Zoekresultaten 1-50 van de 45913 resultaten
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:21 Kamer voor het notariaat Den Haag 25-23
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 17-09-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:21
De notaris heeft onderzocht en mocht op grond van dat onderzoek aannemen dat het besluit van de algemene ledenvergadering van de VvE om het B-gebied te kopen rechtsgeldig was genomen, namelijk in het kader van het behartigen van gemeenschappelijke belangen van de eigenaars en met een versterkte meerderheid. De notaris was daarmee gehouden de door de VvE verlangde werkzaamheden uit te voeren. Dat klaagster het niet met de koop eens was maakt dat niet anders. De klacht is ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:225 Hof van Discipline 's Gravenhage 250043
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:225
Klacht eigen advocaat. Verweerster heeft klager bijgestaan in een arbeidsrechtelijke procedure in hoger beroep. Klager is ontevreden over de wijze waarop verweerster hem heeft bijgestaan. Volgens klager is verweerster bij de behandeling van zijn zaak in ernstige mate tekortgeschoten in de uitoefening van het beroep van advocaat. De raad heeft geoordeeld dat niet is gebleken van enig tuchtrechtelijk verwijtbaar handelen van verweerster en heeft de klacht in alle klachtonderdelen ongegrond verklaard. Het hof sluit zich – na toepassing van een ruimhartige uitleg van de beroepsgronden – bij dat oordeel van de raad aan. De klacht is ook in hoger beroep in alle klachtonderdelen ongegrond. Bekrachtiging raadsbeslissing.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:22 Kamer voor het notariaat Den Haag 25-27 en 25-28
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 15-10-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:22
De VvE had bezwaar tegen de levering van het appartementsrecht, omdat de (voormalig) eigenaar haar verantwoordelijkheid voor realisatie en kwaliteit van de gemeenschappelijke gedeelten van het appartementsgebouw ontliep. Daardoor kan de VvE niet voor elkaar krijgen dat het appartementsgebouw voldoet aan vergunnings- en bouwvoorschriften en verzekerd is bij brand, terwijl zij wel verantwoordelijk is voor gemeenschappelijke gedeelten. Dergelijke problemen tussen een VvE en appartementseigenaren enerzijds en verkopend/voormalig appartementseigenaren anderzijds ontslaan een notaris echter niet van de verplichting ministerie te verlenen wanneer koper en verkoper van een appartementsrecht levering wensen. De klacht is ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:226 Hof van Discipline 's Gravenhage 250041
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:226
Klacht over eigen advocaat. Klaagster heeft in 2010 een verkeersongeval gehad, waaraan zij letsel heeft overgehouden. Verweerder heeft klaagster bijgestaan in een geschil met de WA-verzekeraar. De raad heeft de klacht van klaagster deels gegrond, deels ongegrond en deels niet-ontvankelijk verklaard. Alleen de niet-ontvankelijk verklaarde klachtonderdelen liggen nog ter beoordeling bij het hof voor. Het hof is met de raad van oordeel dat klaagster al in 2018/2019 op de hoogte was van de nadelige gevolgen van de door haar gestelde tuchtrechtelijk verwijtbare handelingen van verweerder. Klaagster heeft met betrekking tot deze klachtonderdelen te laat geklaagd en is niet-ontvankelijk in haar klacht. Bekrachtiging raadsbeslissing.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:23 Kamer voor het notariaat Den Haag 25-19
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 15-10-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:23
Klaagster verwijt de toegevoegd notaris dat hij niet (tijdig) heeft gecommuniceerd over het eindigen van zijn hoedanigheid van executeur. De toegevoegd notaris is overgegaan tot verdeling van de nalatenschap, zonder de erfgenamen daarbij te informeren over de (restant)vordering van klaagster. Verder verwijt klaagster de toegevoegd notaris dat hij niet voldaan heeft aan de verplichting tot betaling van een bedrag van € 1.325,- aan overeengekomen schadevergoeding.De kamer is van oordeel dat de toegevoegd notaris zonder dat eerst vereffening van de boedel had plaatsgevonden niet mocht overgaan tot verdeling. Hij was immers op de hoogte van een geschil met een schuldeiser van de boedel over het bestaan en de hoogte van haar beweerde vordering. Dit klachtonderdeel is gegrond met oplegging van de maatregel van berisping. Voor het overige is de klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:227 Hof van Discipline 's Gravenhage 240268 240269
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:227
