Zoekresultaten 1-10 van de 228 resultaten

  • ECLI:NL:TACAKN:2024:3 Accountantskamer Zwolle 23/1457 Wtra AK

    Ongegronde klacht. Klager en betrokkene waren tot halverwege de jaren tachtig collega’s bij hetzelfde accountantskantoor en betrokkene is daarna tot eind 2001/begin 2002 als adviseur betrokken geweest bij vennootschappen van klager. In 2020 is één van deze vennootschappen en nog een andere vennootschap van klager failliet verklaard. De curator heeft betrokkene verzocht om haar te assisteren bij het rechtmatigheidsonderzoek. Betrokkene heeft in dat kader twee rapporten van feitelijke bevindingen uitgebracht. Volgens klager heeft betrokkene ten onrechte niet onderkend dat zijn objectiviteit werd bedreigd, heeft hij onvoldoende zorgvuldigheid betracht ten opzichte van klager als beoogd gebruiker en heeft hij de voorschriften van Standaard 4400N niet in acht genomen. De Accountantskamer is van oordeel dat betrokkene vóór en ná aanvaarding van de opdracht heeft kunnen concluderen dat er geen sprake was van een bedreiging voor het zich houden aan het fundamentele beginsel van objectiviteit. Ook hoefde betrokkene de specifieke werkzaamheden en uitgangspunten van de opdracht niet met klager af te stemmen, omdat klager ten tijde van de aanvaarding van de opdracht geen beoogd gebruiker van de rapporten was. Klager heeft ook niet aannemelijk gemaakt dat de rapporten onjuistheden bevatten.

  • ECLI:NL:TACAKN:2024:4 Accountantskamer Zwolle 23/11 Wtra AK

    Betrokkene heeft de jaarrekeningen gecontroleerd van acht onderwijsstichtingen en van een ondersteunende stichting, en deze van een goedkeurende controleverklaring voorzien. Volgens klaagster heeft betrokkene de wijze waarop door (het bestuur van) de onderwijsstichtingen en de ondersteunende stichting met rijksbekostiging is omgegaan onvoldoende beoordeeld. Zij heeft niet beoordeeld in hoeverre er sprake was van risico’s op een afwijking van materieel belang als gevolg van fraude, belangenstrengeling of niet-naleving van wet- en regelgeving. De Accountantskamer verklaart de klacht gegrond en legt aan betrokkene de maatregel van tijdelijke doorhaling voor de duur van zes maanden op.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:10 Raad van Discipline Amsterdam 23-789/A/A

    Voorzittersbeslissing; Klacht over de advocaat wederpartij. Verweerder heeft de grenzen van de vrijheid die hij als advocaat wederpartij geniet niet overschreden. Van intimidatie door verweerder is niet gebleken. Klacht is in zoverre kennelijk ongegrond. Voor zover verweerder onvoldoende professionele distantie tot zijn cliënte wordt verweten, is de klacht kennelijk niet-ontvankelijk. Klaagster heeft geen rechtstreeks eigen belang bij een klacht hierover.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:11 Raad van Discipline Amsterdam 23-828/A/A

    Voorzittersbeslissing; Klacht gedeeltelijk niet-ontvankelijk vanwege de termijnoverschrijding van drie jaar en gedeeltelijk k.o. Verweerster is in haar bijstand aan haar cliënte binnen de grenzen gebleven van de vrijheid die zij als advocaat van de wederpartij geniet. Zij heeft geen onnodig grievende uitlatingen gedaan over klaagster of zaken naar voren gebracht die apert onjuist zijn.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:12 Raad van Discipline Amsterdam 23-842/A/A

    Voorzittersbeslissing; kennelijk ongegronde klacht. Verweerder heeft niet klachtwaardig gehandeld door zijn weigering een kortgedingprocedure te starten namens klager. Verweerder heeft toegelicht dat hij geen kans van slagen zag in het opstarten van de kortgedingprocedure. Verweerder is niet verplicht om een zaak in behandeling te nemen en moet dat helemaal niet doen wanneer hij geen heil ziet in de zaak.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:13 Raad van Discipline Amsterdam 23-845/A/A

    Voorzittersbeslissing; De klacht is kennelijk niet-ontvankelijk. Ingevolge de rechtspraak van het Hof van Discipline (zie uitspraken van 5 juli 2013, ECLI:NL:TAHVD:2013:4 en van 30 mei 2022, ECLI:NL:TAHVD:2022:117) verzet het rechtszekerheidsbeginsel zich ertegen dat met een klacht die eerder is ingetrokken, voor een tweede maal een klachtprocedure wordt gestart. Klager heeft eerder eenzelfde klacht over verweerders dienstverlening ingediend en daarna ingetrokken, waarna de deken het klachtdossier heeft gesloten. Verweerder mocht ervan uitgaan dat hij zich niet meer, ook niet op een later moment, bij de deken en de tuchtrechter hoefde te verweren tegen de verwijten die klager hem had gemaakt. Niet gebleken is van bijzondere omstandigheden op grond waarvan de klacht alsnog inhoudelijk door de voorzitter kan worden beoordeeld.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:14 Raad van Discipline Amsterdam 23-142/A/NH

    Verzet. De raad verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:15 Raad van Discipline Amsterdam 23-366/A/A

    Verzet. De raad verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:16 Raad van Discipline Amsterdam 23-499/A/A

    Raadsbeslissing. Verweerder heeft een arrest van het Hof naast zich neergelegd en heeft gehandeld uit eigen gewin. Ondanks het ondubbelzinnige arrest van het Hof heeft verweerder vastgehouden aan de uitvoering van het vernietigde vonnis en de hiermee gepaard gaande executie van de woning, als ook aan de inning van de opbrengt hiervan op zijn rekeningen. Daarmee heeft verweerder laakbaar gehandeld. Verweerder heeft met zijn handelen het vertrouwen in de advocatuur geschaad. Dat wordt hem door de raad zwaar aangerekend. Mede gelet ook op zijn tuchtrechtelijk verleden acht de raad een maatregel van een onvoorwaardelijke schorsing voor de duur van zes weken passend en gebonden.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:17 Raad van Discipline Amsterdam 23-554/A/A

    Raadsbeslissing. Klacht over advocaat als onderzoeker is in alle onderdelen ongegrond. Er bestond een klassieke adviesrelatie tussen de opdrachtgever en verweerster. Verweerster moet daarom worden aangemerkt als de partijdige belangenbehartiger en vertrouwenspersoon van haar opdrachtgever en de kernwaarden, als ook de overige gedragsregels voor advocaten, zijn daarom onverkort van toepassing op haar handelen. Aan de hand van die maatstaf is de raad van oordeel dat geen sprake is van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen door verweerster.