was opgenomen en zijn praktijk werd waargenomen. De klacht over het voeren van de accountantstitel is niet-ontvankelijk, omdat het gaat om een (beweerd) handelen nadat betrokkene was uitgeschreven als accountant.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:261 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2025/8035
- Datum publicatie: 31-10-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:261
Ongegronde klacht tegen een arts destijds werkzaam als basisarts op een geriatrische revalidatieafdeling van een verpleeghuis. Klaagster is de dochter van een patiënt die daar was opgenomen, de arts was de hoofdbehandelaar (de supervisor van de arts is de verwerende partij inzake A2025/8036). De zaak gaat over de vraag of de arts op de juiste wijze is omgegaan met de doods-/euthanasiewens van de patiënt en of zij aanwezig had moeten zijn bij het vertrek van de patiënt uit het verpleeghuis om persoonlijk afscheid van hem te nemen, de dag voordat hij naar huis zou gaan om daar euthanasie verleend te krijgen door een andere arts. Alle onderdelen van de klacht zijn ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:231 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-055/AL/MN
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:231
Verzetbeslissing. Klager heeft zijn (tweede) klacht op 8 maart 2024 ingediend bij de deken, zodat de voorzitter op grond van voormelde regel terecht heeft geoordeeld dat de klacht niet-ontvankelijk is voor zover die ziet op het handelen van verweerder van vóór 8 maart 2021. De uitzondering in lid 2 van artikel 46g lid 1 Advocatenwet is niet van toepassing. Voor het overige heeft klager inhoudelijke argumenten aangevoerd die voor de raad niet altijd goed zijn te volgen en waarvan het ook niet duidelijk is of deze betrekking hebben op de klacht tegen verweerder of zien op het geschil tussen klager met en zijn wederpartij, terwijl het beoordelingskader in verzetzaken beperkt is. Ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:206 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-092/DH/RO 25-093/DH/RO
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 20-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:206
Verzetbeslissing. Geen aanleiding om te twijfelen aan juistheid van de voorzittersbeslissing. Verzet slaagt niet. De voorzitter heeft voor de beoordeling van beide klachten het juiste toetsingskader gebruikt. Ook heeft de voorzitter rekening gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden zoals die uit de klachtdossiers blijken. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:212 Hof van Discipline 's Gravenhage 250350
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 30-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:212
Klacht over (voormalig) deken niet verwezen. De aanstaande behandeling van de onderliggende klacht bij de Raad van Discipline is de geëigende plek om ook gerezen bezwaren tegen het dekenonderzoek naar die klacht naar voren te brengen en zonodig aan te voeren dat de tuchtrechter tot een andere conclusie zou moeten komen dan verweerster. Die procedure moet eerst worden doorlopen
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:133 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8104
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 28-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:133
(kennelijk) ongegronde klacht tegen een verzekeringsarts. Verweerster heeft rapportages uitgebracht die gaan over de belastbaarheid van klager in het kader van de Ziektewet. Klager verwijt verweerster dat haar beoordelingen onzorgvuldig zijn geweest en dat onvoldoende rekening is gehouden met informatie die na een second opinion bekend werd.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:213 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-587/DH/DH
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 29-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:213
Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij een in een burengeschil deels niet-ontvankelijk vanwege tijdverloop. Klacht voor het overige kennelijk ongegrond omdat de juistheid van de klacht niet is vast te stellen.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:207 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-122/DH/DH
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 20-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:207
Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:134 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8105
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 28-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:134
(kennelijk) ongegronde klacht tegen een verzekeringsarts. Klager heeft verzocht vanaf begin 2014 genomen beslissingen over de beëindiging van zijn Ziektewetuitkering te herzien. Dit verzoek is afgewezen. Verweerder heeft rapportages uitgebracht in het kader van een door klager ingesteld beroep tegen de afwijzing van zijn herzieningsverzoek. Klager verwijt verweerder dat hij heeft nagelaten aanvullende informatie op te vragen en onvoldoende rekening heeft gehouden met informatie van behandelaars en deskundigen.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:201 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-572/DH/DH
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 15-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:201
Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat niet-ontvankelijk, omdat de klacht te laat is ingediend.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:214 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-588/DH/DH
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 29-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:214
Voorzittersbeslissing. Klacht over cassatieadvocaat. De klacht is voor een deel niet-ontvankelijk, omdat klaagster ruimschoots na afloop van de klachttermijn van drie jaar over verweerder heeft geklaagd. De klacht is voor een deel kennelijk ongegrond, omdat van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen van verweerder bij het doorsturen van de aansprakelijkstelling aan zijn assurantietussenpersoon niet is gebleken.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:208 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-194/DH/RO
