ECLI:NL:TGDKG:2017:31 kamer voor gerechtsdeurwaarders Amsterdam C/13/597606 / DW RK 15/1052

ECLI: ECLI:NL:TGDKG:2017:31
Datum uitspraak: 21-03-2017
Datum publicatie: 31-03-2017
Zaaknummer(s): C/13/597606 / DW RK 15/1052
Onderwerp: Ambtshandelingen (art. 2 Gdw)
Beslissingen: Berisping
Inhoudsindicatie:   Beslagvrije voet. Aanpassen van de beslagvrije voet kan eerst na ontvangst van de verzochte gegevens. De onterecht ingehouden gelden zijn niet tijdig aan klaagster worden gerestitueerd. Dit klachtonderdeel is terecht voorgesteld. Maatregel van berisping opgelegd.    

KAMER VOOR GERECHTSDEURWAARDERS TE AMSTERDAM

Beslissing van 21 maart 2017 zoals bedoeld in artikel 43 van de Gerechtsdeurwaarderswet inzake de klacht met nummer C/13/597606 / DW RK 15/1052 ingediend door:

[     ],

wonende te [     ],

klaagster,

tegen:

[       ],

gerechtsdeurwaarder te [     ],

beklaagde.

Ontstaan en loop van de procedure

Bij klachtenformulier van 16 november 2015 heeft klaagster een klacht ingediend tegen (het kantoor van) beklaagde, hierna de gerechtsdeurwaarder. Bij brief van 9 december 2015 heeft de gerechtsdeurwaarder een verweerschrift ingediend. De klacht is behandeld ter openbare terechtzitting van 17 februari 2017 alwaar klaagster en de gerechtsdeurwaarder zijn verschenen. Van de behandeling ter zitting zijn aantekeningen gemaakt. De uitspraak is bepaald op 21 maart 2017.

1. De feiten

a)     Ten laste van klaagster is loonbeslag gelegd. Klaagster heeft de gerechtsdeurwaarder verzocht rekening te houden met haar zorg- en woonkosten.

b)    Bij brief van 19 maart 2015 heeft de gerechtsdeurwaarder klaagster verzocht om specifieke gegevens omtrent haar woonkosten en zorgkosten.

c)     Medio september 2015 is het beslag opgeheven. Na de opheffing zijn door de werkgever van klaagster nog gelden aan de gerechtsdeurwaarder afgedragen.

d)    Bij e-mail van 19 oktober 2015 heeft een collega van de gerechtsdeurwaarder klaagster bericht dat zij recht had op onterecht geïncasseerde gelden.

e)     Bij e-mail van 6 november 2015 heeft klaagster de gerechtsdeurwaarder bericht dat zij het geld nog steeds niet retour had ontvangen.

f)     Bij brief van 9 december 2015 heeft de gerechtsdeurwaarder klaagster medegedeeld dat de onterechte inhouding op het salaris van klaagster die dag zal worden overgemaakt, aangevuld met een bedrag dat de gerechtsdeurwaarder nog onder zich had.

2. De klacht

Klaagster verwijt de gerechtsdeurwaarder a) bij het bepalen van de beslagvrije voet geen rekening te hebben gehouden met haar zorg- en woonkosten en b) dat ten onterechte ingehouden bedragen nog niet aan klaagster zijn geretourneerd.

3. Het verweer van de gerechtsdeurwaarder

De gerechtsdeurwaarder heeft de klacht deels erkend en voor het overige gemotiveerd bestreden. Voor zover nodig wordt hierna op dat verweer ingegaan.

4. Beoordeling van de klacht

4.1. Op grond van het bepaalde in artikel 34, eerste lid, van de Gerechtsdeurwaarderswet kan een gerechtsdeurwaarderskantoor niet als beklaagde worden aangemerkt. Nu het dossier van klaagster in behandeling is op het kantoor van de gerechtsdeurwaarder, de handelingen waarover wordt geklaagd (deels) zijn verricht door medewerkers en de handelingen kennelijk onder verantwoording van de in aanhef van deze beslissing vermelde gerechtsdeurwaarder vallen, wordt met inachtneming van de uitspraak van het gerechtshof Amsterdam van 12 augustus 2014 (ECLI:NL:GHAMS:2014:3696) deze gerechtsdeurwaarder als beklaagde aangemerkt.

4.2. Ten aanzien van klachtonderdeel a) dient tot uitgangspunt dat een beslagvrije voet eerst kan worden aangepast nadat de gerechtsdeurwaarder beschikt over de juiste gegevens. De gerechtsdeurwaarder heeft klaagster bij e-mail van 19 maart 2015 in de gelegenheid gesteld om hem (specifieke) informatie te verschaffen over haar zorg- en woonlasten teneinde de correcte beslagvrije voet te bepalen. Klaagster heeft ter zitting gesteld dat die gegevens door haar per post naar de gerechtsdeurwaarder zijn verzonden. De gerechtsdeurwaarder heeft aangevoerd dat die stukken niet zijn ontvangen. Bij die stand van zaken kan niet worden vastgesteld dat de verzochte gegevens door de gerechtsdeurwaarder daadwerkelijk zijn ontvangen, zodat het de gerechtsdeurwaarder niet valt te verwijten dat de beslagvrije voet niet opnieuw is berekend. Dit klachtonderdeel treft geen doel.

4.3 Ten aanzien van klachtonderdeel b) geldt dat de gerechtsdeurwaarder er zorg voor dient te dragen dat onterecht ingehouden gelden tijdig aan klaagster worden gerestitueerd. Nu de betaling bijna twee maanden op zich heeft laten wachten kan dit niet als tijdig worden aangemerkt. Dit wordt ook door de gerechtsdeurwaarder erkend. Dit klachtonderdeel is daarom terecht voorgesteld.

5. Op grond van het voorgaande wordt beslist als volgt. De kamer acht termen aanwezig de gerechtsdeurwaarder een maatregel op te leggen. De kamer neemt daarbij in overweging dat de gerechtsdeurwaarder eerst in actie is gekomen na indiening van de klacht. Daarnaast heeft te gelden dat er meer gelden zijn terugbetaald dan alleen het bedrag wat ten onrechte door de werkgever was afgedragen. Die bedragen hadden eerder kunnen worden terugbetaald.  De kamer ziet daarom aanleiding om aan de gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op te leggen.

BESLISSING

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders:

-      verklaart klachtonderdeel 2 b gegrond;

-      legt de gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op;

-      verklaart de klacht voor het overige ongegrond.

Aldus gegeven door mr. M. Nijenhuis, voorzitter, en mr. A. Sissing en A.M. Maas, leden en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 21 maart 2017, in tegenwoordigheid van de secretaris.

Tegen deze beslissing kan binnen dertig dagen na dagtekening van verzending van het afschrift van de beslissing, hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam, Postbus 1312, 1000 BH Amsterdam.