Deze procedure betreft een klacht die is ingediend door een klokkenluider tegen advocaat-onderzoekers die onderzoek hebben gedaan naar de melding van die klokkenluider. De Raad van Discipline heeft geoordeeld dat het door verweerders verrichte onderzoek en de naar aanleiding daarvan uitgebrachte rapportage voldoet aan de daaraan te stellen eisen. Het Hof van Discipline is van oordeel dat het door verweerders opgestelde onderzoeksprotocol op het punt van hoor en wederhoor onvoldoende duidelijk was en dat verweerders hadden moeten begrijpen dat zij – gegeven de onduidelijkheid – klager ook inzage hadden moeten geven in het (substantiële) deel van het rapport waarin conclusies en aanbevelingen waren opgenomen, gelet de juridische betekenis daarvan voor klager. Het hof verklaart de klacht dan ook alsnog deels gegrond en legt aan verweerders de maatregel van een waarschuwing op.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:24 Kamer voor het notariaat Den Haag 25-29, 25-30, 25-50 en 25-51
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 15-10-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:24
Klager heeft de klacht ingediend namens een aantal kerkgenootschappen, twee stichtingen en zichzelf. De kandidaat-notaris heeft als waarnemer van de notaris een verklaring van erfrecht opgesteld. De notaris is in het boedelregister ingeschreven als betrokken notaris.Bij de beoordeling van de klachten geldt dat klager stelt te handelen namens een kerkgenootschap als bedoeld in art. 2:2 van het Burgerlijk Wetboek. Klager treedt niet op als schuldeiser of namens een schuldeiser, maar als/namens een erfgenaam. Hij heeft erkend dat erflaatster geen testament heeft gemaakt. Sprake zou zijn van een intern erfgenaamschap. De klacht is op alle onderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:265 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2025/8920
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 11-11-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:265
Voorzittersbeslissing. De zoon van klager heeft namens klager een klacht ingediend tegen een specialist ouderengeneeskunde. Er is geklaagd over de zorg aan klager en een aantal zaken die daarop betrekking hebben. De mentor van klager heeft verklaard dat hij niet instemt met deze klacht en dat klager verder als wilsonbekwaam dient te worden beschouwd om de klacht in te dienen. De voorzitter is van oordeel dat klagers mentor aannemelijk heeft gemaakt dat klager terzake van het indienen van de klacht wilsonbekwaam is. De wilsonbekwaamheid van klager volgt ook uit de stukken. Klager is kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:228 Hof van Discipline 's Gravenhage 240248
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:228
Klacht tegen advocaat wederpartij. Verweerder heeft opgetreden voor de wederpartij van klaagster in een kortgedingprocedure met als doel het door klaagster aan de cliënt van verweerder opgelegde toegangsverbod tot een moskee ongedaan te maken. Klaagster verwijt verweerder (onder meer) dat hij zich (in de processtukken) in deze procedure onnodig grievend jegens een van de bestuursleden van de vereniging heeft uitgelaten. Het hof oordeelt dat klaagster als vereniging kan worden ontvangen in haar klacht omdat de bestuursleden werden aangesproken in hun functie van bestuurder van de vereniging en de vereniging daarmee rechtstreeks in haar belang is getroffen. Het hof oordeelt vervolgens dat de door verweerder in de kortgedingdagvaarding gebruikte bewoordingen gelet op de inzet van het kortgeding – de opheffing van een toegangsverbod – geen redelijk doel dienden en als onnodig grievend dienen te worden gekwalificeerd. Het hof sluit zich aan bij de door de raad opgelegde maatregel van waarschuwing. Bekrachtiging raadbeslissing.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:241 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-266/AL/GLD
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:241
Klagers - een curator en haar advocaat - beklagen de advocaat van de wederpartij. Verweerder heeft namens zijn cliënten ook een klacht over klagers ingediend. Naar het oordeel van de raad kunnen de daarin gebruikte bewoordingen niet anders worden uitgelegd dan dat klagers leugenaars zouden zijn. Verweerder wist kort daarna dat hij met zijn ferme aantijgingen over zijn mede-advocaten fout zat, maar heeft daarvan naar het oordeel van de raad onvoldoende afstand genomen, ook niet tijdens de zitting van de raad. Verweerder had daarin pro-actiever en welwillender richting zijn collega’s moeten handelen, zeker na hun herhaalde verzoeken daartoe. Datzelfde geldt voor het onder verantwoordelijkheid van verweerder door een foute adressering doorsturen van de klacht over klaagster aan een niet betrokken advocatenkantoor. Klaagster was niet alleen niet werkzaam bij dat kantoor. Onduidelijk is ook waarom verweerder het nodig vond om die individuele klacht over klaagster onder de aandacht te brengen van een advocatenkantoor. Uitgangspunt is dat een goede beroepsuitoefening binnen de advocatuur gediend is met een onderlinge verhouding tussen advocaten die berust op vertrouwen en welwillendheid. Naar het oordeel van de raad heeft verweerder die onderlinge verhouding met klagers verstoord. Het had verweerder gesierd om zijn fouten meteen na ontdekking en zonder voorbehouden bij klagers recht te zetten. Verweerder heeft dat naar het oordeel van de raad onvoldoende oprecht gedaan. Naar het oordeel van de raad is de maatregel van waarschuwing daarom passend en geboden.