Zoekresultaten 13751-13800 van de 44770 resultaten

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:225 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-345b

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een kno-arts. De arts heeft adequaat en zorgvuldig gehandeld naar aanleiding van de klachten van klager. Het is te betreuren dat klager na de operatie en terugverwijzing nog steeds klachten heft ervaren. De klachtonderdelen die niet zijn onderbouwd komen niet vast te staan. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:226 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-345c

    Klager kennelijk niet-ontvankelijk in zijn klacht tegen een reumatoloog, werkzaam als directeur medische zaken. Niet-ontvankelijk in het klachtonderdeel dat inhoudt dat de arts een klacht van klager niet in behandeling heeft genomen. Ook stond de beëindiging van de behandelrelatie met klager los van zijn BIG-registratie. Klager kennelijk niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:239 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/309

    De IGJ verwijt de verloskundige dat zij opnieuw ernstig tekort is geschoten jegens twee patiënten en hun baby's en dat de verloskundige opnieuw geen inzicht toont in de tekortkomingen. In deze zaak wordt de verloskundige verweten: 1) onvoldoende foetale en maternale monitoring tijdens de zwangerschap en bevalling, 2) onvoldoende adequate zorg na de geboorte van het kind en 3) dossiervoering niet conform de professionele standaard. De verloskundige is volgens de IGJ verder niet voornemens om haar handelen aan te passen. De IGJ verzoekt de klacht gegrond te verklaren en de verloskundige een passende maatregel op te leggen. Gegrond, maatregel van ontzegging van het recht om wederom in het BIG-register te worden ingeschreven

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:227 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2018-345d

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een internist. Niet vast komen te staan dat alle klachten die klager stelt te hebben overgehouden aan een behandeling, daadwerkelijk door deze behandeling zijn veroorzaakt. Dat klager te veel medicijnen heeft gekregen is evenmin onderbouwd. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:228 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-107a

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een chirurg. De chirurg was op de hoogte van de medische voorgeschiedenis van klager en hoefde daarom geen contact op te nemen met de behandelaren in het andere ziekenhuis, de huisarts of de thuiszorg. Het College acht het zorgvuldig dat met de uitgevoerde onderzoeken eerst de eventuele risico’s van een hoogpogaand klysma, die samenhingen met de destijds recent verrichte operaties, zijn uitgesloten. Het is verder aannemelijk dat klager langer dan wenselijk heeft moeten wachten als gevolg van de drukte op de afdeling SEH, waar soms nog ernstiger spoedklachten tussendoor komen die voorrang krijgen. Het verdient de voorkeur dat expliciet aan een patiënt wordt uitgelegd dat er aanvullende onderzoeken worden uitgevoerd, waarom deze worden uitgevoerd en dat daardoor een langere wachttijd ontstaat. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRSGR:2019:229 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag 2019-107b

    Kennelijk ongegronde klacht tegen een arts. De arts was op de hoogte van de medische voorgeschiedenis van klager en hoefde daarom geen contact op te nemen met de behandelaren in het andere ziekenhuis, de huisarts of de thuiszorg. Het College acht het zorgvuldig dat met de uitgevoerde onderzoeken eerst de eventuele risico’s van een hoogpogaand klysma, die samenhingen met de destijds recent verrichte operaties, zijn uitgesloten. Het is verder aannemelijk dat klager langer dan wenselijk heeft moeten wachten als gevolg van de drukte op de afdeling SEH, waar soms nog ernstiger spoedklachten tussendoor komen die voorrang krijgen. Het verdient de voorkeur dat expliciet aan een patiënt wordt uitgelegd dat er aanvullende onderzoeken worden uitgevoerd, waarom deze worden uitgevoerd en dat daardoor een langere wachttijd ontstaat. Klacht kennelijk ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:232 Raad van Discipline Amsterdam 19-719/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht van een derde (informant) over de advocaat van één van de partijen kennelijk ongegrond. Verweerder heeft terecht aangevoerd dat niet hij, maar zijn cliënt de aangifte tegen klager heeft gedaan. Het enkele feit dat verweerder bij het doen van die aangifte aanwezig was valt hem niet tuchtrechtelijk te verwijten. Verweerder heeft voorts onbetwist gesteld dat het artikel in De Telegraaf niet van zijn hand is. Dat verweerder antwoord heeft gegeven op vragen van de journalist en het standpunt van zijn cliënt heeft verwoord valt hem niet tuchtrechtelijk te verwijten.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2019:77 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 1969ab

