Zoekresultaten 10501-10510 van de 45223 resultaten
-
ECLI:NL:TGZRSGR:2021:68 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2020-149b
- Datum publicatie: 25-05-2021
- Datum uitspraak: 25-05-2021
- ECLI:NL:TGZRSGR:2021:68
Gegronde klacht tegen een arts. Het College is van oordeel dat beklaagde uit de in het dossier vermelde observaties en onderzoeken in combinatie met de verandering op 11 juni 2019 de conclusie had moeten trekken dat sprake was van een ander en ernstiger ziektebeeld dan de dagen daarvoor. De patiënte voelde zich ziek, wilde niet of nauwelijks meer eten en was klam. Bij deze kwetsbare patiënte, die al langer met darmproblemen kampte en al eerder dreigde uit te drogen, had beklaagde deze signalen als alarmerend moeten duiden. Het totaal van symptomen paste bovendien bij een (zich ontwikkelende sub-)ileus. Van beklaagde, die op dat moment hoofdbehandelaar van de patiënte was, had mogen worden verwacht dat hij deze differentiaaldiagnose mede had overwogen en contact had opgenomen met de contactpersoon om het te voeren behandelbeleid te bespreken. Door dit na te laten is beklaagde naar het oordeel van het College verwijtbaar tekortgeschoten in zijn zorgplicht. Klacht gegrond verklaard. Waarschuwing.
-
ECLI:NL:TGZRAMS:2021:60 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2020/276
- Datum publicatie: 25-05-2021
- Datum uitspraak: 25-05-2021
- ECLI:NL:TGZRAMS:2021:60
Klaagster verwijt de huisarts onzorgvuldig handelen door het stellen van een verkeerde diagnose, een onjuiste behandeling en het niet doorverwijzen van klaagster. Door de ontstane delay is de huisarts schuldig aan de volledige blindheid van klaagster - er is geen zicht op zelfs maar gedeeltelijk herstel. Als de behandeling die bewuste dag wel was ingezet, had het visusverlies volgens klaagster beperkt kunnen blijven tot haar linkeroog. Gegrond, waarschuwing
-
ECLI:NL:TGDKG:2021:37 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/682249 DW RK 20/149
- Datum publicatie: 24-05-2021
- Datum uitspraak: 09-04-2021
- ECLI:NL:TGDKG:2021:37
Klacht met betrekking tot het maken van een beschrijving in de zin van artikel 1019d Rv. De klacht is gegrond. Naar oordeel van de kamer is d e gerechtsdeurwaarder buiten zijn wettelijke bevoegdheid, zoals bepaald in artikel 1019d Rv getreden. Hij heeft geen beschrijving gemaakt van vermeend inbreukmakende producten en gegevens(dragers), conform het verleende verlof maar heeft een één-op-één kopie gemaakt van delen van de administratie van klager en van andere op de vermeende inbreuk betrekking hebbende bestanden. Ook door deze kopie af te geven aan zijn opdrachtgever is de gerechtsdeurwaarder buiten zijn bevoegdheid op grond van artikel 1019d Rv getreden. Maatregel berisping.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2021:84 Raad van Discipline 's-Gravenhage 21-182/DH/RO/D
- Datum publicatie: 21-05-2021
- Datum uitspraak: 06-04-2021
- ECLI:NL:TADRSGR:2021:84
Dekenbezwaar. Dit dossier getuigt er andermaal van dat verweerster onvoldoende voortvarend en adequaat optreedt in zaken die zij in behandeling heeft genomen. Verweerster laat cliënten aan hun lot over en benadeelt cliënten daarmee. Dat blijkt niet alleen uit dit dossier, maar ook uit eerdere zaken waarin de raad vanwege vergelijkbare verwijten aan verweerster maatregelen heeft opgelegd. Verweerster heeft ook niet gereageerd op vragen van de deken en niet voldaan aan formele verplichtingen die rusten op een advocaat. De eerdere klachten hebben echter niet geleid tot verbetering. Het nalaten van verweerster raakt aan de kernwaarden kwaliteit, integriteit en deskundigheid. Verweerster heeft tijdens de behandeling van klachtzaak 20-663/DH/RO, waarin de raad op 29 maart 2021 uitspraak heeft gedaan, meegedeeld dat zij een moeilijke periode achter de rug had en dat zij haar praktijkvoering probeerde te verbeteren door middel van intervisie en coaching. De mededeling van verweerster dat het wat beter ging met haar en dat zij bezig was om haar praktijkvoering te verbeteren heeft ertoe bijgedragen dat de raad in zaak 20-663/DH/RO een geheel voorwaardelijke schorsing heeft opgelegd, waarvan verweerster de consequenties slechts voelt als zij zich in de proeftijd opnieuw schuldig maakt aan onbetamelijk handelen. De handelwijze van verweerster in deze zaak geeft er echter geen blijk van dat verweerster serieus werk maakt van de verbetering van haar praktijkvoering. Schorsing in de uitvoering van de praktijk voor de duur van zesentwintig weken, waarvan dertien voorwaardelijk.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2021:78 Raad van Discipline 's-Gravenhage 20-901/DH/DH
- Datum publicatie: 21-05-2021
- Datum uitspraak: 03-03-2021
- ECLI:NL:TADRSGR:2021:78
Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond. Verweerder heeft rechtstreeks contact opgenomen met klager, maar klager is daardoor niet in zijn belangen geschaad.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2021:114 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2020.160
- Datum publicatie: 21-05-2021
- Datum uitspraak: 21-05-2021
- ECLI:NL:TGZCTG:2021:114
Klacht tegen psychotherapeut. Klager werd ambulant behandeld met gesprekstherapie in groepsverband in het ziekenhuis. Tijdens een therapiesessie onder leiding van de psychotherapeut en een psychiater gaf klager aan dat hij suïcide zou gaan plegen. Klager is vervolgens naar de gesloten afdeling van de PAAZ van het ziekenhuis begeleid. Daar heeft een beoordelingsgesprek plaatsgevonden door onafhankelijke zorgverleners. De klacht betreft het kiezen voor een vrijheidsbenemende interventie zonder eerst hulp aan te bieden, toestemming en informatieverstrekking, het overdragen naar de gesloten afdeling van de PAAZ, verslaglegging, schulderkenning, en beroepsgeheim. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TACAKN:2021:35 Accountantskamer Zwolle 20/1660 Wtra AK
- Datum publicatie: 21-05-2021
- Datum uitspraak: 21-05-2021
- ECLI:NL:TACAKN:2021:35
Klager leidt aan de ziekte van Alzheimer en heeft een levenstestament op laten maken. De gemachtigden van klager zijn niet bevoegd om klager te vertegenwoordigen. De klacht is niet-ontvankelijk.
