ECLI:NL:TAHVD:2022:61 Hof van Discipline 's Gravenhage 210255

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2022:61
Datum uitspraak: 25-03-2022
Datum publicatie: 05-04-2022
Zaaknummer(s): 210255
Onderwerp:
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Vereiste communicatie met de cliënt
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Kwaliteit van de dienstverlening
  • Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Grievende uitlatingen
Beslissingen: Regulier
Inhoudsindicatie: Bekrachtiging beslissing van de raad.

BESLISSING

25 maart 2022

in de zaak 210255

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klager

tegen:

verweerder
 

1 DE PROCEDURE BIJ DE RAAD

1.1  Het hof verwijst naar de beslissing van 19 juli 2021 van de Raad van Discipline (hierna: de raad) in het ressort ‘s-Hertogenbosch (zaaknummer: 20-733/DB/LI). In deze beslissing is de klacht van klager ongegrond verklaard.

1.2 Deze beslissing is onder ECLI:NL:TADRSHE:2021:135 op tuchtrecht.nl gepubliceerd.


2 DE PROCEDURE BIJ HET HOF

2.1 Het hoger beroepschrift van klager tegen de beslissing is op 18 augustus 2021 per mail ontvangen door de griffie van het hof.

2.2 Verder bevat het dossier van het hof:
- de stukken van de raad;
- het verweerschrift van verweerder;
- een e-mail met bijlagen van de gemachtigde van klager van 7 januari 2022.
 
2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld tijdens de openbare zitting van 21 januari 2022. Daar is verweerder verschenen. 


3 FEITEN

In de beslissing van de raad zijn onder randnummer 2 de feiten vastgesteld. Er is in hoger beroep geen aanleiding deze feitenvaststelling te wijzigen. De door de raad vastgestelde feiten vormen dus ook in hoger beroep het uitgangspunt bij de beoordeling van de klacht.

4 KLACHT

De klacht houdt, zakelijk weergegeven en voor zover in hoger beroep nog van belang, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat verweerder de belangen van klager niet naar behoren heeft behartigd doordat hij:

(…)

e) zonder onderzoek en ten onrechte aan de advocaat van de wederpartij heeft bevestigd dat   de brief aan de deurwaarder correct was;
(…)


5 BEOORDELING

Het hof ziet op basis van het onderzoek in hoger beroep geen aanleiding om tot een andere beoordeling van de klacht te komen dan die van de raad. Het hof sluit zich aan bij de beoordeling van de raad en neemt die over. Het hof verwerpt de beroepsgronden van verweerder en zal de beoordeling van de raad bekrachtigen.

6 BESLISSING

Het Hof van Discipline:

6.1  bekrachtigt de beslissing van 19 juli 2021 van de Raad van Discipline in het ressort
‘s-Hertogenbosch gewezen onder nummer 20-733/DB/LI.


Deze beslissing is gewezen door mr. E.W. de Groot, voorzitter, mrs. M.L. Weerkamp, P.J.G. van den Boom, R.N.E. Visser en H. Lagas, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.A.M. Sinjorgo, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 25 maart 2022.
 

griffier voorzitter      


De beslissing is verzonden op 25 maart 2022.