    1969 a en b Verwijt aan psychotherapeut tevens gz-psycholoog dat zij – onder meer- weigerde kennis te nemen van de door klager aangeboden informatie, zich niet aan de gemaakte afspraken hield en het door haar zelf gecreëerde verwachtingspatroon niet nakwam, zich bemoeide met het patroon binnen het gezin van klager, de belangen van de ernstig zieke dochter negeerde en dat zij de therapie beëindigde waardoor klager van verdere hulp werd uitgesloten. Gecompliceerde omstandigheden. Bij het beëindigen van de relatietherapie had verweerster moeten nagaan of klager verdere zorg en hulp nodig had en hem nodig moeten verwijzen. Gedeeltelijk gegrond. Waarschuwing.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:233 Raad van Discipline Amsterdam 19-724/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de eigen advocaat kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZREIN:2019:78 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Eindhoven 18166

    GZ-psycholoog wordt in verband met een door haar opgestelde Pro Justitiarapportage verwijten gemaakt over de wijze waarop de medewerking van klagers aan het onderzoek is verkregen, dat er feitelijke onjuistheden in het rapport staan, dat er geen inzage- en correctierecht is gegeven, dat zij conclusies op onjuiste wijze heeft getrokken en de conclusies niet met klager heeft besproken. Rapportage voldoet niet aan de criteria. Op meerdere vlakken tekort geschoten. Op gebrekkige wijze medewerking verkregen voor het onderzoek. Te summiere weergave van de onderzoekshandelingen. Niet naleven van procedureregels die een goede totstandkoming van een rapportage beogen te bewaken. Conclusies getrokken zonder toereikend onderzoek. Onvoldoende zelfreflectie. Gedeeltelijk gegrond. Berisping.

  • ECLI:NL:TADRAMS:2019:234 Raad van Discipline Amsterdam 19-725/A/A

    Voorzittersbeslissing. Klacht over de advocaat van de wederpartij kennelijk ongegrond. Verweerder is niet degene die de vaststellingsovereenkomst heeft opgemaakt (die volgens klager in strijd is met de Wna), maar de fungerend voorzitter van de Kamer voor het notariaat.

  • ECLI:NL:TACAKN:2019:79 Accountantskamer Zwolle 19/681, 19/682 Wtra AK

    Klachten deels niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de zesjaarstermijn; artikel 51 Wtra. Klachten deels ongegrond. Dat betrokkene naar aanleiding van de brief van klaagster, gelet op de daarin opgenomen aansprakelijkstelling en aangekondigde tuchtklacht, niet met klaagster in gesprek wilde gaan is voor te stellen. De voor hem geldende beroepsregels dwingen hem niet tot een gesprek. Daarbij komt dat reeds eerder, in 2016, een gesprek had plaatsgevonden over onderwerpen die zij in haar brief van 31 augustus 2017 opnieuw aan de orde stelde.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:162 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/670103 / DW RK 19/399 LV/SM

    Beslissing op verzet. Klager beklaagt zich – kort gezegd – er over dat de (incasso)kosten zijn opgelopen, maar dat daar geen facturen van zijn overgelegd. Ook heeft klager heel lang niets meer van de vordering vernomen, maar de rente is wel doorberekend. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:163 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/670535 / DW RK 19/419 LV/SM