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:19 Kamer voor het notariaat Den Haag 25-9
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 17-09-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:19
Klaagster verwijt de notaris dat hij het testament van erflater niet had mogen passeren. Hij is daarbij tekort geschoten in zijn onderzoeksplicht c.q. zorgplicht door na te laten op zorgvuldige wijze de wilsbekwaamheid van erflater te beoordelen, alsmede te beoordelen of sprake was van vrije wilsvorming.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:242 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-267/AL/GLD 25-268/AL/GLD
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:242
Klacht over curator en over de advocaat van de curator. Anders dan klagers is de raad van oordeel dat verweerders niet actief bij de toenmalige advocaten van klagers of bij klagers om toestemming hoefden te vragen om informatie uit een factuur met specificaties van de eerdere advocaten van klagers te mogen gebruiken in de procedure tegen klagers. De toenmalige advocaten hebben de bewuste factuur met specificaties op eigen initiatief ter verificatie bij verweerster ingediend zonder aan het gebruik daarvan voorwaarden te verbinden. Klagers zelf hadden tijdens een gesprek bij de rechter-commissaris tegen het gebruik van die factuur met specificaties van hun voormalige advocaten bezwaar kunnen maken. In elk geval hadden dat zij dat binnen een redelijke termijn na ontvangst van die stukken kunnen doen. Vast staat dat klagers pas twee maanden later hun bezwaren kenbaar hadden gemaakt nadat verweerders de informatie in de dagvaarding hadden meegenomen. Naar het oordeel van de raad was deze handelwijze van verweerders in de hiervoor geschetste omstandigheden tuchtrechtelijk dan ook toelaatbaar. Klacht ook overigens ongegrond.
-
ECLI:NL:TNORDHA:2025:20 Kamer voor het notariaat Den Haag 24-60
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 17-09-2025
- ECLI:NL:TNORDHA:2025:20
Klaagster verwijt de notaris dat hij tijdens een bespreking in aanwezigheid van de kopers de verdeling van de verkoopopbrengst tussen klaagster en de man aan de orde heeft gesteld. Voldoende staat vast dat de notaris tijdens de passeerafspraak in bijzijn van de kopers heeft opgemerkt dat er sprake was van “een issue met de afrekening”. Onenigheid tussen de verkopers onderling regardeerde de kopers niet en was ook niet op enige wijze van belang voor de transactie tussen kopers en verkopers. Door zijn opmerking daarover heeft de notaris zijn geheimhoudingsplicht geschonden. De klacht is gegrond zonder oplegging van een maatregel.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:224 Hof van Discipline 's Gravenhage 250086
- Datum publicatie: 11-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:224
Klacht van derde. Klager verwijt verweerder dat hij zich onnodig grievend heeft uitgelaten ten opzichte van een politieambtenaar door tegen haar uit te vallen en zich onbeschoft te gedragen. De raad heeft geoordeeld dat klager niet-ontvankelijk is in zijn klacht. Het hof sluit zich bij dit oordeel aan. Het persoonlijke karakter van het tuchtrecht brengt mee dat alleen diegene die onheus is bejegend over die bejegening kan klagen. Klager is door de gestelde grievende uitlatingen niet rechtstreeks in een eigen belang getroffen. Bekrachtiging raadsbeslissing
-
ECLI:NL:TACAKN:2025:69 Accountantskamer Zwolle 25/262 Wtra AK
- Datum publicatie: 10-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TACAKN:2025:69
Betrokkene heeft bij een interne auditfunctie van een buitenlandse overheid een externe evaluatie uitgevoerd in lijn met de IIA Standaarden. Betrokkene heeft in zijn rapport naar aanleiding van deze ‘quality assurance review’ geconcludeerd dat de interne auditfunctie voldoet aan de IIA Standaarden waarbij de kwalificatie ‘generally conforms’ is gegeven. Hierbij heeft betrokkene vermeld dat de interne auditfunctie deze kwalificatie voor de komende vijf jaar mag gebruiken onder de voorwaarde dat de interne evaluaties de algemene naleving van de IIA Standaarden en de gedragscode van het IIA blijven bevestigen. Volgens klager heeft het rapport geen deugdelijke grondslag. De Accountantskamer verklaart de klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:154 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-452/DB/LI
