Zoekresultaten 21-30 van de 42156 resultaten

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:72 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/1978 en C2023/2001

    Klacht tegen huisarts. Klager is van juli 2020 tot eind juni 2022 patiënt bij de huisarts geweest. Klager had last van slaapproblemen. Op een gegeven moment heeft de huisarts aan klager quetiapine (25 mg) voorgeschreven voor zijn slaapproblemen. Klager verwijt de huisarts dat zij hem een antipsychoticum heeft voorgeschreven en daarbij geen, of onvoldoende, informatie heeft gegeven over de risico’s van deze medicatie en over eventuele alternatieven. De huisarts bevestigt dat zij off-label quetiapine heeft voorgeschreven. De huisarts stelt dat zij dit weloverwogen en in overleg met klager heeft gedaan en dat haar hierin tuchtrechtelijk geen verwijt kan worden gemaakt. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van zowel klager als het beroep van de inspectie. Het Centraal Tuchtcollege legt artikel 68 van de Geneesmiddelenwet uit en overweegt dat het ontbreken van een richtlijn of protocol niet zonder meer in de weg staat aan off-label voorschrijven. Ook ander bewijs (‘evidence based’) en de stand van de wetenschap en de praktijk kan het voorschrijven van medicatie zonder dat dit in een richtlijn is beschreven, rechtvaardigen.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2023:52 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/48

    Beklaagde wordt verweten dat hij het afgeven van stambomen van kortsnuitige honden faciliteert. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:79 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2201

    Klacht tegen een internist. Klaagster heeft zich eind april 2014 in de avond gemeld bij de SEH van het ziekenhuis waar de internist op dat moment supervisie had. Klaagster voelde zich gedrogeerd en was bang dat haar ex-partner iets radioactiefs bij haar had ingespoten. De dienstdoende arts-assistent heeft klaagster lichamelijk onderzocht en het bloed en de urine van klaagster laten onderzoeken. De bevindingen heeft de arts-assistent telefonisch met de internist besproken. Klaagster verwijt de internist valsheid in geschrifte. De internist heeft volgens klaagster ook in strijd met de artseneed gehandeld.Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klaagster tegen deze beslissing.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:84 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-142/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een familiegeschil kennelijk ongegrond. Verweerster heeft de stukken in zaken waarin klager werd bijgestaan aan klagers advocaat gestuurd. In zaken waarin klager niet werd bijgestaan, was verweerster gehouden de stukken aan klager te zenden die zij ook bij de rechtbank indiende. Dat zij de toevoegingen in deze zaken niet aan klager heeft verstrekt, is niet klachtwaardig.

  • ECLI:NL:TGZRSHE:2024:26 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2023/6074

    Klaagster verwijt de internist dat hij: a) haar gedurende anderhalf uur de toegang tot haar moeder heeft ontzegd; b) haar niet de kans heeft gegeven met de jurist van het ziekenhuis te spreken; c) heeft geprobeerd af te dwingen dat zij het met hem eens was, anders mocht zij haar moeder niet zien;      d) haar alle zeggenschap over haar moeder heeft ontnomen.                                                                              Het college oordeelt dat de omstandigheden, te weten de onrustige gemoedstoestand van moeder op de dag dat klaagster haar wilde ophalen, de internist hem ertoe hebben gebracht om te handelen zoals hij heeft gedaan. De communicatie had beter gekund maar geen tuchtrechtelijk verwijt. Geen recht van klaagster om met jurist van ziekenhuis te spreken. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:73 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/1814

    Klacht tegen een radioloog. Klaagster verwijt de radioloog dat hij de MRI-scan die is gemaakt in 2018 onjuist heeft geïnterpreteerd. De groei van de tumor en de toegenomen verdringing van het ruggenmerg is niet opgemerkt. Hierdoor is de neuroloog van onjuiste informatie voorzien. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt dat niet kan worden vastgesteld dat de radioloog bij zijn beoordeling onzorgvuldig en niet als een redelijk bekwaam en redelijk handelend radioloog te werk is gegaan. De groei van tumoren met een complexe groei zoals een schwannoom is moeilijk te beoordelen. Dat de groei van de tumor destijds niet is opgemerkt, maakt niet dat sprake is van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege is van oordeel dat bij vergelijking van de MRI-scan van 2018 met de eerdere MRI-scans vanaf 2014 zowel de groei van de tumor als de toegenomen verdringing van de ruggenmerg zichtbaar is en deze mate van groei door de radioloog had moeten worden opgemerkt. Anders dan het Regionaal Tuchtcollege, is het Centraal Tuchtcollege van oordeel dat er geen sprake is van een beeld dat op verdedigbare gronden anders geïnterpreteerd kon worden of zodanig onduidelijk is dat het missen van de groei de radioloog niet kan worden aangerekend. Daarnaast geldt dat de verslaglegging van de radioloog niet voldoet aan de daarvoor geldende richtlijnen. Het Centraal Tuchtcollege verklaart de klacht gegrond en legt de radioloog een waarschuwing op.

  • ECLI:NL:TDIVTC:2023:53 Veterinair Tuchtcollege 's-Gravenhage 2022/98, 2022/99, 2022/100

    De dierenarts wordt verweten dat hij met betrekking een kat in zijn onderzoek en diagnosestelling tekort is geschoten, een verkeerde behandeling heeft ingesteld en dat euthanasie van de kat voorkomen had kunnen worden. Klacht deels gegrond, waarschuwing volgt. De paraveterinairen wordt verweten dat zij de kat gedurende de opname op de praktijk teveel en te vaak hebben gedwangvoerd. Klacht ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2024:85 Raad van Discipline 's-Gravenhage 24-164/DH/RO

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij in een familiegeschil kennelijk ongegrond. Een door verweerster ingediende productie verschil van het origineel: verweerster heeft daar een afdoende verklaring voor en de productie is nog steeds voldoende leesbaar. Verweerster mocht namens haar cliënt het standpunt innemen dat zij het niet in het belang van het kind acht dat klager het (vijfjarige) kind rechtstreeks in de juridische strijd betrekt.

  • ECLI:NL:TADRARL:2024:101 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-099/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. Kennelijk ongegrond: verweerster heeft duidelijk gemaakt vanaf het begin welke werkzaamheden zij voor klaagster kon en wilde doen. Verweerster moest hierin als dominus litis de regie houden en dat heeft zij op zorgvuldige (en geduldige ) wijze gedaan.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2024:80 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2023/2257

    Klacht tegen internist-infectioloog. Vanaf 2009 was klager onder behandeling bij de internist voor zijn HIV-infectie. Klager verwijt de internist onder andere dat zij hem niet heeft geïnformeerd over alternatieve medicatie (met minder bijwerkingen) en deze medicatie niet heeft voorgeschreven toen hij daarom vroeg. Hierdoor heeft klager jarenlang onnodige gezondheidsklachten ervaren zoals diarree en gewichtsverlies.Klager is in 2018 overgestapt naar een ander ziekenhuis, waar de medicatie van klager direct is aangepast. Het Regionaal Tuchtcollege verklaart de klacht in alle onderdelen kennelijk ongegrond. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager tegen deze beslissing.