ECLI:NL:TAHVD:2024:129 Hof van Discipline 's Gravenhage 230324
ECLI: | ECLI:NL:TAHVD:2024:129 |
---|---|
Datum uitspraak: | 06-05-2024 |
Datum publicatie: | 07-05-2024 |
Zaaknummer(s): | 230324 |
Onderwerp: |
|
Beslissingen: | Regulier |
Inhoudsindicatie: | Verweerder heeft hoger beroep tegen beslissing raad ingetrokken. Hof bepaalt ingangsdatum schrapping. |
Beslissing van 6 mei 2024 in de zaak 230324
naar aanleiding van het hoger beroep van:
verweerder
tegen:
klager
gemachtigde: mevrouw A.P. Van Houts
1 DE PROCEDURE
Bij de raad van discipline
1.1 De Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden (hierna: de raad) heeft
in de zaak tussen klager en verweerder (zaaknummer: 23-437/AL/OV) een beslissing gewezen
op 16 oktober 2023. In deze beslissing is de klacht van klager gegrond verklaard.
Aan verweerder is de maatregel van schrapping opgelegd. Verder is verweerder veroordeeld
tot betaling van het griffierecht, reiskosten en proceskosten.
Deze beslissing is onder ECLI:NL:TADRARL:2023:245 op tuchtrecht.nl gepubliceerd.
Bij het hof van discipline
1.2 Het beroepschrift van verweerder tegen de beslissing is op 15 november 2023
ontvangen door de griffie van het hof. Verder bevat het dossier van het hof de stukken
van de raad.
1.3 De mondelinge behandeling van deze zaak stond gepland voor de zitting van het
hof van 8 maart 2023. Per e-mail van 6 maart 2024 heeft verweerder het hoger beroep
tegen de beslissing van de raad ingetrokken.
2 KLACHT
2.1 De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet door:
a) klager sinds 2018 niet op de hoogte te houden van zijn werkzaamheden in de voor hem gestarte, althans te starten procedure, waarvoor een toevoeging werd verstrekt;
b) niet inhoudelijk en adequaat te reageren op herhaalde vragen van/namens klager over de ontwikkelingen in het dossier en geen inzage in het dossier te verstrekken.
3 BEOORDELING HOF
3.1 Op 6 maart 2024 heeft verweerder zijn beroep tegen de beslissing van de raad ingetrokken. Het hof stelt vast dat met deze intrekking de beslissing van de raad onherroepelijk is geworden. Ter voorkoming van elk misverstand acht het hof het juist de datum vast te stellen waarop als gevolg van deze intrekking de schrapping uit hoofde van de onherroepelijke geworden uitspraak ingaat. Deze datum wordt bepaald op de tweede dag na deze uitspraak, dus 8 mei 2024. Daaraan doet niet af dat verweerder zich al vrijwillig heeft laten uitschrijven van het tableau.
4 BESLISSING
Het Hof van Discipline:
bepaalt dat de schrapping ingaat op 8 mei 2024.
Deze beslissing is gewezen door mr. J. Blokland, voorzitter, mrs. R. van der Hoeven,
A.P. Wessels, J.H. Brouwer en G.C. Endedijk, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.A.M.
Sinjorgo, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 6 mei 2024.
griffier voorzitter
De beslissing is verzonden op 6 mei 2024.