- Datum publicatie: 10-11-2025
- Datum uitspraak: 28-10-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:154
Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat. Diverse verwijten over de kwaliteit van de dienstverlening en het neerleggen daarvan, de bejegening en afspraken met klagers rechtsbijstandsverzekeraar zijn kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:141 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8443
- Datum publicatie: 10-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:141
Voordracht van de IGJ over een verpleegkundige vanwege het missen van de geschiktheid tot het uitoefenen van zijn beroep wegens zijn geestelijke of lichamelijke gesteldheid en een gewoonte van misbruik van middelen. Het college komt tot het oordeel dat de verpleegkundige de geschiktheid mist tot het uitoefenen van zijn beroep, beveelt de doorhaling van de inschrijving van de verpleegkundige in het BIG-register en treft een voorlopige voorziening.
-
ECLI:NL:TACAKN:2025:70 Accountantskamer Zwolle 24/3896 Wtra AK 25/1199 Wtra AK
- Datum publicatie: 10-11-2025
- Datum uitspraak: 10-11-2025
- ECLI:NL:TACAKN:2025:70
Betrokkene mag stukken waarop het verschoningsrecht van klager rust en die klager in eerdere klachten aan de Accountantskamer en betrokkene heeft overgelegd, gebruiken bij zijn verdediging tegen nieuwe klachten van klager.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:142 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8442
- Datum publicatie: 10-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:142
Klacht van de IGJ tegen een verpleegkundige over het wegnemen van medicatie van cliënten, het niet in staat zijn om zorg te verlenen en gevaarlijk rijgedrag en rijden onder invloed van middelen. Het college komt tot het oordeel dat de de klacht grotendeels gegrond is en treft de maatregel van doorhaling van de inschrijving in het BIG-register en legt een beroepsverbod op. Het college bepaalt dat het beroepsverbod onmiddellijk van kracht wordt.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:143 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8338
- Datum publicatie: 10-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:143
Voordracht van IGJ over een verpleegkundige in verband met de gewoonte van misbruik van middelen. Het college komt tot het oordeel dat de verpleegkundige de geschiktheid mist tot het uitoefenen van zijn beroep, ontzegt de verpleegkundige het recht om weer in het BIG-register te worden ingeschreven en treft een voorlopige voorziening.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:144 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8337
- Datum publicatie: 10-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:144
Klacht van IGJ tegen een verpleegkundige over het ontvreemden van opiaten voor eigen gebruik en het gebruik van middelen voorafgaand en tijdens het werk in de directe patiëntenzorg. Het college komt tot het oordeel dat de klacht gegrond is, ontzegt de verpleegkundige het recht om weer in het BIG-register te worden ingeschreven en legt een beroepsverbod op met de bepaling dat dit onmiddellijk van kracht wordt.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:103 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/766323/ DW RK 25/90 MK/SM
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:103
Beslissing op verzet. Ongegrond verklaard. Klager beklaagt zich er – samengevat – over dat de gerechtsdeurwaarder zijn inboedel na een ontruiming heeft vernietigd in plaats van op te slaan. Uit alle omstandigheden rondom de aanzegging en daadwerkelijke ontruiming had klager redelijkerwijs (eerder) kunnen weten dat zijn inboedel vernietigd was.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:206 Raad van Discipline Amsterdam 25-372/A/A
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:206
Raadsbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij is in alle klachtonderdelen ongegrond. Er bestond voor verweerster naar het oordeel van de raad geen aanleiding om onderzoek te doen naar de herkomst, authenticiteit of echtheid van de ingebrachte leningsovereenkomst. Het verwijt dat verweerster met het inbrengen van dit stuk in de procedure bewust onjuiste informatie heeft verstrekt, faalt. Verweerster behartigde de belangen van haar cliënt toen zij de overeenkomst inbracht. Dat zij daarbij de belangen van klaagster onevenredigheid zou hebben geschaad, is de raad niet gebleken. Evenmin is het de raad gebleken dat verweerster met het leggen van het beslag de belangen van klaagster nodeloos en ontoelaatbaar zou hebben geschaad.
