Zoekresultaten 40911-40920 van de 44770 resultaten
-
ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1350 Raad van Discipline Amsterdam 10-212A 10-213A
- Datum publicatie: 15-02-2011
- Datum uitspraak: 15-02-2011
- ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1350
Verzet na twee kennelijk ongegrond bevonden klachten tegen de advocaten van de dochter van klager. Tijdens een bespreking op het kantoor van verweerders heeft klager het strafdossier van zijn dochter meegenomen. Verweerders hebben aangifte gedaan. Klager is aangehouden en er is huiszoeking bij hem verricht. Verweerders hebben de tuchtrechtelijke normen die jegens derden in acht moeten worden genomen niet overschreden. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1357 Raad van Discipline Amsterdam 10-228Alk
- Datum publicatie: 15-02-2011
- Datum uitspraak: 15-02-2011
- ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1357
Klacht tegen advocaat wederpartij. Feitelijk onjuiste mededeling over vernietiging van financiële stukken. Verweerder mocht op informatie cliënt afgaan. Onderdeel ongegrond. Verweerder is onnodig grievend/intimiderend geweest. In familiezaken (erfenis) staat meer op het spel dan alleen de financiële kant daarvan. De dreiging van verweerder dat klaagster mogelijk zou worden onterfd als zij niet meewerkt, is in de gegeven omstandigheden disproportioneel. Onderdeel gegrond zonder maatregel.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1351 Raad van Discipline Amsterdam 10-230A
- Datum publicatie: 15-02-2011
- Datum uitspraak: 15-02-2011
- ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1351
Klacht tegen de advocaat van de wederpartij. Klaagster verwijt verweerder zich in een verzoekschrift tot het leggen van conservatoir beslag schuldig te hebben gemaakt aan valsheid in geschrifte. De raad oordeelt dat de gekozen bewoordingen van verweerder wellicht juridisch niet juist waren, maar er is geen tuchtrechtelijke grens overschreden. Klacht ongegrond.
-
ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1358 Raad van Discipline Amsterdam 10-259H
- Datum publicatie: 15-02-2011
- Datum uitspraak: 15-02-2011
- ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1358
Verzetzaak. Klacht tegen eigen advocaat. Uit de stukken is niet gebleken dat verweerder over onvoldoende (parate) juridische kennis beschikt om zaak te kunnen aannemen. Een andere visie op het juridische geschil dan de cliënt is niet zonder meer tuchtrechtelijk verwijtbaar. Verweerder is niet verplicht visie van de cliënt te volgen. Verweerder heeft opdacht niet ontijdig naast zich neergelegd. Hij kan aanspraak maken op honorarium voor de tot dat moment verleende diensten. Verzet ongegrond.
-
ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0534 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW2010.594
- Datum publicatie: 11-02-2011
- Datum uitspraak: 08-02-2011
- ECLI:NL:RBAMS:2011:YB0534
De zaak betreft de inzet van een systeem waarbij kentekens van auto's op de openbare weg worden gescand. Die gegevens worden vergeleken met een database van de gerechtsdeurwaarder. Wanneer een voertuig wordt gescand waarvan bekend is dat de eigenaar een schuld heeft, wordt navraag gedaan of het voertuig nog op naam staat van die eigenaar. Zo ja, dan wordt contact opgenomen met de opdrachtgever met de vraag of beslag (op grond van een aanwezige titel) op het voertuig gerechtsvaardigd is. Zo ja, dan wordt het voertuig in beslag genomen, voorzien van een sticker en een wielklem. De schuldenaar wordt de mogelijkheid geboden de schuld te voldoen en bij niet voldoening wordt het voertuig afgevoerd. (in bewaring genomen). De beroepsorganisatie is van mening dat het niet de bedoeling van de wetgever is geweest om de bevoegdheid om in beslag genomen zaken in bewaring te geven zo stelselmatig toe te passen als de gerechtsdeurwaarder doet. Ook het feit dat hij niet altijd beschikt over de titel (die er wel is maar niet in zijn handen) wanneer hij beslag legt in opdracht van een andere gerechtsdeurwaarder staat op gespannen voet met de wet. De Kamer is samengevat van oordeel dat het wettelijke systeem van bewaargeving een individuele toets vergt en het aanbrengen van een wielklem als tussenstadium voor dat onderzoek het oneigenlijk oprekken van een wettelijke bepaling betreft. De klacht wordt gegrond verklaard. Er wordt geen maatregel opgelegd omdat het een proefprocedure betrof.