    Beslissing op verzet. Klagers beklagen zich – kort gezegd – over de wijze waarop de gerechtsdeurwaarder beslag heeft gelegd. De gerechtsdeurwaarder had onder meer het beslag eerst aan klagers moeten overhandigen. Bovendien heeft de gerechtsdeurwaarder in strijd gehandeld met de Algemene Verordening Gegevensbescherming door beslag te leggen onder 30 huurders van klagers. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:164 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/646187/ DW RK 18/188 LV/SM

    Klacht gedeeltelijk gegrond. Maatregel: waarschuwing, zonder veroordeling in de kosten van de procedure. Ingevolge van wat daarover is opgenomen in de Bestuursregel Afwikkeling Derdenbeslagen, had de gerechtsdeurwaarder klager moeten informeren over het feit dat de (op)volgende gerechtsdeurwaarder de verdeling overneemt.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:165 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/647200 / DW RK 18/228 LV/SM

    Klacht gedeeltelijk gegrond. Maatregel: waarschuwing, zonder veroordeling in de kosten van de procedure. De gerechtsdeurwaarder heeft onvoldoende gesteld ten aanzien van zijn verweer dat er wel zou zijn gereageerd op de brief van klaagster. Bovendien heeft de gerechtsdeurwaarder het beslag te laat overbetekend.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:166 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/649655 / DW RK 18/329 LV/SM

    Klacht ongegrond. Klaagster is het niet eens met de vaststelling van beslagvrije voet. Het is niet aan de tuchtrechter zich hierover te buigen.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:143 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 075/2019

    Klaagster verwijt de arts dat zij haar heeft gebruikt als testpersoon voor de behandeling met immunotherapie en onjuiste informatie heeft gegeven over de prognose van haar ziekte (borstkanker). Uit de overgelegde stukken blijkt dat klaagster geen immunotherapie heeft gekregen. Informatieverstrekking heeft deels plaatsgevonden meer dan tien jaar voor het indienen van de klacht. Daarover kan klaagster niet meer klagen wegens verjaring. Wat betreft de informatieverstrekking die daarna heeft plaatsgevonden zijn geen aanwijzingen dat beklaagde klaagster onzorgvuldig heeft geïnformeerd. Klacht is niet-ontvankelijk waar het handelen betreft van vóór 16 april 2009 en is voor het overige kennelijk ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:167 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/652795 DW RK 18/447 LV/SM

    Klacht ongegrond. Klager is het onder meer niet eens met de wijze waarop de gerechtsdeurwaarders de opdracht hebben uitgevoerd. Klager heeft echter niet concreet kunnen maken dat daarvan sprake is geweest. Ten aanzien van de ontvangen declaratie is het onredelijk van klager om te bedenken dat de werkzaamheden kosteloos zouden worden uitgevoerd door de gerechtsdeurwaarders.

  • ECLI:NL:TGZRZWO:2019:144 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Zwolle 138/2019

    Beklaagde, werkzaam als verpleegkundige in de geestelijke gezondheidszorg, heeft met zijn privételefoon WhatsApp-berichten gestuurd aan een opgenomen patiënte, ook nadat hij was gesommeerd hiermee te stoppen. Doorhaling”.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:149 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/640859 DW RK 17/1241

    De gerechtsdeurwaarders wordt verweten onrechtmatig bankbeslag hebben gelegd en dat zij geen rekening hebben gehouden met de beslagvrije voet, ook niet nadat de inkomensgegevens waren doorgegeven. De kamer overweegt dat het beslag niet onrechtmatig is maar de gerechtsdeurwaarders hadden wel een beslagvrije voet moeten vaststellen. Die klacht wordt gegrond verklaard en beide gerechtsdeurwaarders wordt de maatregel van berisping opgelegd.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:236 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/167

    Klaagster verwijt verweerster onder andere dat zij klaagster onvoldoende heeft verdoofd tijdens de keizersnede en haar pijn heeft gebagatalliseerd. Ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:143 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/650992 / DW RK 18/375