-
ECLI:NL:TDIVBC:2025:8 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VBC 2025/01 VBC 2025/05
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TDIVBC:2025:8
Beroep van diereigenaar tegen een uitspraak van het Veterinair Tuchtcollege op een klacht tegen twee dierenartsen. De zaken hebben betrekking op de behandeling van de kat van appellante, die uiteindelijk is geëuthanaseerd. Appellante verwijt de dierenartsen onder meer dat zij bij haar op deze euthanasie hebben aangedrongen. Het Veterinair Tuchtcollege heeft beide klachten in eerste aanleg ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:104 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/767262 / DW RK 25/116 MK/SM
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:104
Beslissing op verzet. Ongegrond. Klager beklaagt zich er over dat de gerechtsdeurwaarder loonbeslag heeft gelegd, terwijl er al betaald is. De voorzitter heeft overwogen dat aan de thans geformuleerde klacht hetzelfde feitencomplex ten grondslag ligt, als aan de klacht die in de eerdere procedure aan de orde is gesteld en heeft de klacht niet-ontvankelijk verklaard. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en het verzet dient dan ook ongegrond te worden verklaard.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:207 Raad van Discipline Amsterdam 25-307/A/A
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:207
Ongegrond verzet.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:263 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2025/8272
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:263
Gedeeltelijk gegronde klacht tegen een bedrijfsarts, waarschuwing.Klager heeft na ziekmelding twee gesprekken gehad met de bedrijfsarts. Deze constateerde tijdens het eerste contact dat sprake was van een arbeidsconflict en raadde klager aan om met zijn werkgever in gesprek te gaan. De klacht van klager richt zich op het oordeel van de bedrijfsarts, de wijze van totstandkoming daarvan, de gevolgen en het handelen van de bedrijfsarts in het vervolgtraject. De bedrijfsarts heeft het college verzocht de klacht ongegrond te verklaren. Het college is van oordeel dat twee klachtonderdelen die zien op een belangrijk aspect van de taak van de bedrijfsarts, namelijk het na gedegen onderzoek en anamnese komen tot een oordeel over de medische situatie, gegrond zijn. Voor het overige is de klacht ongegrond Klacht gedeeltelijk gegrond, waarschuwing.
-
ECLI:NL:TDIVBC:2025:9 Veterinair Beroepscollege 's-Gravenhage VBC 2025/04
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TDIVBC:2025:9
Beroep van diereigenaar tegen een uitspraak van het Veterinair Tuchtcollege op een klacht tegen een dierenarts. De zaak heeft betrekking op een operatie van de hond van appellante. Appellante maakt de dierenarts verwijten over de uitvoering van de operatie en de verleende nazorg. Het Veterinair Tuchtcollege heeft de klacht in eerste aanleg ongegrond verklaard.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:105 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/756132 DW RK 24/317 MK/SM
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:105
Klacht gegrond. Maatregel: berisping. De wijze waarop de werkzaamheden thans zijn ingericht dragen bij aan de onduidelijkheid die bestaat over de openstaande vorderingen. Voorts heeft de gerechtsdeurwaarder te laat gereageerd op correspondentie van klaagster.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:208 Raad van Discipline Amsterdam 25-323/A/A 25-324/A/A
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:208
Raadsbeslissing. Klachten over het handelen van verweerder in een andere hoedanigheid, te weten in de rol van deskundige op het gebied van sanctiewetgeving zijn ongegrond. Er is geen sprake van handelen of nalaten in strijd met hetgeen een behoorlijk advocaat betaamt. Verweerder kan ten aanzien van de genoemde uitlatingen geen tuchtrechtelijk verwijt worden gemaakt. Dat de uitlatingen van verweerder klagers onwelgevallig zijn, maakt niet dat het vertrouwen in de advocatuur is geschaad. Dat verweerder zich middels het opmaken van een verklaring ten onrechte zou hebben gemengd in de procedure of dat hij hiermee een “verborgen procespartij” zou zijn geweest, en dat hij (daarom) het vertrouwen in de