-
ECLI:NL:RBAMS:2010:YB0535 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW2010.740A
- Datum publicatie: 11-02-2011
- Datum uitspraak: 23-11-2010
- ECLI:NL:RBAMS:2010:YB0535
In een bij de Kameer aanhangige klachtprocedure, verzoekt de KBvG om zich in de procedure te mogen voegen. De Kamer overweegt dat de Gerechtsdeurwaarderswet het incident van voeging niet kent en ziet -omdat in het voorontwerp kaderwet tuchtprocesrecht die mogelijkheid evenmin is opgenomen- geen aanleiding een precedent te scheppen. Het verzoek wordt afgewezen.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG0907 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2009.316
- Datum publicatie: 10-02-2011
- Datum uitspraak: 10-02-2011
- ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG0907
-
ECLI:NL:TNOKARN:2010:YC0584 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2010/957
- Datum publicatie: 10-02-2011
- Datum uitspraak: 16-12-2010
- ECLI:NL:TNOKARN:2010:YC0584
De Kamer is van oordeel dat er voldoende aanleiding voor de notaris was om het “Stappenplan Beoordeling Wilsbekwaamheid” te volgen. Dit klachtonderdeel gegrond, overige klachtonderdelen ongegrond.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG0908 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag C2010.045
- Datum publicatie: 10-02-2011
- Datum uitspraak: 10-02-2011
- ECLI:NL:TGZCTG:2011:YG0908
Patiënt (klager) in sinds 2007 opgenomen in een Zorgcentrum op basis van artikel 60 van de BOPZ. De aangeklaagde arts is geneesheer-directeur van dit Zorgcentrum. De klacht is ingediend door een bevriende huisarts van de patiënt die de opname wil terugdraaien. De familie van de patiënt verzet zich niet tegen de opname. Onder andere doet de vraag zich voor of de klagende huisarts ontvankelijk is. Het Regionaal Tuchtcollege oordeelt zich deels onbevoegd en voor het overige klager niet-ontvankelijk in de klacht. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.
-
ECLI:NL:TNOKARN:2011:YC0585 Kamer van toezicht Arnhem 07.831/2009/938
- Datum publicatie: 10-02-2011
- Datum uitspraak: 06-01-2011
- ECLI:NL:TNOKARN:2011:YC0585
Klaagster verwijt de notaris dat hij in de akte tot beëindiging van haar geregistreerd partnerschap en in de akte van verdeling niet heeft geregeld dat de voorhuwelijkse schulden van haar partner voor diens rekening zouden blijven. De Kamer stelt voorop dat de notaris niet kan afwijken van de dwingendrechtelijke bepalingen van het huwelijksvermogensrecht. De Kamer overweegt voorts dat de notaris er niettemin wijzer aan had gedaan met zoveel woorden in de akten aan te geven dat de interne verdeling van de schulden daarin niet was opgenomen. In ieder geval had de notaris, volgens de Kamer, daarover schriftelijk of anderszins op een duidelijke wijze met klaagster kunnen communiceren. De Kamer acht het verzuim niet zodanig dat een tuchtrechtelijke maatregel moet worden opgelegd
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 4091
- Pagina: 4092
- Pagina: 4093
- ...
- Pagina: 4477
- Volgende pagina zoekresultaten