ECLI:NL:TADRAMS:2017:150 Raad van Discipline Amsterdam 17-112/A/NH

ECLI: ECLI:NL:TADRAMS:2017:150
Datum uitspraak: 26-06-2017
Datum publicatie: 03-07-2017
Zaaknummer(s): 17-112/A/NH
Onderwerp: Tuchtprocesrecht, subonderwerp: Hoger beroep niet mogelijk
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Ongegrond verzet

Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort  Amsterdam

van 26 juni 2017

in de zaak 17-112/A/NH

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline van 23 maart 2017 op de klacht van:

klager

tegen:

verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief van 26 augustus 2016 heeft klager bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam een klacht ingediend over verweerder. De deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Amsterdam heeft de klacht doorgestuurd naar de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland, die de klacht op 31 augustus 2016 heeft ontvangen.

1.2 Bij brief aan de raad van 9 februari 2017 met kenmerk td/bd/16-328, door de raad ontvangen op 9 februari 2017, heeft de deken de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.3 Bij beslissing van 23 maart 2017 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad (hierna: de voorzitter) de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op 23 maart 2017 is verzonden aan klager.

1.4 Bij brief met bijlage van 7 april 2017, door de raad ontvangen op 10 april 2017, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.5 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 15 mei 2017 in aanwezigheid van partijen.

1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven, alsmede van het verzetschrift van klager van 7 april 2017. Tevens heeft de raad kennisgenomen van de brief met bijlagen van verweerder aan de raad van 20 april 2017, door de raad ontvangen op 24 april 2017, en van de brief met bijlagen van klager aan de raad van 2 mei 2017, door de raad ontvangen op 4 mei 2017.

2 FEITEN EN KLACHT

2.1 Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter. Tegen die weergave komt klager in verzet niet op.

3 VERZET

De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, het volgende in:

3.1 Het door verweerder aan klager gegeven procesadvies is onjuist. De voorzitter heeft het procesadvies van verweerder ten onrechte niet inhoudelijk beoordeeld.

3.2 Verweerder heeft een adviesrapport geschreven over een procedure tegen Microsoft in plaats van, zoals de opdracht was, een voorlopig getuigenverhoor te starten.

4 BEOORDELING

4.1 De raad is van oordeel dat de voorzitter bij de beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klager aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden.

4.2 Nu het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

BESLISSING

De raad van discipline:

 verklaart het verzet ongegrond.

Aldus beslist door mr. Q.R.M. Falger, voorzitter, mrs. S. Wieberdink en C. Wiggers, leden, bijgestaan door mr. S. van Excel als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 26 juni 2017.

Griffier Voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 26 juni 2017 verzonden.