Zoekresultaten 32391-32400 van de 42209 resultaten

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4117 Raad van Discipline 's-Gravenhage R.4045/12.170

    Verweerster staat de wederpartij van klager bij in een echtscheidingsprocedure. Tijdens de eerste bespreking heeft de cliënte aangegeven dat mogelijk een echtscheiding op gemeenschappelijk verzoek kon worden ingediend. Later deelde de cliënte mee dat zij met klager in conflict was geraakt. Klager stuurde hierna een e-mail aan verweerder met een verzoek om informatie. Daarop heeft verweerder niet gereageerd. Later heeft klager gebeld met het kantoor van verweerder, waarbij een toezegging is gedaan dat verweerder zou terugbellen, hetgeen hij niet heeft gedaan. Klacht dat klager in de periode oktober 2011 tot en met februari 2012 tevergeefs heeft getracht in contact te komen met verweerder en dat verweerder eerst bij brief van 23 februari 2012 klager heeft bericht dat hij slechts voor de vrouw zou optreden. De raad oordeelt dat het in de gegeven omstandigheden op de weg van verweerder lag om zorgvuldig met klager te communiceren. De raad acht het onzorgvuldig dat verweerder niet op de e-mail van klager heeft gereageerd en dat hij niet heeft teruggebeld ondanks telefonische toezegging van zijn secretaresse. Klacht gegrond. Geen maatregel.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4092 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4135/13.42

    Verweerder heeft gesteld dat hij in het belang van zijn cliënte niet is overgegaan tot inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand. Deze beslissing valt onder de vrijheid van de advocaat van de wederpartij.   Klacht kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2013:YA4073 Raad van Discipline 's-Gravenhage R. 4002/12.136

    Verzet. Hoewel de handelingen van verweerder en de wijze waarop hij zich jegens klager heeft opgesteld niet de schoonheidsprijs verdienen, heeft de behandeling van het verzet niet tot andere beschouwingen of conclusies geleid. Verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2850 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.005

    Klacht tegen plastisch chirurg. Klaagster verwijt de plastisch chirurg dat hij (1) de operatie heeft uitgevoerd zonder dat daar een voldoende indicatie voor bestond en zonder dat er sprake is geweest van informed consent (2) de operatie heeft uitgevoerd in een behandelruimte met een uitrusting die niet voldeed aan de in april 2007 daaraan te stellen eisen (3) niet adequaat heeft gehandeld vanaf 14.21uur toen was gebleken dat er sprake was van een calamiteit (4) zijn beroepsgeheim heeft geschonden door tijdens een interview met een journalist van dagblad de Telegraaf zaken te bespreken die hem waren toevertrouwd in zijn hoedanigheid van arts (5) het medisch dossier van patiënte onvoldoende heeft bijgehouden. Gelet op de ernst van hetgeen blijkens de gegrond bevonden klachtonderdelen de plastisch chirurg tuchtrechtelijk te verwijten valt, te weten dat niet kan worden vastgesteld dat een voldoende indicatie bestond voor de operatie, de schending van het medisch beroepsgeheim en de ontoereikende dossiervoering, acht het Centraal Tuchtcollege evenals het Regionaal Tuchtcollege in eerste aanleg de maatregel van berisping gepast en geboden.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2851 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.077 en c 2012.078

    Klacht tegen plastisch chirurg. Klaagster verwijt de plastisch chirurg (a) Onvoldoende uitleg over het gebruik en de gevolgen van permanente fillers (b) Het (mogelijk) onder valse voorwendselen (wetenschappelijke trial) injecteren van fillers, waarbij klaagster aan grote risico’s is blootgesteld (c) Niet steriel te hebben gewerkt vanuit een omgebouwde kamer in de eigen woning tijdens het injecteren van permanente fillers (d) Het niet bijhouden van een deugdelijk medisch dossier (e) Het veroorzaken van twee infecties in 2003 en 2004 met een bijna dodelijke afloop (f) Het door elkaar heen gebruiken van twee verschillende fillers terwijl dat door de fabrikanten nadrukkelijk wordt afgeraden (g) Het niet voorschrijven van antibiotica tijdens en na het injecteren van de fillers wat nadrukkelijk wordt voorgeschreven door de fabrikanten (h) Het niet voldoen aan de zorgplicht en onbereikbaar zijn voor artsen in de VS op het moment dat zij strijden om klaagster in leven te houden (i) Het na drie maanden na een infectie onverantwoord injecteren van fillers zonder voldoende onderzoek (punctie etc.) (j) Het verrichten van herstelingrepen met nog meer blijvend letsel als gevolg (k) Het blijvend letsel aan klaagsters linkerwang, afhangend oog en kale plekken in de haargrens aan beide zijden van het gezicht. Het Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg vernietigt de beslissing waarvan hoger beroep, verklaart klachtonderdeel d. gegrond en de klacht voor het overige ongegrond en legt aan de plastisch chirurg op één maatregel van: berisping.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2852 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.148

    Klacht tegen verzekeringsarts. Klager verwijt de verzekeringsarts dat hij het blokkeringsrecht heeft geschonden, geen daadwerkelijk fysiek onderzoek heeft gedaan, de Wet op de Medische Keuringen heeft geschonden en heeft vastgehouden aan eerder ingenomen onjuiste standpunten. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Hoger beroep klager verworpen door Centraal Tuchtcollege.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2013:YG2853 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2012.149

    Klacht tegen verzekeringsarts. Klager verwijt de verzekeringsarts dat hij het blokkeringsrecht heeft geschonden, geen daadwerkelijk fysiek onderzoek heeft gedaan, de Wet op de Medische Keuringen heeft geschonden en heeft vastgehouden aan eerder ingenomen onjuiste standpunten. Het Regionaal Tuchtcollege wijst de klacht af. Hoger beroep klager verworpen door Centraal Tuchtcollege.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4194 Raad van Discipline Amsterdam 12-261A

    Klachten tegen eigen advocaat. Klachten hebben betrekking op (o.m) het vooraf wekken van te rooskleurige verwachtingen over de uitkomst van de zaak, het niet melden dat rechtsbijstand door een advocaat voor een tweetal gevoerde procedures niet verplicht is, het beëindigen van de werkzaamheden door de advocaat en de daarbij gegeven uitleg. Alle klachtonderdelen zijn ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4188 Raad van Discipline Amsterdam 12-276A

    Klacht tegen eigen advocaat. De klacht is voor wat betreft verrekening en ontbrekende urenspecificatie tardief en daarom niet-ontvankelijk. De klacht over de kwaliteit van dienstverlening is ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2013:YA4195 Raad van Discipline Amsterdam 12-235A

    Klachten tegen eigen advocaat. Klaagster beklaagt zich er o.m. over dat verweerder de materie niet beheerste, niet voortvarend heeft gehandeld, en heeft nagelaten brieven in concept aan klaagster voor te leggen alvorens deze aan de wederpartij te versturen. Klachten in zoverre gegrond. Voorwaardelijke schorsing van een maand.