Zoekresultaten 11-20 van de 42156 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:65 Raad van Discipline Amsterdam 24-107/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond. Verweerder heeft gehandeld binnen de grenzen van de aan hem als advocaat van de wederpartij toekomende vrijheid.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:28 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/5392

    Het verwijt aan verweerster (specialist ouderengeneeskunde) is onder meer: 1) onvoldoende gedaan om agitatie/agressie bij de patiënte en urineweginfecties te voorkomen, 2) zonder overleg en informatie medicatie voorgeschreven/opgehoogd en 3) medicatie niet gestopt na signalen over ernstige bijwerkingen en afwezigheid van het beoogde effect. De patiënte had Alzheimer en vertoonde gedragsproblemen. Oordeel college: verweerster handelde conform het beleid binnen het verpleeghuis met betrekking tot het informeren van vertegenwoordigers van patiënten over gemaakte afspraken en de met klager gemaakte afspraken. Zij nam preventieve maatregelen. Medicatie was nodig voor het geven van zorg, bieden van comfort en opheffen van ongemak aan/bij de patiënte. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2024:60 Raad van Discipline Amsterdam 24-145/A/A

    Voorzittersbeslissing; Klager heeft geen rechtstreeks belang bij zijn verwijt dat aan verweerder de opdracht tot juridische dienstverlening onbevoegd zou zijn gegeven. De klacht is in zoverre kennelijk niet-ontvankelijk. Verder mocht verweerder afgaan op de informatie die hij van zijn cliënt had verkregen en hoefde hij deze informatie niet te verifiëren. In zoverre is de klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2024:90 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2023/5819

    Klacht tegen een psychiater. De zoon van klaagster is onder behandeling geweest bij de psychiater en is vier maanden na het afronden van de behandeling overleden. Klaagster verwijt de psychiater dat hij nalatig is geweest in de behandeling. Daarnaast verwijt zij de psychiater dat niet naar haar werd geluisterd en haar waarschuwingen werden genegeerd. Het college oordeelt dat klaagster kennelijk niet-ontvankelijk is in de klacht die zij namens haar zoon heeft ingediend. Ten aanzien van het gedeelte van de klacht waarvoor zij een eigen klachtrecht heeft is zij wel ontvankelijk, maar dit klachtonderdeel is kennelijk ongegrond. Uit het medisch dossier blijkt dat het de uitdrukkelijke wens van patiënt was om klaagster niet bij de behandeling te betrekken. Ondanks dat heeft de psychiater tijdens de behandelperiode toch aan klaagster de mogelijkheid geboden om haar zorgen te uiten en heeft hij daaraan aandacht besteed. Hiermee heeft de psychiater zorgvuldig gehandeld. Dat de door klaagster geuite zorgen niet hebben geleid tot een aanpassing van de behandeling of het medicatiebeleid kan de psychiater niet tuchtrechtelijk worden verweten. Voor het bepalen van het behandelplan is immers de wil van patiënt zelf beslissend. Klacht deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2023:50 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/34, 2022/35

    Dierenarts sub 1 wordt verweten dat hij klaagster onvoldoende heeft geïnformeerd over de toestand van haar hond na afloop van een consult. Klacht niet-ontvankelijk.Dierenarts sub 2 wordt verweten dat door de door haar uitgevoerde gebitsbehandeling en extractie van een kies bij een hond een gat van de bovenkaak naar de neusholte is ontstaan. Daarnaast wordt haar dat er geen adequate informatieoverdracht heeft plaatsgevonden over de uitgevoerde behandeling. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:77 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/1983

    Klacht tegen plastisch chirurg. De klacht gaat over de operaties aan de middelvinger van klaagster. Klaagster verwijt de plastisch chirurg dat hij niet heeft gewaarschuwd voor mogelijke scheefstand van de vinger na de operatie en de operatie en de daarop volgende hersteloperaties onkundig heeft uitgevoerd. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het door klaagster ingestelde beroep tegen die beslissing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:82 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-797/DH/DH

    Raadsbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Verweerder heeft in strijd met de kernwaarde deskundigheid gehandeld, omdat het hem al van meet af aan bekend had kunnen zijn wat de kansen van de procedure waren. Verweerder heeft daarnaast een processtuk ingediend zonder klaagsters reactie op het concept af te wachten en zonder haar akkoord te krijgen. De pleitnota is ook op een zeer laat moment voorgelegd aan klaagster en haar opmerkingen daarop zijn niet doorgevoerd. Verweerder heeft verder tuchtrechtelijk verwijtbaar gehandeld door op de zitting bij het gerechtshof tegen de raadsheren te zeggen dat hij zich zou gaan onttrekken aan de zaak. Verweerder heeft vervolgens nagelaten om (tijdig) zijn toezegging aan het gerechtshof na te komen, om schone dossiers in te dienen. Onvoorwaardelijke schorsing van 4 weken.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2023:51 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/36

    Dierenarts wordt verweten dat zij heeft geweigerd om een hond te ontvangen in de dierenartsenpraktijk, terwijl de hond in de visie van klaagster in een noodsituatie verkeerde wegens een hevige bloedneus. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:78 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2173

    Klacht tegen internist. De klacht is ingediend door de dochter van een patiënte. Klaagster is niet tevreden over de behandeling die haar moeder heeft gekregen en de communicatie tijdens de ziekenhuisopname. Klaagster verwijt de internist dat zij haar niet goed geïnformeerd heeft over de behandeling, het medisch dossier onjuistheden bevat en er onvoldoende naar patiënt en naar klaagster is geluisterd. De internist was afgezien van één dagdienst, waarop een familiegesprek heeft plaatsgevonden, niet betrokken bij de behandeling van patiënte. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt dat de internist niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld en verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:83 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-414/DH/DH/D

    Dekenbezwaar. Ontvankelijk dekenbezwaar. Geen strijd met artikel 6 EVRM. Onvoldoende onderbouwd dat verweerder structureel niet de zorg jegens zijn cliënten betracht of een verdienmodel heeft om toevoegingen met een minimale inspanning de maximale vergoedingen te declareren. Het dekenbezwaar is wel gegrond voor zover verweerder zich regelmatig onprofessioneel uitlaat over cliënten, ketenpartners, de Orde en de deken. Uit het dossier volgt dat verweerder zich meerdere keren onfatsoenlijk uitlaat over cliënten en zich oneerbiedig opstelt richting de deken. De intensiteit van verweerders communicatie is onprofessioneel. Verweerder toont geen zelfinzicht en legt de schuld steevast bij anderen. Verweerder heeft met het gelijktijdig volgen van meerdere cursussen zijn vakbekwaamheid niet onderhouden en in strijd het gehandeld met de kernwaarde deskundigheid. Voorwaardelijke schorsing van 8 weken. Begeleiding door coach als bijzondere voorwaarde.