advocatuur zou hebben geschaad, is naar het oordeel van de raad niet gebleken. Verweerder heeft een verklaring opgesteld omdat hierom werd verzocht. Een tuchtrechtelijk verwijt kan hem niet worden gemaakt. Het verwijt van klaagster 2 dat verweerder haar geheimhoudingsplicht op enige wijze zou hebben geschonden, kan de raad niet plaatsen. Ook hier geldt dat verweerder zijn uitlatingen heeft gedaan in zijn rol als deskundige. Niet valt in te zien waarom hij klaagster 2 hierover (vooraf) over had moeten informeren, laat staan dat hij met het nalaten hiervan de geheimhoudingsplicht van klaagster 2 heeft geschonden of het vertrouwen in de advocatuur zou hebben geschaad.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2025:264 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam A2025/8416
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGZRAMS:2025:264
Deels gegronde klacht tegen een bedrijfsarts, berisping. Klaagster verwijt de bedrijfsarts dat hij onprofessioneel heeft gehandeld in het kader van een preventief consult en vervolgens bij de verzuimbegeleiding. Meer specifiek wordt de bedrijfsarts verweten dat adequate medische opvolging ontbrak, dat sprake is van onzorgvuldige en onvolledige verslaglegging en dat hij het verzoek om een second opinion heeft geweigerd zonder inhoudelijke motivering. De bedrijfsarts heeft het college verzocht de klacht (kennelijk) ongegrond te verklaren. Het college acht het handelen van de bedrijfsarts tuchtrechtelijk verwijtbaar. Hij heeft de medische beperkingen van klaagster niet, althans onvoldoende, herkend en heeft onvoldoende inzichtelijk gemaakt op welke wijze hij tot zijn oordeel is gekomen. Daarnaast heeft de bedrijfsarts in strijd gehandeld met belangrijke richtlijnen van de NVAB en heeft hij de aanvraag van een second opinion niet gefaciliteerd waar dat wel geboden was. Met betrekking tot de op te leggen maatregel is het college van oordeel dat de bedrijfsarts tijdens de inhoudelijke behandeling ter terechtzitting geen, althans beperkt, blijk gegeven van reflectie op zijn handelen, met name rondom de second opinion. Dit heeft gevolgen gehad voor (het traject van) klaagster, die uiteindelijk zelf een second opinion heeft moeten regelen. Deels gegronde klacht, berisping.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:106 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/777901 / DW RK 25/428 MK/SM
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:106
Proces-verbaal mondelinge uitspraak. Ordemaatregel: zes maanden schorsing ex art. 38 lid 1 van de Gerechtsdeurwaarderswet.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:101 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/761525 DW RK 24/438 MK/SM
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:101
Klacht ongegrond. Klaagster beklaagt zich er over dat de gerechtsdeurwaarder een onjuiste berekening van de beslagvrije voet hanteert wat ertoe leidt dat er teveel is ingehouden. Ook als die stelling al juist is, betekent dat niet automatisch dat sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen. Klaagster dient zij zich hiervoor te wenden tot de gewone (civiele) rechter en niet de tuchtrechter.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:223 Hof van Discipline 's Gravenhage 250360
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 06-11-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:223
Klacht wordt niet verwezen. Het hof overweegt dat het indienen van een klacht tegen een advocaat die in dit geval ook deken is, niet de geëigende wijze is om de weigering van die deken om een advocaat aan te wijzen aan de orde te stellen. De weigering van de deken om een advocaat aan te wijzen kent in de Advocatenwet een zelfstandige rechtsgang, te weten het artikel 13-beklag. Klaagster is daarvan op de hoogte en kan bij het hof een dergelijk beklag indienen. Zij heeft er echter voor gekozen om dit niet te doen en in plaats daarvan een klacht tegen de deken in te dienen. Aangezien de klacht verder geen omschrijving bevat van enig handelen of nalaten van de deken op grond waarvan de tuchtrechter tot de conclusie zou kunnen komen dat tuchtrechtelijk verwijtbaar is gehandeld, ziet het hof geen aanleiding om de klacht voor onderzoek naar een andere deken te verwijzen.
