Zoekresultaten 2191-2200 van de 42006 resultaten

  • ECLI:NL:TADRAMS:2023:101 Raad van Discipline Amsterdam 23-246/A/NH

    Voorzittersbeslissing; Kennelijk ongegronde klacht over de advocaat van de wederpartij in een familierechtzaak.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:108 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-235/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over eigen advocaat. Geen sprake van tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen. Verweerder heeft namens en in overleg met klager een hoger beroepsschrift ingediend. Geen sprake van een onterechte aanvraag van een toevoeging en incassering van een eigen bijdrage. Het stond verweerder vrij om zich te onttrekken, omdat klager de samenwerking heeft beëindigd en niet meer op e-mails van verweerder heeft gereageerd. Klacht in beide onderdelen kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2023:22 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/410369 / KL RK 22-130

    Vader heeft een perceel geleverd terwijl hij volgens klager niet meer wilsbekwaam was. De notaris heeft dat volgens klager onvoldoende beoordeeld. De klacht is op dit onderdeel ongegrond omdat er behalve de leeftijd van vader geen omstandigheden waren om de wilsbekwaamheid verder te onderzoeken.De klacht is wel gedeeltelijk gegrond omdat de wens van vader niet overeen komt met de akte van levering.

  • ECLI:NL:TADRSGR:2023:109 Raad van Discipline 's-Gravenhage 23-237/DH/DH

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat in een familiezaak kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORARL:2023:23 Kamer voor het notariaat Arnhem-Leeuwarden C/05/411145 / KL RK 22-142

    Gelet op de checklist ABC- transacties waren er dus en verder voor de notaris geen objectief aanwijsbare redenen zijn medewerking aan de levering B-C te weigeren. De klacht wordt daarom op dit onderdeel ongegrond verklaard. Echter gegrond voor wat betreft het verwijt van klager dat de notaris hem niet informeerde over de intrede van een nieuwe partij aan de zijde van kopers. Hiermee heeft de notaris klager belangrijke informatie onthouden over de identiteit van de koper. De omstandigheid dat de nieuwe contractspartij evenals de oorspronkelijke contractspartij is gelieerd aan de heer [B.G.S.] brengt hierin geen verandering, immers het was aan klager geweest te bepalen of hij, al dan niet rekening houdende met de hier bedoelde onderlinge relaties, met [H.S.G. B.V.] wilde contracteren en aan hen wilde leveren. De kamer is daarom van oordeel dat de klacht op dit onderdeel gegrond is, waarbij in dit geval met oplegging van de maatregel van waarschuwing wordt volstaan.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:122 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-210/AL/MN

    Voorzittersbeslissing. Verweerster is in het kader van de geschillenregeling van de ARAG op verzoek van de deken opgetreden als bindend adviseur in een geschil over de wijze van aanpak van de zaak van klager door ARAG. Uit de overgelegde stukken is de voorzitter niet gebleken dat verweerster bij de uitoefening van haar taak als bindend adviseur zich zodanig heeft gedragen dat het vertrouwen in de advocatuur is geschaad. Naar het oordeel van de voorzitter heeft verweerster haar bindend advies op zorgvuldige wijze en met inachtneming van de daarvoor geldende regels van ARAG gegeven. De juistheid van het verwijt van klager dat verweerster daarbij de (wettelijke) regels niet op juiste wijze heeft toegepast, kan de voorzitter, tegenover de betwisting daarvan door verweerster, niet vaststellen. Kennelijk ongegrond in alle klachtonderdelen.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:116 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-580/AL/MN

    Raadsbeslissing. De raad verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij in alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:117 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-581/AL/MN

    Raadsbeslissing. De raad verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij in alle onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:118 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-570/AL/MN

    Raadsbeslissing. Klacht tegen eigen advocaat. Het verwijt dat verweerster op een ondeskundige manier bijstand heeft verleend is onvoldoende onderbouwd en is de raad ook niet uit de overgelegde stukken gebleken. Vanwege het wezenlijke verschil van inzicht in de aanpak van de zaak, was het niet klachtwaardig dat verweerster haar opdracht heeft neergelegd. De raad is ook niet gebleken dat zij dit op een onzorgvuldige wijze heeft gedaan. Klacht in beide onderdelen ongegrond.

  • ECLI:NL:TADRARL:2023:119 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 23-181/AL/NN

    Voorzittersbeslissing. Verweerder heeft een burgemeester bijgestaan na afwijzing van een vergunning aan (de vennootschappen van) klager. Verweerder heeft met zijn optreden naar het oordeel van de voorzitter niet de grenzen overschreden van de vrijheid die hem daarbij als partijdig advocaat van de wederpartij toekomt. Uit het verweer van verweerder is de voorzitter gebleken dat hij zorgvuldig onderzoek heeft gedaan naar toepasselijke regelgeving en zo ook naar de door klager bedoelde geheimhoudingsplicht voordat hij namens de burgemeester bij de politie aangifte tegen klager heeft gedaan van een mogelijk strafbaar feit (valsheid in geschrifte). Daarbij heeft verweerder zich ook verdiept in de vraag welke informatie de burgemeester bij de aangifte mag overleggen en heeft daarbij een afweging gemaakt op welke grondslag hij welke informatie bij de aangifte mocht inbrengen. Van grievende uitlatingen jegens klager is de voorzitter niet gebleken. Evenmin is de voorzitter gebleken dat klager door het handelen van verweerder onnodig of onevenredig in zijn belangen is geschaad zonder doel. De klachten zijn kennelijk ongegrond.