-
ECLI:NL:TADRSGR:2021:79 Raad van Discipline 's-Gravenhage 20-663/DH/RO
- Datum publicatie: 21-05-2021
- Datum uitspraak: 29-03-2021
- ECLI:NL:TADRSGR:2021:79
Verweerster heeft onvoldoende voortvarend en onvoldoende adequaat gereageerd op verzoeken van klaagster. Zij heeft klaagster daarmee benadeeld. Het verzuim raakt onder meer aan de kernwaarde kwaliteit. Verweerster heeft zich in een eerdere zaak schuldig gemaakt aan vergelijkbare verwijtbare gedragingen in dezelfde periode. Verweerster heeft toegelicht dat de feiten in deze zaak en de feiten in die eerdere zaak zich hebben voorgedaan in een turbulente periode, waarin zij door diverse privéomstandigheden minder aandacht had voor haar advocatenpraktijk. Verweerster heeft verklaard dat zij zich inmiddels in rustiger vaarwater bevindt en dat zij zich laat begeleiden. De raad acht het daarom geïndiceerd om een maatregel op te leggen, waarbij verdergaande consequenties zullen volgen indien verweerster nogmaals de tuchtrechtelijke grens overschrijdt. Het is aan verweerster om haar verantwoordelijkheid te nemen en als zij dat doet, vormt deze maatregel geen belemmering voor haar praktijkuitoefening. Voorwaardelijke schorsing in de uitoefening van de praktijk van twee weken passend.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2021:115 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2020.174
- Datum publicatie: 21-05-2021
- Datum uitspraak: 21-05-2021
- ECLI:NL:TGZCTG:2021:115
Klacht tegen arts. Klager werd ambulant behandeld met gesprekstherapie in groepsverband in het ziekenhuis. Tijdens een therapiesessie onder leiding van de psychotherapeut en een psychiater gaf klager aan dat hij suïcide zou gaan plegen. Klager is vervolgens naar de gesloten afdeling van de PAAZ van het ziekenhuis begeleid. Daar heeft een beoordelingsgesprek plaatsgevonden door onafhankelijke zorgverleners, waaronder de arts die destijds werkzaam was als arts-assistent in opleiding tot psychiater. De klacht betreft de toestemming en informatieverstrekking, het (onrechtmatige) opsluiten op de gesloten afdeling van de PAAZ, de verslaglegging en (het ontbreken van) schulderkenning. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
-
ECLI:NL:TGZCTG:2021:109 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.336
- Datum publicatie: 21-05-2021
- Datum uitspraak: 21-05-2021
- ECLI:NL:TGZCTG:2021:109
Klacht tegen psychiater. Klager werd ambulant behandeld met gesprekstherapie in groepsverband in het ziekenhuis. Tijdens een therapiesessie onder leiding van de psychotherapeut en de psychiater gaf klager aan dat hij suïcide zou gaan plegen. Klager is vervolgens naar de gesloten afdeling van de PAAZ van het ziekenhuis begeleid. Daar heeft een beoordelingsgesprek plaatsgevonden door onafhankelijke zorgverleners. De klacht betreft het (onrechtmatig) opsluiten op de gesloten afdeling van de PAAZ, zonder onmiddellijk dreigend gevaar te hebben vastgesteld en zonder andere mogelijkheden te hebben bekeken, het uitnodigen van klager tot openheid en toen hij dat deed hem als arrestant afvoeren en opsluiten en het niet persoonlijk reageren naar aanleiding van de uitspraak van de klachtencommissie. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht kennelijk ongegrond verklaard. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep.
- Vorige pagina zoekresultaten
- Pagina: 1
- ...
- Pagina: 1050
- Pagina: 1051
- Pagina: 1052
- ...
- Pagina: 4523
- Volgende pagina zoekresultaten