ECLI:NL:TADRARL:2024:105 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 24-184/AL/MN

ECLI: ECLI:NL:TADRARL:2024:105
Datum uitspraak: 22-04-2024
Datum publicatie: 23-04-2024
Zaaknummer(s): 24-184/AL/MN
Onderwerp:
  • Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Vrijheid van handelen
  • Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Jegens wederpartij in acht te nemen zorg
  • Ontvankelijkheid van de klacht, subonderwerp: Klachten waarbij klager geen belang heeft
Beslissingen: Voorzittersbeslissing
Inhoudsindicatie: Voorzittersbeslissing. Klacht over advocaat van de wederpartij. De dagvaarding is door de deurwaarder betekend aan het adres van de vennootschap zoals dat vermeld stond in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel. Van een bewuste actie of gemene trucjes van verweerder om de dagvaarding niet aan het adres van de bestuurder van de vennootschap te laten betekenen, is geen sprake. Uiteindelijk heeft de dagvaarding de bestuurder bereikt. Klacht is kennelijk ongegrond.

Beslissing van de voorzitter van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden
van 22 april 2024
in de zaak 24-184/AL/MN

naar aanleiding van de klacht van:

klaagster 

vertegenwoordigd door : V

over

verweerder

De plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline (hierna ook: de voorzitter) heeft kennisgenomen van de brief met bijlagen volgens de inventarislijst van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Midden-Nederland (hierna: de deken) van 11 maart 2024 met kenmerk Z 2263240/FM/SD. 

1    FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht gaat de voorzitter, gelet op het klachtdossier, uit van de volgende feiten.

1.1    Klaagster (hierna: Qualinorm) is sinds 2022 verwikkeld in een huurgeschil met Aster Invest B.V. (hierna: Aster Invest), de cliënte van verweerder over een kantoorpand (hierna: het kantoorpand) dat Qualinorm van Aster Invest huurde.
1.2    Op 29 december 2022 heeft de heer V., vertegenwoordiger van Qualinorm, aan Aster Invest gemaild dat de sleutels van het kantoorpand op het adres van Aster Invest in de brievenbus zijn gedaan.
1.3    Op 3 januari 2023 is namens Aster B.V. de ontvangst van de sleutels aan de heer V.  bevestigd. Daarbij is ook vermeld dat de bankgarantie aan Qualinorm zal worden geretourneerd zodra het contract is afgelopen of als de laatste betaling is ontvangen.
1.4    Op 10 februari 2023 heeft de heer V. aan Aster Invest gemaild dat de huur van het kantoorpand is opgezegd en dat er nog geen overeenstemming is bereikt over de opzegdatum.
1.5    Op 22 februari 2023 heeft een medewerker van het kantoor van verweerder een sommatiebrief aan Qualinorm en aan de heer V. gemaild over een openstaande vordering. Daarbij is vermeld:
‘Volgt volledige betaling niet binnen bovenstaande termijn, zult u per die datum in verzuim zijn en heb ik de opdracht u direct te dagvaarden (…).’
1.6    Op 24 februari 2023 heeft de heer V. Aster Invest gemaild met het verzoek om in het vervolg zijn adresgegevens te gebruiken in plaats van de adresgegevens van Qualinorm.
1.7    Op 8 maart 2023 heeft een medewerker van het kantoor van verweerder aan de heer V. gemaild dat Aster Invest de volledige vordering handhaaft en dat zij Aster Invest zal ‘adviseren over te gaan tot dagvaarden indien betaling binnen 5 dagen na dagtekening van dit schrijven uitblijft.’
1.8    Op 13 april 2023 heeft een incassomedewerker van het kantoor van verweerder aan de heer V. gemaild dat zal worden overgegaan ‘tot dagvaarden wegens het uitblijven van betaling.’ 
1.9    Op 2 mei 2023 heeft de heer V. aan het kantoor van verweerder onder meer gemaild dat hij nog geen dagvaarding heeft ontvangen, dat het oude kantoor waar Qualinorm gevestigd was is gesloten en dat niemand daar meer aanwezig is. Daarbij heeft de heer V. gevraagd om alle correspondentie en verdere contacten als dagvaardingen aan zijn adres te richten. 
1.10    Op 3 mei 2023 heeft een medewerker van het kantoor van verweerder het door de heer V. doorgegeven adres aan de deurwaarder gemaild met de vraag wat te doen nu in de dagvaarding de adresgegevens van Qualinorm uit het Handelsregister van de Kamer van Koophandel (hierna: KvK) zijn vermeld. Daarop heeft de deurwaarder bericht:
‘We gaan in eerste instantie naar het adres waar ze zijn ingeschreven. Blijkt daar dat ze zijn vertrokken, dan kan altijd nog op het adres van de bestuurder worden gedagvaard.’
1.11    Op 4 mei 2023 heeft Aster Invest Qualinorm laten dagvaarden voor de rechtbank Midden-Nederland.
1.12    Op 31 augustus 2022 heeft de heer V. namens Qualinorm bij de deken een klacht ingediend over verweerder.