    De gerechtsdeurwaarder wordt verweten dat hij klager meerdere malen tegenstrijdige overzichten heeft toegezonden van de openstaande som. Klager is van mening dat de vordering al ruimschoots was voldaan. De kamer overweegt dat in door de gerechtsdeurwaarder verzonden specificaties voldoende uitleg aan klager is gegeven. Dat de vordering al was voldaan is niet gebleken. De klacht wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:156 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/638001 / DW RK 17/1086

    Beslissing op verzet. De voorzitter heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter een en verklaart het verzet ongegrond

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:150 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/639521 / DW RK 17/1183

    De gerechtsdeurwaarder wordt verweten dat hij weigert om maandelijks het uit het beslag ontvangen bedrag direct naar de rekening van klager over te maken. Volgens klager wordt er maandelijks minder geld naar zijn rekening overgemaakt dan daadwerkelijk wordt afgedragen. De kamer overweegt dat uit de stukken blijkt dat er maandelijks wordt afgedragen conform de systematiek van de daarvoor gelden de regels. Dat er minder wordt afgedragen dan wordt ontvangen is gelegen in het feit dat de gerechtsdeurwaarder zijn kosten aftrekt van het aan klager te betalen bedrag. De klacht wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:237 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/146

    Klager verwijt verweerder, tandarts, onzorgvuldig te hebben gehandeld bij de plaatsing van een 12-delige brug en kronen in boven- en onderkaak, onvoldoende voorlichting te hebben gegeven, een verkeerde diagnose te hebben gesteld, een onjuiste behandeling te hebben uitgevoerd en een onjuiste verklaring te hebben afgegeven. Deels gegrond, berisping

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:144 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/636338 / DW RK 17/985

    De gerechtsdeurwaarder wordt verweten dat hij loonbeslag heeft gelegd zonder enige kennisgeving vooraf van het bestaan van een vordering. Klaagster is niet bekend met de vordering, noch met eerdere pogingen tot incasso daarvan. De kamer overweegt dat het een vordering op haar echtgenoot betreft en omdat haar echtgenoot geen soelaas bood, is de gerechtsdeurwaarder voor het verhaal van de vordering bij klaagster uitgekomen als zijnde gehuwd in gemeenschap van goederen. Enig tuchtrechtelijk laakbaar handelen heeft daarbij niet plaatsgevonden. De klacht wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:157 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/664027 / DW RK 18/148

    De gerechtsdeurwaarders wordt verweten dat zij hogere incassokosten in rekening hebben gebracht bij (consument-)debiteuren dan volgens de regelgeving is toegestaan. Aanvangsdatum onderzoek. Overweging over wie als beklaagde kan worden aangemerkt en de waarheidsplicht. Het ontvankelijkheidsverweer wordt verworpen. De klacht wordt erkend en gegrond verklaard. De gerechtsdeurwaarders wordt de maatregel van berisping opgelegd. Op gronden als in de beslissing gegeven, wordt afgezien van het opleggen van een kostenveroordeling.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:291 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.010

    Klacht tegen verzekeringsarts. Klager heeft verschillende malen een Wajong-uitkering aangevraagd. Die aanvraag is telkens afgewezen. Verweerder heeft met betrekking tot deze aanvragen driemaal een rapportage opgesteld. Klager verwijt verweerder met name dat hij de diagnose PTSS niet heeft erkend en dat hij een daarop betrekking hebbend deskundigenoordeel niet in zijn herbeoordeling heeft meegenomen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege verwerpt het beroep van klager.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:151 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/640622 / DW RK 17/1229