-
ECLI:NL:TGDKG:2025:102 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/760217 DW RK 24/407 MK/SM
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 07-11-2025
- ECLI:NL:TGDKG:2025:102
Klacht gegrond. Maatregel: waarschuwing. De kamer verklaart het deel waarbij beslag is gelegd op de verkeerde onroerende zaak gegrond. De kamer neemt, ten aanzien van de opgelegde maatregel, in aanmerking dat het beslag snel, binnen een dag, is opgeheven en doorgehaald en klager en ouders excuses zijn gemaakt.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2025:205 Raad van Discipline Amsterdam 25-580/A/DH
- Datum publicatie: 07-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRAMS:2025:205
Raadsbeslissing. De raad stelt voorop dat mr. B de opdracht aan verweerder had gegeven tot het opstellen van een (cassatie)advies. Tussen mr. B en verweerder bestond dus een advocaat-cliëntrelatie. Verweerder hoefde daarom alleen contact te onderhouden met mr. B als zijn opdrachtgever. Het was vervolgens aan mr. B om zijn cliënt, klager, op de hoogte te stellen van de inhoud van het advies van verweerder. Dat mr. B dat (kennelijk) niet heeft gedaan, kan verweerder niet tuchtrechtelijk worden verweten. Verweerder kon en mocht zijn “quick scan”-advies opstellen zonder dat hij wist of klager hiervan op de hoogte was en hiervoor al dan niet expliciet zijn toestemming had gegeven. Klachtonderdeel a) is daarom ongegrond. Ten aanzien van het verwijt dat verweerder in een belangenconflict zou zijn geraakt, overweegt de raad dat dit alleen had kunnen spelen als klager op enig moment (ook) de cliënt van verweerder zou zijn geweest, maar daarvan is geen sprake. Verweerder diende enkel het belang van mr. B en er bestond voor hem geen enkele noodzaak laat staan verplichting om klager hierover op enige wijze te informeren. Dat klager als gevolg van het (cassatie)advies van verweerder op enige wijze rechtstreeks in zijn belangen zou zijn geraakt, valt daarom niet in te zien. Het in klachtonderdeel c) gemaakte verwijt ziet op de kwaliteit en inhoud van het advies dat verweerder aan zijn cliënt, mr. B, verstrekte. Dat klager het kennelijk oneens was met deze opdracht en de deugdelijkheid van het advies, maakt niet dat klager een rechtstreeks belang heeft bij dit klachtonderdeel. Dit klachtonderdeel is daarom niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:140 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2024/7451
- Datum publicatie: 06-11-2025
- Datum uitspraak: 04-11-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:140
Klacht tegen een arts deels gegrond, maatregel waarschuwing. Klaagster heeft een behandeling met fillers en botox ondergaan bij de kliniek waar verweerder als cosmetisch arts werkzaam was. Klaagster verwijt de arts dat de behandeling die hij heeft uitgevoerd onzorgvuldig was, dat de voorlichting/informed consent en de nazorg onvoldoende waren, en dat er onjuiste informatie op de website van zijn huidige kliniek staat. Het college komt tot het oordeel dat de klacht ontvankelijk is, omdat over het handelen waarover klaagster nu klaagt namelijk nog geen onherroepelijk geworden tuchtrechtelijke eindbeslissing genomen. Daarnaast oordeelt het college dat verweerder tekort is geschoten in zijn zorgverlening door onvoldoende voorlichting te geven over de behandeling en niet tijdig te reageren op de hulpverzoeken na de behandeling. Maatregel van waarschuwing passend en geboden gelet op alle omstandigheden.
-
ECLI:NL:TGZRSHE:2025:121 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg 's-Hertogenbosch H2025/8311
- Datum publicatie: 05-11-2025
- Datum uitspraak: 05-11-2025
- ECLI:NL:TGZRSHE:2025:121
Gegronde klacht van de inspectie over een verpleegkundige. De verpleegkundige heeft in privétijd een ernstig beperkte vrouw meermaals seksueel misbruikt. De verpleegkundige is hiervoor strafrechtelijk veroordeeld. Dit handelen is zo zeer in strijd met wat van een verpleegkundige mag worden verwacht dat de verpleegkundige de zwaarste maatregel wordt opgelegd. Onvoldoende reflectie en zelfinzicht gebleken. De door het NFI ingeschatte lage recidivekans geeft het college geen vertrouwen dat de verpleegkundige in de functie van verpleegkundige ook een lage recidivekans zou hebben. Maatregel: doorhaling, schorsing en algeheel beroepsverbod.