2    KLACHT

2.1    De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet. Qualinorm verwijt verweerder het volgende:
a)    verweerder heeft de dagvaarding op 4 mei 2023 bewust laten uitbrengen op het oude, op dat moment niet meer in gebruik zijnde, bedrijfsadres van Qualinorm met de bedoeling dat de dagvaarding Qualinorm niet zou bereiken, zodat zij daartegen geen verweer kon voeren en geen tegenvordering zou kunnen instellen;
b)    verweerder heeft nagelaten om Qualinorm te waarschuwen dat er een dagvaarding was uitgebracht, nadat was gebleken dat de dagvaarding Qualinorm niet had bereikt;
c)    verweerder gebruikt voor zijn kantoor (X Advocaten) een behoorlijk misleidende naam, terwijl er in werkelijkheid maar een advocaat werkzaam is. 
2.2    De voorzitter zal hierna bij de beoordeling op de klachtonderdelen ingaan.

3    VERWEER

3.1    Verweerder voert verweer tegen de klachtonderdelen en betwist dat hij tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. In dat verband voert verweerder aan dat de dagvaarding Qualinorm heeft bereikt, in die zin dat het door de rechtbank verleende verstek namens Qualinorm is gezuiverd en Qualinorm tegen de vordering van Aster Invest verweer heeft gevoerd. Verder voert verweerder aan dat is gecorrespondeerd met het postbusadres van Qualinorm zoals dat is ingeschreven in het Handelsregister van de KvK en dat alle correspondentie ook aan het persoonlijke e-mailadres van de heer V. verstuurd. Verweerder wijst erop dat het aan de bestuurder van een rechtspersoon is om het bezoek- en postadres waaronder de rechtspersoon is ingeschreven in overeenstemming te brengen met de werkelijkheid en dat de heer V. pas op 24 mei 2023 het adres van Qualinorm met terugwerkende kracht vanaf 1 mei 2023 heeft gewijzigd. Tot slot voert verweerder aan dat de deurwaarder na afweging van de doorgegeven adresgegevens van de heer V. kennelijk niet van oordeel was dat op het adres van de heer V. moest worden gedagvaard. 
3.2    De voorzitter zal hierna, waar nodig, op het verweer ingaan.  

4    BEOORDELING

Toetsingsmaatstaf

4.1    De klacht van Qualinorm gaat in alle onderdelen over verweerder als advocaat van de wederpartij van Qualinorm. De advocaat van de wederpartij heeft een ruimte mate van vrijheid om de belangen van zijn cliënte te behartigen op de wijze zoals hem in overleg met zijn cliënte goeddunkt. Deze vrijheid is niet absoluut, maar kan onder meer worden beperkt doordat de advocaat bij de behartiging van de belangen van zijn cliënte de belangen van de wederpartij niet onnodig of onevenredig mag schaden zonder redelijk doel. Daarbij geldt dat de advocaat in het algemeen niet hoeft af te wegen of het voordeel dat hij voor zijn cliënte wil bereiken met de middelen waarvan hij zich bedient, opweegt tegen het nadeel dat hij daarmee aan de wederpartij toebrengt. Wel moet de advocaat zich onthouden van middelen die op zichzelf beschouwd ongeoorloofd zijn of die, zonder dat zij tot enig noemenswaardig voordeel van zijn cliënte strekken, onevenredig nadeel aan de wederpartij toebrengen.