    De gerechtsdeurwaarders wordt verweten dat zij ambtshandelingen hebben verricht in opdracht van een wederpartij van klager met wie beklaagden nauw zijn verweven, en zich in een gerechtelijke procedure hebben gesteld als gemachtigde van een wederpartij van klager, met welke wederpartij het kantoor van de gerechtsdeurwaarders moet worden vereenzelvigd. De kamer geeft enkele overwegingen over het klagen in het algemeen belang en overweegt verder dat zelfs als het handelen van de gerechtsdeurwaarders -voor zover in het tuchtrecht al van toepassing- “ex tunc” wordt getoetst, kan uit hetgeen door klager is aangevoerd niet de conclusie worden getrokken dat het kantoor van de gerechtsdeurwaarders ten tijde van het vermeende klachtwaardige handelen kan worden vereenzelvigd met haar opdrachtgever. De klacht wordt ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:145 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/636341 / DW RK 17/988

    De gerechtsdeurwaarder wordt verweten dat hij aankondigt beslag te komen leggen, maar op de aangekondigde datum niet langskomt. Verder zijn de opgevoerde kosten niet terecht omdat het bedrag door klaagster al is voldaan. Op grond van vaste rechtspraak is het zonder de debiteur daarover te informeren tuchtrechtelijk laakbaar om niet op de aangekondigde datum te verschijnen. Dit is twee keer gebeurd en de klacht wordt gegrond verklaard. De gerechtsdeurwaarder wordt de maatregel van berisping opgelegd. De klacht wordt voor het overige ongegrond verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:158 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/642800/ DW RK 18/71

    De gerechtsdeurwaarders wordt verweten dat zij klager blijven bedreigen met beslag ondanks het feit dat klager de hele vordering heeft al heeft voldaan. De kamer verklaart de klacht ongegrond. Klager heeft de vordering wel aan de opdrachtgever voldaan maar heeft daarvan de gerechtsdeurwaarders niet op de hoogte gesteld.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:292 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2018.447

    Klacht tegen GZ-psycholoog. Klaagster is onder behandeling geweest van verweerster die als GZ-psycholoog werkzaam is bij een gezondheidsinstelling gericht op de behandeling van complexe persoonlijkheidsproblematiek. De klacht bestaat uit 6 onderdelen. Het Regionaal Tuchtcollege heeft geoordeeld dat het onvoldoende inzichtelijk is dat verweerster bij de behandeling van klaagster steeds een duidelijk plan voor ogen heeft gehad en voldoende houvast aan klaagster heeft geboden. Voorts is geoordeeld dat verweerster onvoldoende de benodigde professionele afstand tot klaagster heeft bewaard. Daarmee zijn de klachtonderdelen 2 en 3 gegrond verklaard en ter zake daarvan is aan de GZ-psycholoog de maatregel van waarschuwing opgelegd. Voor het overige is de klacht in eerste aanleg afgewezen. Het beroep van klaagster richt zich tegen de ongegrondverklaring van klachtonderdeel 1. Daarnaast heeft klaagster bezwaren tegen (de motivering van) de opgelegde maatregel van waarschuwing. Het Centraal Tuchtcollege verklaart klaagster niet-ontvankelijk in het beroep voor zover dat zich richt tegen de zwaarte van de door het Regionaal Tuchtcollege opgelegde maatregel naar aanleiding van de gegrondverklaring van de klachtonderdelen 2 en 3, en verwerpt het beroep voor het overige.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:152 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/659138 / DW RK 18/643

    Beslissing op verzet. De voorzitter heeft de klacht van klaagster als kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond. In haar verzoek tot schadevergoeding wordt klaagster niet-ontvankelijk verklaard.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:146 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/647163 / DW RK 18/226

    Beslissing op verzet. De voorzitter heeft klaagster niet-ontvankelijk verklaard wegens gebrek aan eigen belang. De kamer verklaart het verzet gegrond en vernietigt de beslissing van de voorzitter omdat klaagster als werkgever van de debiteur voldoende eigen belang bij de klacht heeft. De klacht wordt in al haar onderdelen ongegrond verklaard omdat het niet aan de werkgeefster is allerlei eisen te stellen voordat aan haar wettelijke informatieplicht wordt voldaan.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:293 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.067