-
ECLI:NL:TGZRZWO:2025:139 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle Z2025/8021
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TGZRZWO:2025:139
Klacht tegen een radioloog kennelijk ongegrond. Na verwijzing door de neuroloog werden MRI-scans van klaagster haar hersenen gemaakt. Verweerder beoordeelde de scans en maakte daarvan een verslag. Klaagster had bedenkingen ten aanzien van de verslaglegging van de MRI-scan. Zij vermoedde neuroborreliose (ziekte van Lyme). Klaagster verwijt de radioloog dat er niet adequaat is gecommuniceerd met de aanvragend neuroloog, waardoor een onbruikbare uitslag werd afgegeven. Na een gesprek met verweerder, het afdelingshoofd en een collega-neuroradioloog werd het verslag niet herzien. Het college kan niet vaststellen dat verweerder bij die beoordeling en verslaglegging onzorgvuldig en niet als een redelijk bekwaam en redelijk handelend radioloog te werk is gegaan. Het is aan verweerder, als zorgprofessional, om te bepalen wat er in zijn verslag wel of niet opgenomen wordt en of dit moet worden aangepast na herbeoordeling.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:238 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-606/AL/GLD
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:238
voorzittersbeslissing. Klaagster beklaagt zich erover dat verweerder onvoldoende heeft meegewerkt aan het bereiken van een schikking. Uit de stukken is de voorzitter gebleken dat verweerder pogingen heeft gedaan om tot een vergelijk met klaagster te komen. Zijn cliente was op enig moment niet langer bereid om verder nog met klaagster te onderhandelen. Verweerder heeft dat standpunt van zijn cliente in neutrale bewoordingen aan klaagster bericht. Kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:152 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-414/DB/ZWB
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:152
Raadsbeslissing. Verweerder had melding moeten maken van het contact dat hij met een bedrijf heeft gehad. Verweerder heeft de rechtbank onvolledig, en daarmee onjuist, geïnformeerd. Wel heeft hij zich voldoende ingespannen om dit bij de rechtbank aan te kaarten, nadat hij op zijn fout is gewezen. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:219 Hof van Discipline 's Gravenhage 250229
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:219
Verzoek tot aanwijzing van advocaat ex artikel 13 Advocatenwet afgewezen.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:239 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-613/AL/OV
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:239
voorzittersbeslissing. Klacht over het optreden van een deken naar de klacht van klager over een advocaat. Naar het oordeel van de voorzitter heeft verweerster met haar optreden het vertrouwen in de advocatuur niet geschaad. Klacht kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRSHE:2025:153 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 25-205/DB/LI
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 03-11-2025
- ECLI:NL:TADRSHE:2025:153
Verzet gegrond, klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:213 Hof van Discipline 's Gravenhage 250256
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:213
Verzoek tot aanwijzing van advocaat ex artikel 13 Advocatenwet afgewezen.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:220 Hof van Discipline 's Gravenhage 250355
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:220
Beklag tegen de beslissing van de deken om geen advocaat aan te wijzen ongegrond. De deken heeft op goede gronden geweigerd te voldoen aan klagers herhaalde verzoek om hem nogmaals een advocaat toe te wijzen. De mogelijkheid de deken te verzoeken een advocaat aan te wijzen is een aanvullende voorziening voor het geval de rechtzoekende niet op eigen initiatief een advocaat weet te vinden die bereid is hem bijstand te verlenen. Bij het aanwijzen van een advocaat komt de deken een ruime beleidsvrijheid toe. De “advies-eerst-constructie” is naar het oordeel van het hof gelet op het uiteengezette kader objectief gerechtvaardigd en niet in strijd met de wet.
-
ECLI:NL:TADRARL:2025:240 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 25-520/AL/MN
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TADRARL:2025:240
Voorzittersbeslissing. De voorzitter verklaart een klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:221 Hof van Discipline 's Gravenhage 230129H2
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:221
Tweede verzoek tot herziening van een beslissing op grond van artikel 13 Advw niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:215 Hof van Discipline 's Gravenhage 250060
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 31-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:215
Het betreft een klacht tegen de eigen advocaat. De raad van discipline heeft geoordeeld dat de klacht over de kwaliteit van de dienstverlening in alle klachtonderdelen ongegrond is. Klager is in beroep gekomen tegen de ongegrondverklaring. Het hof van Discipline vernietigt de beslissing van de raad voor zover daarbij klachtonderdeel a) ongegrond is verklaard, verklaart klachtonderdeel a) deels gegrond en legt aan verweerder de maatregel op van waarschuwing.
-
ECLI:NL:TAHVD:2025:222 Hof van Discipline 's Gravenhage 250209
- Datum publicatie: 04-11-2025
- Datum uitspraak: 27-10-2025
- ECLI:NL:TAHVD:2025:222
Ongegrond verzet tegen beslissing van de voorzitter om de klacht tegen de deken niet te verwijzen.
- Pagina: 1
- Pagina: 2
- ...
- Pagina: 919
- Volgende pagina zoekresultaten