ECLI:NL:TAHVD:2020:250 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 200248

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2020:250
Datum uitspraak: 07-12-2020
Datum publicatie: 15-12-2020
Zaaknummer(s): 200248
Onderwerp: Tuchtprocesrecht, subonderwerp: Hoger beroep niet mogelijk
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Voorzittersbeslissing. Beroepschrift buiten de appeltermijn ontvangen. Uit de overgelegde stukken rondom de verzending van het beroepschrift blijkt onvoldoende dat het beroepschrift op tijd en op correcte wijze ter verzending is aangeboden. Niet-ontvankelijk.

BESLISSING                                   

van de voorzitter van

het Hof van Discipline

van 7 december 2020

in de zaak 200248

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klager

tegen:

verweerster

1    HET GEDING IN EERSTE AANLEG

De voorzitter van het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Den Haag (verder: de raad) van 28 september 2020, gewezen onder nummer 20-042/DH/RO, aan partijen toegezonden op 29 september 2020. De raad heeft de klacht in alle onderdelen ontvankelijk verklaard, de onderdelen a, b en c van de klacht gegrond verklaard, de onderdelen d, e en f van de klacht ongegrond verklaard en geoordeeld dat de raad ten aanzien klachtonderdeel g geen bevoegdheid toekomt. Aan verweerster is de maatregel van berisping opgelegd. Verweerster is in de proceskosten veroordeeld.

2    HET GEDING IN HOGER BEROEP

Het beroepschrift d.d. 15 oktober 2020 van klager is op 10 november 2020 door de griffie van het hof ontvangen.

3    DE BEOORDELING

3.1    Uit artikel 56 lid 1 Advocatenwet volgt dat hoger beroep tegen een beslissing van een raad van discipline kan worden ingesteld binnen dertig dagen na de verzending van die beslissing door de raad. In deze zaak heeft de raad de beslissing op 28 september 2020 naar partijen verzonden. Klager kon dus uiterlijk op 27 oktober 2020 hoger beroep instellen bij de griffie van het hof. Het beroepschrift is echter op 10 november 2020 door de griffie ontvangen.

3.2    Klager heeft per e-mail van 10 november 2020 de griffie bericht dat hij die dag telefonisch contact heeft gehad met de griffie van het hof om te vragen wat de status van zijn beroepschrift is. Hij had nog geen reactie van het hof ontvangen. Klager heeft toen van de griffie begrepen dat bij de griffie geen beroepschrift is binnengekomen. Klager stelt dat hij op 15 oktober 2020 zijn beroepschrift naar (de griffie van) het hof heeft gestuurd. Ter onderbouwing daarvan heeft hij enige bewijsstukken meegezonden. Klager geeft daarbij aan dat er op 21 oktober 2020 Corona bij hem is geconstateerd, waardoor hij niet eerder de kans heeft gehad om met het hof contact op te nemen.

3.3    De voorzitter van het hof overweegt het volgende. De door klager toegezonden stukken leveren echter geen toereikend bewijs op dat het beroepschrift op tijd ter griffie van het hof is aangeboden. Uit die stukken kan alleen worden afgeleid dat op 15 oktober 2020 om 12:47 uur twee niet nader omschreven pakketten van 0,182 kg en 0,300 kg bij de Spar (ter verzending) zijn aangeboden waarvoor € 4,82 is betaald. Er is geen informatie dat het hier gaat om een naar de griffie van het hof te verzenden stuk met daarbij horende correcte adresgegevens. Er is evenmin sprake van een aangetekend bewijs of een T&Tcode waaruit kan worden afgeleid dat het dat het stuk op tijd en op correcte wijze ter verzending is aangeboden.

3.4    Nu het beroepschrift door de griffie van het hof eerst op 10 november 2020 is ontvangen, is de beroepstermijn verstreken zodat klager hiermee te laat is. De voorzitter zal het beroep van klager daarom niet-ontvankelijk verklaren.

BESLISSING

De voorzitter van het Hof van Discipline:

- verklaart niet-ontvankelijk het hoger beroep van klager tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Den Haag van 28 september 2020, gewezen onder nummer 20-042/DH/RO.

Aldus beslist door mr. T. Zuidema, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. L.E. Verwey, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 7 december 2020.

griffier                             voorzitter                   

Tegen deze beslissing kan binnen veertien dagen na verzending van het afschrift schriftelijk verzet worden gedaan bij het Hof van Discipline.

De eerste dag van deze termijn van veertien dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van het afschrift. Uiterlijk op de veertiende dag dient Uw verzetschrift in het bezit te zijn van de griffier van het Hof van Discipline. Het gaat mitsdien niet om tijdige verzending van het verzetschrift maar om tijdige ontvangst door de griffie van het Hof van Discipline.

U dient er rekening mee te houden dat verlenging van deze termijn niet tot de mogelijkheden behoort.

Verzet dient te worden ingesteld door middel van een verzetschrift, waarin de gronden voor het verzet zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien.

Het verzetschrift dient in zevenvoud te worden ingediend.

Het Hof van Discipline is gevestigd te Den Haag aan de Kneuterdijk 1.

Het postadres van het Hof van Discipline is: Postbus 85452, 2508 CD Den Haag.

Het telefoonnummer van het Hof van Discipline is: 088 2053777.

De beslissing is verzonden op 7 december 2020.