Klachtonderdelen a) en b) zijn kennelijk ongegrond
4.2    Klachtonderdelen a) en b) gaan over de dagvaarding die verweerder namens zijn cliënte heeft uitgebracht. Daarom zal de voorzitter deze klachtonderdelen gezamenlijk beoordelen. 
4.3    De voorzitter is op grond van het klachtdossier van oordeel dat verweerder ten aanzien van de uitgebrachte dagvaarding niet tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld. Uit de overgelegde e-mails blijkt dat de adresgegevens van de heer V. namens verweerder aan de deurwaarder zijn doorgegeven. De deurwaarder heeft hierop gereageerd en kennelijk geoordeeld dat de dagvaarding aan het officiële adres van Qualinorm, zoals dat op 4 mei 2023 nog was vermeld in het Handelsregister, betekend kon worden en niet aan het adres de heer V. Dit is de verantwoordelijkheid van de deurwaarder, verweerder heeft hier verder geen invloed op. Van een bewuste actie of gemene trucjes van verweerder om de dagvaarding niet aan het adres van de heer V. te laten betekenen, zoals Qualinorm heeft gesteld, is dan ook geen sprake. Daarbij wijst de voorzitter erop dat het aan de directie van een vennootschap is om ervoor te zorgen dat in het Handelsregister van de KvK het juiste vestigings- en postadres is vermeld. 
Hoewel het beter was geweest als verweerder een kopie van het exploot van de dagvaarding aan de heer V. had gemaild, levert het feit dat verweerder dat niet heeft gedaan geen klachtwaardig handelen op. In de periode voorafgaand aan de dagvaarding is immers namens verweerder met de heer V. gemaild over een openstaande vordering. Uit deze e-mails blijkt dat de heer V. op de hoogte is gebracht dat tot dagvaarding zou worden overgegaan, hetgeen uiteindelijk op 4 mei 2023 is gebeurd. Uit het klachtdossier leidt de voorzitter af dat de dagvaarding de heer V. uiteindelijk ook heeft bereikt en dat de heer V. namens Qualinorm verweer tegen de vordering heeft gevoerd en een tegenvordering heeft ingesteld. Klachtonderdelen a) en b) zijn dan ook kennelijk ongegrond.
Klachtonderdeel c) is kennelijk niet-ontvankelijk
4.4    Met klachtonderdeel c) verwijt Qualinorm verweerder dat hij voor zijn kantoor (X Advocaten) een behoorlijk misleidende naam gebruikt, terwijl er in werkelijkheid maar een advocaat werkzaam is.
4.5    De voorzitter stelt voorop dat alleen diegene die door het beklaagde handelen of nalaten van de advocaat rechtstreeks in zijn/haar belang is of kan worden getroffen het recht heeft om een klacht in te dienen in de zin van de Advocatenwet. Voor zover in het algemeen belang een tuchtrechtelijke toetsing is vereist, wordt het klachtrecht uitgeoefend door de deken. Naar het oordeel van de voorzitter heeft Qualinorm geen eigen rechtstreeks belang bij de keuze van verweerder om zijn kantoor X Advocaten te noemen. Voor zover hier al over geklaagd kan worden is het aan de deken om in actie te komen. Qualinorm staat daar verder buiten en haar komt ten aanzien van de naam van het kantoor van verweerder daarom geen klachtrecht toe. Klachtonderdeel c) is dan ook kennelijk niet-ontvankelijk. Dit betekent dat de voorzitter dit klachtonderdeel niet inhoudelijk zal beoordelen. 

BESLISSING

De voorzitter verklaart:

- klachtonderdelen a) en b, met toepassing van artikel 46j Advocatenwet, kennelijk ongegrond;
- klachtonderdeel c), met toepassing van artikel 46j Advocatenwet, kennelijk niet-ontvankelijk.

Aldus beslist door mr. P.F.A. Bierbooms, plaatsvervangend voorzitter, bijgestaan door mr. A.E. van Oost als griffier en uitgesproken in het openbaar op 22 april 2024.


Griffier                 Voorzitter

Verzonden op : 22 april 2024