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 20-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:208
Raadsbeslissing. Klacht over belangenverstrengeling. Verweerder heeft opgetreden tegen (de moedermaatschappij van) zijn oud-werkgever. De raad is van oordeel dat verweerders optreden in dit geval de grens van het betamelijke overschrijdt. Klacht is gegrond. Geen maatregel.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:135 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8106
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 28-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:135
(kennelijk) ongegrond klacht tegen een verzekeringsarts. Klager heeft verzocht een beslissing over de beëindiging van zijn Ziektewetuitkering te herzien. Verweerster heeft hierover rapportages uitgebracht, waarin zij telkens concludeerde dat de ingebrachte informatie geen aanleiding was voor herziening van de eerdere beslissing. Klager verwijt verweerster dat zij nieuwe informatie ten onrechte naast zicht neer heeft gelegd en dat zij aangaf haar collega’s niet in diskrediet te willen brengen.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:202 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-574/DH/DH
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 15-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:202
Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat in strafzaken. Klacht is deels niet-ontvankelijk, vanwege tijdverloop. Klacht voor het overige kennelijk ongegrond, nu het klachtdossier geen aanknopingspunten bevat voor de juistheid van die klacht.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:209 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-254/DH/DH
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 20-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:209
Raadsbeslissing. Klacht over de bijstand van de eigen advocaat in strafzaken. De klacht is in alle onderdelen ongegrond. Niet gebleken is dat verweerder klagers belagen niet adequaat heeft behartigd, dat klager onbehoorlijk is geïnformeerd of dat hij anderszins gebrekkig is begeleid. Hoewel klager op momenten langer dan gebruikelijk op een reactie heeft moeten wachten, blijkt niet dat verweerders communicatie daadwerkelijk onvoldoend was. Onbetwist is gesteld dat de communicatie op cruciale momenten wel voldoende was.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:136 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8000
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:136
Klacht gegrond; berisping. Klager verwijt de arts dat een CBR-keuring niet correct is uitgevoerd en hem geen inzage-, correctie- en blokkeringsrecht is aangeboden. Het college is van oordeel dat het onderzoek op een onderdeel niet aannemelijk is geworden dat urineonderzoek heeft plaatsgevonden en het blokkeringsrecht niet correct is uitgevoerd.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:203 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-017/DH/RO
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 20-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:203
Verzetbeslissing. Geen aanleiding om aan de juistheid van de voorzittersbeslissing te twijfelen. Klaagster heeft haar verzet tegen de beslissing van de voorzitter niet gemotiveerd en uit haar pleitnota kan de raad ook geen verzetgronden afleiden. De raad stelt vast dat de voorzitter bij de beoordeling van de onderdelen van de klacht de juiste toetsingskaders heeft toegepast en dat de voorzitter rekening heeft gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval zoals die uit het klachtdossier blijken. Het verzet slaagt dan ook niet. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:229 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-511/AL/OV
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:229
De voorzitter verklaart een klacht over het handelen van een deken kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:210 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-275/DH/RO
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 20-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:210
Raadsbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij in een familierechtkwestie. Verweerder heeft de grenzen van het betamelijke als advocaat van de wederpartij van klager niet overschreden. Hoewel het de voorkeur had verdiend om zich minder scherp en ferm uit te drukken, is gelet op de context waarin verweerder de bewuste bewoordingen heeft gebruikt en uitlatingen heeft gedaan geen sprake van onnodig grievende bewoordingen en uitlatingen. Verweerder heeft de bewoordingen mogen gebruiken en de uitlatingen mogen doen om de standpunten van zijn cliënte naar voren te brengen en te reageren op de advocaat van klager. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2025:204 Raad van Discipline 's-Gravenhage 25-050/DH/RO
- Datum publicatie: 30-10-2025
- Datum uitspraak: 20-10-2025
- ECLI:NL:TADRSGR:2025:204
Raadsbeslissing. Klacht over de bijstand van de eigen advocaat in een geschil over afrekening van diensten. Verweerster heeft klaagster onvoldoende geïnformeerd over de te verwachten (extra) kosten van haar zaak. Zij heeft bij aanvang een kosteninschatting gegeven. Dit bleek achteraf veel te laag: al binnen elke maanden overtroffen de facturen die inschatting. Verweerder heeft klaagster op dat moment niet geïnformeerd. De door verweerster geschapen verwachtingen zijn, achteraf gezien, veel te rooskleurig geweest. Verweerder is op het punt van de financiële voorlichting tekortschoten, met als gevolg dat klaagster werd overvallen door forse kosten die zij niet had verwacht en ook niet had kunnen voorzien. Klachten over inhoudelijke kwaliteit en afhandeling van de klacht en het dossier ongegrond. Waarschuwing.