ECLI:NL:TADRARL:2021:296 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 20-919/AL/NN

ECLI: ECLI:NL:TADRARL:2021:296
Datum uitspraak: 13-12-2021
Datum publicatie: 19-01-2022
Zaaknummer(s): 20-919/AL/NN
Onderwerp: Tuchtprocesrecht, subonderwerp: Hoger beroep niet mogelijk
Beslissingen: Beslissing op verzet
Inhoudsindicatie: Het verzetschrift is buiten de verzettermijn ingediend en ontvangen. Klager is derhalve niet-ontvankelijk in zijn verzet.

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van 13 december 2021
in de zaak 20-919/AL/NN
naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 26 april 2021 op de klacht van:

klager
over
verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE
1.1 Op 10 juli 2020 heeft klager bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Nederland (hierna: de deken) een klacht ingediend over verweerder.
1.2 Op 27 november 2020 heeft de raad het klachtdossier met kenmerk 2020 KN100/1213333 van de deken ontvangen.
1.3 Bij beslissing van 26 april 2021 heeft de voorzitter van de raad (hierna ook: de voorzitter) de klacht deels kennelijk niet-ontvankelijk en deels kennelijk ongegrond verklaard. Deze beslissing is op diezelfde datum verzonden aan partijen.
1.4 Bij brief gedateerd 25 mei 2021 heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter. Klager heeft die brief per e-mail van 16 juni 2021 aan de raad gestuurd en de raad heeft die e-mail op diezelfde datum ontvangen.
1.5 Het verzet is behandeld op de zitting van de raad van 18 oktober 2021. Daarbij was verweerder aanwezig.
1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waartegen het verzet is gericht, van de stukken waarop de voorzittersbeslissing is gebaseerd en van het verzetschrift.

2 VERZET
2.1 De gronden van het verzet heeft klager uiteengezet in zijn verzetschrift
2.2 Tegen de vaststaande feiten en de klachtomschrijving komt klager in verzet niet op.

3 FEITEN EN KLACHT
3.1 Voor de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter.

4 BEOORDELING
4.1 Op grond van art. 46h lid 1 van de Advocatenwet dient verzet tegen een voorzittersbeslissing binnen 30 dagen na de dag van verzending schriftelijk en gemotiveerd te worden gedaan.
4.2 In deze zaak had klager uiterlijk op 26 mei 2021, zijnde de dertigste dag na verzending van de beslissing van de voorzitter, het verzetschrift kunnen indienen. Het verzetschrift is buiten deze verzettermijn ingediend en ontvangen. Klager heeft derhalve niet tijdig een verzetschrift ingediend. Een verklaring die een verschoonbare termijnoverschrijding oplevert, heeft klager niet gegeven. Klager is derhalve niet-ontvankelijk in zijn verzet.

BESLISSING
De raad van discipline verklaart klager niet-ontvankelijk in het verzet.

Aldus beslist door mr. J.U.M. van der Werff, voorzitter, mrs. W.W. Korteweg en H.K. Scholtens, leden, bijgestaan door mr. W.B. Kok als griffier en uitgesproken in het openbaar op 13 december 2021.

Griffier                                        Voorzitter
 
Verzonden d.d. 13 december 2021