    Klacht tegen huisarts. De beklaagde huisarts was huisarts van klager en diens echtgenote. Klager was opgenomen in het ziekenhuis en kreeg telefonisch geen contact met zijn echtgenote. Daarop heeft klager zijn huisarts gebeld met de vraag om bij zijn echtgenote langs te gaan. De huisarts is niet op huisbezoek geweest. Een week later is klagers echtgenote dood in haar bed aangetroffen. Klager verwijt de huisarts dat hij niet de noodzakelijke medische hulp heeft verleend, met de dood van klagers echtgenote tot gevolg. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege staakt de behandeling in verband met het overlijden van klager.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:153 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/663248 / DW RK 19/126

    Beslissing op verzet. De voorzitter heeft de klacht van klaagster als kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het met de beslissing van de voorzitter eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:147 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/646922 / DW RK 18/220

    Beslissing op verzet. Het verzet wordt niet-ontvankelijk verklaard omdat het is ingesteld buiten de daarvoor door de wet voorgeschreven termijn.

  • ECLI:NL:TGZCTG:2019:294 Centraal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Den Haag c2019.098

    Klacht tegen huisarts. Klaagster werd in 2016 patiënte in de huisartsenpraktijk van verweerder. In november 2017 heeft verweerder de behandelovereenkomsten met klaagster in verband met een vertrouwensbreuk per 21 december 2017 opgezegd. In een eerdere tuchtprocedure heeft het Regionaal Tuchtcollege te Eindhoven de daartegen door klaagster ingestelde klacht deels gegrond verklaard en aan verweerder een waarschuwing opgelegd. Nadien heeft verweerder aan klaagster een aantal brieven gestuurd over het vinden van een nieuwe huisarts. Klaagster verwijt verweerder in deze procedure onder andere dat de volharding in de eenzijdige opzegging van de behandelovereenkomst die niet voldeed aan de zorgvuldigheidseisen, en de weigering van zorg. Het Regionaal Tuchtcollege heeft de klacht afgewezen. Het Centraal Tuchtcollege kan zich vinden in het de overwegingen en beslissing van het Regionaal Tuchtcollege en verwerpt het door klaagster ingestelde beroep.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:160 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/652204 DW RK 18/426

    De gerechtsdeurwaarders wordt verweten dat zonder het vonnis te hebben betekend beslag hebben gelegd, een regeling voorstellen die klager weigert, opnieuw beslag hebben gelegd en geinde gelden niet terugbetalen. De kamer verklaart het eerste (ook erkende) klachtonderdeel gegrond en de overige klachtonderdelen ongegrond. Het opleggen van een maatregel wordt achterwege gelaten. De gerechtsdeurwaarders dienen het griffierecht aan klager terug te betalen.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:154 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/659113 / DW RK 18/640

    Beslissing op verzet. De voorzitter heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. DE kamer is het met de beslissing van de voorzitter een en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:148 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/653782 / DW RK 18/483

    Beslissing op verzet. De klacht betreft de bekendmaking van een executieverkoop en dat er beslag is gelegd op eigendom derden en werkmateriaal. De voorzitter heeft de klacht als kennelijk ongegrond afgewezen. De kamer is het met die beslissing eens en verklaart het verzet ongegrond.

  • ECLI:NL:TGZRAMS:2019:235 Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg Amsterdam 2019/166

    Klaagster verwijt verweerster onder andere dat zij klaagster onvoldoende heeft verdoofd tijdens de keizersnede en haar pijn heeft gebagatalliseerd. Gegrond: berisping.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:161 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/667864 / DW RK 19/305

    Beslissing op verzet. De voorzitter heeft klager kennelijk niet-ontvankelijk verklaard in zijn klacht. De kamer is het niet met de voorzitter eens en verklaart het verzet gegrond. De kamer overweegt daartoe dat de klacht dat de gerechtsdeurwaarder heeft gelogen en de kamer heeft misleid, een zelfstandige klacht betreft. De beslissing van de voorzitter wordt vernietigd. De klacht wordt door de kamer ongegrond verklaard. De definitie van liegen houdt in het met opzet onwaarheden spreken. Dat is in dit geval niet gebleken.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:142 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/636337 / DW RK 17/984

