ECLI:NL:TAHVD:2016:180 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 160065

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2016:180
Datum uitspraak: 10-10-2016
Datum publicatie: 11-10-2016
Zaaknummer(s): 160065
Onderwerp: Aanwijzing, subonderwerp: Artikel 13 Advocatenwet: aanwijzing van een advocaat
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Beklag ex artikel 13 Advocaten is ongegrond. Het beoogde doel van klager is kansloos. Er is niet voldaan aan de voorwaarden van artikel 13 Advocatenwet, waaronder de eis van verplichting bijstand door een advocaat.

Beslissing

van 10 oktober 2016   

in de zaak 160065

naar aanleiding van het beklag van:

klager

tegen:

de deken

1    HET VERZOEK ALS BEDOELD IN ART. 13 LID 1 ADVOCATENWET

Klager heeft bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement [plaatsnaam], verder te noemen ‘de deken’, een verzoek ingediend tot aanwijzing van een advocaat zoals bedoeld in artikel 13 lid 1 Advocatenwet. Per brief van 2 februari 2016 heeft de deken dit verzoek afgewezen. In een klaagschrift gedateerd 22 februari 2016 heeft klager zich beklaagd over deze afwijzing.

2    HET GEDING BIJ HET HOF

2.1    Het klaagschrift is op 22 februari 2016 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2    Het hof heeft voorts kennis genomen van:

-    de brief van de deken aan het hof van 25 maart 2016.

3    FEITEN

3.1    Het volgende is komen vast te staan:

3.2    Volgens klager zijn in 2005 drie voertuigen van hem ontvreemd. Klager heeft zich bij brief van 6 juni 2014 tot de deken gewend met het verzoek hem een advocaat aan te wijzen voor het verlenen van rechtsbijstand om de voertuigen geretourneerd te krijgen en de daders te vervolgen en aansprakelijk te stellen. De deken heeft klager bij brief van 5 augustus 2014 laten weten dat hij mr. L aanwees. Mr. L heeft klager per brief van 19 september 2014 bericht dat hij hem niet kon helpen op de wijze die klager wenste omdat sprake is van een heilloze weg. Daartoe heeft mr. Laangegeven het niet zinvol te vinden om bij Justitie aan te dringen op het alsnog in behandeling nemen van de in 2012 door klager gedane aangifte van diefstal vanwege het ontbreken van (voldoende) bewijs en het tijdsaspect. Ook heeft hij laten weten dat een procedure op grond van artikel 12 Wetboek van Strafvordering kansloos is. Mr. L heeft de deken per brief van 6 oktober 2014 van zijn bevindingen in kennis gesteld. Mr. L heeft in zijn brieven van 10 november 2014 en 22 december 2014 aan de deken herhaald dat klager een behandeling van de zaak voorstond die hem kansloos leek. De deken heeft daarop klager bij brief van 24 februari 2015 verzocht zodanig bewijsbaar feitenmateriaal te verstrekken op basis waarvan mr. L kon besluiten de zaak al dan niet (verder) te behartigen, bij gebreke waarvan het mr. L zou vrijstaan niet langer de belangen van klager te behartigen. Deze informatie is niet gekomen. Bij brief van 30 maart 2015 heeft de deken mr. L en klager laten weten dat mr. L de belangenbehartiging mocht staken omdat hij het gestelde doel, retournering van de voertuigen en vervolging van de dader(s), niet (meer) haalbaar achtte.

3.3    Klager heeft de deken bij brief van 13 januari 2016 verzocht om hem een andere advocaat aan te wijzen.

4    BEOORDELING

4.1    Artikel 13 lid 2 Advocatenwet bepaalt dat de deken een verzoek tot aanwijzing vaneen advocaat alleen wegens gegronde redenen kan afwijzen.

4.2    De deken heeft de afwijzing van het verzoek van klager om (andermaal) een advocaat aan te wijzen mede gebaseerd op het oordeel van mr. L dat het geretourneerd krijgen van de voertuigen en het vervolgen en aansprakelijk stellen van de daders, kansloos is. Klager heeft geen nieuwe feiten naar voren gebracht.  De deken heeft daarnaast als grond voor afwijzing aangevoerd dat niet aan de voorwaarden van artikel 13 Advocatenwet is voldaan nu verplichte procesvertegenwoordiging niet is voorgeschreven en evenmin bijstand uitsluitend door een advocaat kan plaatsvinden.

4.3    Met de deken is het hof – gelezen hebbende de brieven van mr. L – van oordeel dat het beoogde doel van klager als kansloos dient te worden ingeschat, temeer daar niet is kunnen blijken wie de auto’s zou kunnen hebben ontvreemd (zoal sprake is geweest van ontvreemding en niet van bijvoorbeeld een fiscaal beslag) en daarvoor vervolgd zou kunnen worden of wie voor de schade aansprakelijk kan worden gehouden, nog daargelaten dat de zaken inmiddels verjaard zullen zijn. Volgens vaste rechtspraak van het hof is in dat geval sprake van een gegronde reden het verzoek af te wijzen (vgl. HvD 4 december 2015, 7565).

4.4    Het hof is bovendien van oordeel dat niet gebleken is van nieuwe feiten of omstandigheden die tot een ander oordeel zouden kunnen leiden.

4.5    Het hof deelt ook het oordeel van de deken dat niet aan de voorwaarden van artikel 13 Advocatenwet is voldaan. Dit artikel geeft de deken uitsluitend de mogelijkheid om een advocaat aan te wijzen in zaken, waarin de vertegenwoordiging door een advocaat verplicht is en de rechtzoekende dus niet zelf, zonder de bijstand van een advocaat, kan procedure. Voor zover klager een procedure op grond van artikel 12 Sv wenst te voeren, geldt dat niet is vereist dat klager wordt bijgestaan door een advocaat. Voor een civiele zaak is geen advocaat vereist bij een schade van minder dan € 25.000,-. Dat de schade van klager dit bedrag overstijgt, heeft het hof niet kunnen vaststellen. De deken heeft het verzoek van klager dan ook terecht afgewezen.

4.6    Het beklag is kennelijk ongegrond zodat het hof geen aanleiding ziet voor een mondelinge behandeling. Het hof zal het beklag van klager tegen de beslissing van de deken ongegrond verklaren.

BESLISSING

Het Hof van Discipline:

verklaart het beklag van klager tegen de beslissing van de Deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement [plaatsnaam] van 2 februari 2016 ongegrond.

Aldus gewezen door mr. W.H.B. den Hartog Jager, voorzitter, mrs. J.C. van Oven, P.T. Gründemann, G. Creutzberg en G.J.L.F. Schakenraad, leden, in tegenwoordigheid van mr. A.N. Kikkert, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 10 oktober 2016.

griffier    voorzitter    

De beslissing is verzonden op 10 oktober 2016.