ECLI:NL:TAHVD:2015:140 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 7303

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2015:140
Datum uitspraak: 18-05-2015
Datum publicatie: 19-05-2015
Zaaknummer(s): 7303
Onderwerp: Tuchtprocesrecht, subonderwerp: Hoger beroep niet mogelijk
Beslissingen: Klacht gegrond, zonder maatregel
Inhoudsindicatie: Klager niet-ontvankelijk in zijn beroep omdat de klacht door de raad geheel gegrond was verklaard.

Beslissing van 18 mei 2015

in de zaak 7303

naar aanleiding van het hoger beroep van:

klager

tegen:

verweerster

1    HET GEDING IN EERSTE AANLEG

Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam (verder: de raad) van 15 september 2014, onder nummer 14-118A, aan partijen toegezonden op 15 september 2014, waarbij een klacht van klager tegen verweerster gegrond is verklaard.

De beslissing is gepubliceerd op tuchtrecht.nl als ECLI:NL: TADRAMS:2014:248.

2    HET GEDING IN HOGER BEROEP

2.1    De memorie waarbij klager van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 10 oktober 2014 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2    Het hof heeft voorts kennis genomen van:

-    de stukken van de eerste aanleg;

-    de antwoordmemorie van verweerster.

2.3    Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 9 maart 2015, waar klager, samen met zijn gemachtigde, en verweerster zijn verschenen.

3    BEOORDELING

Volgens het bepaalde in artikel 56 lid 1 van de Advocatenwet kan de klager, die de klacht heeft ingediend die tot de beslissing van de raad heeft geleid, van die beslissing hoger beroep instellen indien zijn klacht geheel of ten dele ongegrond is verklaard.

Omdat klagers klacht door de raad geheel gegrond is verklaard - en dus niet geheel of ten dele ongegrond - kan klager niet van die beslissing in hoger beroep komen en dient hij niet-ontvankelijk te worden verklaard.

    BESLISSING

Het Hof van Discipline:

verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 15 september 2014, gewezen onder nummer 14-118A.

Aldus gewezen door mr. J.C. van Dijk, voorzitter, mrs. L. Ritzema, J.C. van Oven, I.E.M. Sutorius en M.L.J.C. van Emden-Geenen, leden, in tegenwoordigheid van mr. N.A.M. Sinjorgo, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 18 mei 2015.