ECLI:NL:TGDKG:2014:109 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam GDW915.2013

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2014:109
Datum uitspraak: 27-05-2014
Datum publicatie: 18-07-2014
Zaaknummer(s): GDW915.2013
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen: Een berisping
Inhoudsindicatie:   De klacht betreft de toepassing van de beslagvrije voet, het niet adequaat reageren en het uitoefenen van ongeoorloofde druk. Vanwege het meermalen verkeerd berekenen van de beslagvrije voet (de medewerker van de gerechtsdeurwaarder kon zelfs geen uitleg geven hoe de eerste berekening is tot stand gekomen en een andere medewerker is daarna weer de fout ingegaan) en het niet adequaat dan wel traag reageren op de overige verzoeken in de brieven van klager, die duidelijk zijn geformuleerd, acht de Kamer de klacht gegrond. Het is de Kamer overigens niet gebleken dat door de gerechtsdeurwaarder onterechte druk is uitgeoefend. Maatregel van berisping opgelegd.

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beschikking van 27 mei 2014 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer 915.2013 van:

[     ],

wonende te [     ],

klager,

tegen:

[     ],

toegevoegd kandidaat-gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde,

gemachtigde: [     ].

1. Ontstaan en loop van de procedure

Bij brief met bijlagen, ingekomen 12 november 2013, heeft klager een klacht ingediend tegen beklaagde, hierna: de gerechtsdeurwaarder.

Bij brief met bijlagen, ingekomen op 27 december 2013, heeft de gerechtsdeurwaarder op de klacht gereageerd.

De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 15 april 2014 in aanwezigheid van de gemachtigde van de gerechtsdeurwaarder. Klager heeft laten weten niet ter zitting te zullen verschijnen. Van de behandeling ter zitting is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt. De uitspraak is bepaald op 27 mei 2014.

2. De feiten

De gerechtsdeurwaarder heeft ten laste van klager beslag op diens uitkering gelegd. Daarbij is een beslagvrije voet toegepast. Naar aanleiding van verzoeken van klager tot aanpassing van die beslagvrije voet, heeft de gerechtsdeurwaarder deze vanaf oktober 2013 een aantal malen herberekend. Tot tweemaal toe is een verkeerde berekening gemaakt. Klager heeft bij brieven van 1 oktober 2013, 15 oktober 2013 en 11 november 2013 naast aanpassing van de beslagvrije voet ook naar voren gebracht dat hij de oorspronkelijke vordering betwist en hij op grond van zijn omstandigheden een schikking wenst en een rentestop. Voorts heeft hij om een specificatie gevraagd.

3. De klacht

Klager verwijt de gerechtsdeurwaarder - samengevat - dat deze erg onzorgvuldig heeft gehandeld. De beslagvrije voet is niet juist bepaald, op zijn bij herhaling gedane verzoeken is niet ingegaan en er is ongeoorloofde druk uitgeoefend bij het verkrijgen van een akte van cessie. Met dit laatste doelt klager op een maandelijks bedrag van € 20,00 dat door de gemeente (zijn uitkeringsinstantie) aan de gerechtsdeurwaarder, naast de beslaglegging, wordt overgemaakt. Klager is (kennelijk) van mening dat deze extra aflossing door druk van de gerechtsdeurwaarder tot stand is gekomen. De gerechtsdeurwaarder heeft deze betaling ten onrechte niet betrokken bij de berekening van de beslagvrije voet. Klager wenst dat deze betaling stopt.

4. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft erkend dat de beslagvrije voet bij herhaling verkeerd is berekend. De betreffende medewerker kon daarvoor geen verklaring geven en is op de handelwijze aangesproken. Overwogen wordt om de medewerkers een cursus aan te bieden. De gerechtsdeurwaarder betreurt het dat niet op de brieven van klager is ingegaan. De extra maandelijkse betaling betreft kennelijk een machtiging die door klager is verstrekt aan de gemeente. De gerechtsdeurwaarder staat daar buiten. Er is in dit verband geen ongeoorloofde druk uitgeoefend.

5. De beoordeling van de klacht

5.1 Ingevolge artikel 34 van de Gerechtsdeurwaarderswet zijn gerechtsdeurwaarders en kandidaat-gerechtsdeurwaarders onderworpen aan tuchtrechtspraak ter zake van enig handelen of nalaten in strijd met die wet of in strijd met hetgeen een behoorlijk gerechtsdeurwaarder betaamt. Ter beoordeling staat of de handelwijze van de gerechtsdeurwaarder een tuchtrechtelijk verwijtbare gedraging in de zin van dit artikel oplevert.

5.2 Dat geval doet zich hier voor. Vanwege het meermalen verkeerd berekenen van de beslagvrije voet (de medewerker van de gerechtsdeurwaarder kon zelfs geen uitleg geven hoe de eerste berekening is tot stand gekomen en een andere medewerker is daarna weer de fout ingegaan) en het niet adequaat dan wel traag reageren op de overige verzoeken in de brieven van klager, die duidelijk zijn geformuleerd, acht de Kamer de klacht gegrond. Het is de Kamer overigens niet gebleken dat door de gerechtsdeurwaarder onterechte druk is uitgeoefend. Klager heeft dit onderdeel van zijn klacht niet onderbouwd en de gerechtsdeurwaarder heeft dit gemotiveerd weersproken.

5. Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-                     verklaart de klacht gegrond;

-                     legt aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op.

Aldus gegeven door mr. E.R.S.M. Marres, voorzitter, mr. M.S.F. Voskens en

M.W. de Ruijter,  leden, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 27 mei 2014 in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.