ECLI:NL:TGDKG:2018:143 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/639787 / DW RK 17/1199

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2018:143
Datum uitspraak: 06-11-2018
Datum publicatie: 16-01-2019
Zaaknummer(s): C/13/639787 / DW RK 17/1199
Onderwerp: Andere werkzaamheden (art. 20 Gdw)
Beslissingen:
Inhoudsindicatie:   De gerechtsdeurwaarder heeft verklaard dat hij tijdig met klaagster dan wel haar advocaat heeft gecommuniceerd dat de aangekondigde executieverkopen geen doorgang zouden hebben. De kamer ziet geen aanleiding om aan het standpunt van de gerechtsdeurwaarder te twijfelen. De gerechtsdeurwaarder heeft op grond van zijn eigen waarnemingen en overige bij hem bekende informatie gerechtvaardigd kunnen vermoeden dat de beslagene woonachtig is op het betreffende adres en dat de goederen in de woning (tevens) aan hem toebehoorden. Klacht ongegrond.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 6 november 2018 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/639787 / DW RK 16/1199 DB/WdJ ingesteld door:

[ ],

wonende te [ ],

klaagster,

tegen:

mr. [ ],

gerechtsdeurwaarder te [ ],

beklaagde.

Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief met bijlage, ingekomen op 5 december 2017, heeft klaagster een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder. Bij verweerschrift, ingekomen op 3 januari 2017, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd.

De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 25 september 2018 alwaar de gerechtsdeurwaarder is verschenen. Klaagster is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet ter zitting verschenen. Van de behandeling ter zitting zijn aantekeningen gemaakt. De uitspraak is bepaald op 6 november 2018.

1. De feiten

Uitgegaan wordt van de volgende feiten en omstandigheden:

-           De gerechtsdeurwaarder is belast met de executie van een vonnis van de kantonrechter te Groningen van 13 april 2016 ten laste van de heer

[ ] (hierna: [ ]).

-           Op 26 oktober 2016 heeft de gerechtsdeurwaarder beslag gelegd op roerende zaken ten laste van zowel klaagster (ter zake een andere procedure) als [ ].

-           De gerechtsdeurwaarder heeft afgezien van de executoriale verkoop in afwachting van het door [ ] ingediende hoger beroep tegen het vonnis van 13 april 2016.

-           Bij vonnis van 26 september 2017 heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden het vonnis van 13 april 2016 bekrachtigd.

-           Op 2 november 2017 heeft de gerechtsdeurwaarder opnieuw de executoriale verkoop van de roerende zaken aangekondigd tegen 1 december 2017. Deze verkoop is niet doorgegaan omdat de gerechtsdeurwaarder geen ondersteuning kon krijgen van een hulpofficier van justitie.

-           Op 1 december 2017 heeft de gerechtsdeurwaarder opnieuw de executoriale verkoop van de roerende zaken aangekondigd tegen 15 december 2017. Deze verkoop heeft daadwerkelijk plaatsgevonden, waarbij klaagster alle kavels heeft gekocht.

2. De klacht

Klaagster beklaagt zich er samengevat over dat de gerechtsdeurwaarder:

a: vele executieveilingen aankondigt met als enig doel deze vervolgens zonder enige melding weer te annuleren;

b: zaken in beslag heeft genomen en wil verkopen die aantoonbaar haar eigendom zijn en niet van de beslagene. Beslagene staat ook niet ingeschreven op het adres van klaagster.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht gemotiveerd weersproken. Voor zover van belang wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. De beoordeling van de klacht

4.1 Op grond van artikel 34 lid 1 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders, waarnemend gerechtsdeurwaarders, toegevoegd gerechtsdeurwaarders, kandidaat -gerechtsdeurwaarders en degene die is toegevoegd in het kader van de stageverplichting bij de in artikel 25, eerste lid bedoelde opleiding, onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met enige bij of krachtens deze wet gegeven bepaling en ter zake van enig handelen of nalaten dat een behoorlijk gerechtsdeurwaarder niet betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

4.2 Ten aanzien van klachtonderdeel a heeft de gerechtsdeurwaarder in zijn verweerschrift voldoende gemotiveerd toegelicht wat de redenen waren om de aangekondigde executieveilingen te annuleren. Ter zitting heeft de gerechtsdeurwaarder verklaard dat hij tijdig met klaagster dan wel haar advocaat heeft gecommuniceerd dat de aangekondigde executieverkopen geen doorgang zouden hebben. De kamer ziet geen aanleiding om aan het standpunt van de gerechtsdeurwaarder te twijfelen.

4.3 Ten aanzien van klachtonderdeel b heeft de gerechtsdeurwaarder op grond van zijn eigen waarnemingen en overige bij hem bekende informatie naar het oordeel van de kamer gerechtvaardigd kunnen vermoeden dat de beslagene, te weten [  ], woonachtig is op het adres [  ] te [  ] en dat de goederen in de woning (tevens) aan hem toebehoorden. De kamer ziet zich hierin gesteund door een door de gerechtsdeurwaarder overgelegd vonnis in kort geding van 14 december 2017 alsmede een door de gerechtsdeurwaarder overgelegde brief van advocatenkantoor [ ] van 19 september 2018.

4.4 Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-        verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gegeven door mr. D. Bode, plaatsvervangend-voorzitter, en mr. E. Diepraam en mr. J.E. Reijn, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 6 november 2018, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.