    De gerechtsdeurwaarder wordt verweten dat hij zijn zorgplicht niet is nagekomen nu de oorspronkelijke hoofdsom door allerlei kosten zodanig is opgelopen dat het door de debiteur betaalde bedrag daar geheel aan is opgegaan. Kamer overweegt dat bij het uitvoeren van een opdracht als de onderhavige op een gerechtsdeurwaarder uitsluitend de verplichting rust zich in te spannen teneinde de incasso of de executie te doen slagen. De kamer is van oordeel dat de gerechtsdeurwaarder dat op dit punt geen sprake is van tuchtrechtelijk laakbaar handelen. De klacht wordt ongegrond verklaard. De klacht dat de gerechtsdeurwaarder niet heeft gereageerd op een brief van klager wordt gegrond verklaard. De gerechtsdeurwaarder wordt daarvoor de maatregel van waarschuwing opgelegd.

  • ECLI:NL:TGDKG:2019:155 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/638593 DW RK 17/1130

    De gerechtsdeurwaarder wordt verweten dat hij ongespecificeerde informatiekosten vordert en onduidelijk communiceert. De kamer overweegt dat door verschillende kosten onder de noemer ‘informatiekosten’ te brengen, en daarover onduidelijk te communiceren, beide klachtonderdelen terecht zijn voorgesteld. Een klager die met kosten wordt geconfronteerd, moet op eenvoudige wijze kunnen nagaan of die kosten juist zijn. De klacht wordt gegrond verklaard, maar er wordt geen maatregel opgelegd.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:237 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 18-249

    Beslissing op verzet. Verweerder is klachtenfunctionaris op zijn kantoor. In die hoedanigheid heeft hij zich niet dusdanig misdragen dat daardoor het vertrouwen in advocatuur is geschaad. Klager heeft zijn verwijten en zijn verzet niet (voldoende) onderbouwd. Het verzet is ongegrond.

  • ECLI:NL:TNORDHA:2019:30 Kamer voor het notariaat Den Haag 19-23

    Klaagster verwijt de notaris dat hij onvoldoende zorgvuldigheid heeft betracht ten aanzien van de beoordeling van de wilsbekwaamheid van vader bij het wijzigen van de volmacht.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:250 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-342

    Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat wederpartij kennelijk ongegrond. Dat verweerder in de sommatiebrief heeft geschreven dat hij zich vrij acht zonder nadere waarschuwing rechtsmaatregelen tegen klaagster te treffen indien klaagster niet aan de sommatie voldoet en dat hij daarbij niet uitsluit dat hij zijn cliënte zal adviseren het faillissement van klaagster aan te vragen is niet tuchtrechtelijk verwijtbaar. Verweerder mocht dit doen in het belang van zijn cliënte. Dat sprake is van misbruik van recht heeft klaagster onvoldoende onderbouwd. Dat verweerder niet bereid zou zijn een minnelijke regeling na te streven heeft klaagster onvoldoende onderbouwd.

  • ECLI:NL:TADRARL:2019:244 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 19-152

    Klagers verwijten de advocaat van de wederpartij dat hij in een procedure bij de bestuursrechter onjuiste feiten heeft genoemd. Klacht kennelijk ongegrond. Klagers vragen in de tuchtprocedure om een hernieuwde beoordeling van hun stellingen zoals ingenomen in de bestuursrechtelijke procedure en de tuchtzaak heeft voor klagers tot doel “om de onderste steen boven te krijgen”. Dat kan echter niet het doel van een tuchtprocedure zijn. In de tuchtprocedure wordt de handelwijze van verweerder getoetst aan de hand van de daarvoor geldende tuchtnormen. Een oordeel over stellingen van klager in een gerechtelijke procedure was aan de bestuursrechter voorbehouden en daarover is onherroepelijk beslist.