ECLI:NL:TAHVD:2014:147 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 7098

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2014:147
Datum uitspraak: 23-06-2014
Datum publicatie: 16-07-2014
Zaaknummer(s): 7098
Onderwerp:
  • Maatregelen, subonderwerp: Schorsing
  • Tuchtprocesrecht, subonderwerp: Hoger beroep niet mogelijk
Beslissingen: Onvoorwaardelijke schorsing
Inhoudsindicatie: Hoger beroep te laat, derhalve niet-ontvankelijk.

Beslissing an 23 juni 2014

in de zaak 7098

naar aanleiding van het hoger beroep van:

verweerder

tegen:

klager

1 HET GEDING IN EERSTE AANLEG

Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden (verder: de raad) van 2 december 2013, onder nummer 13 246, aan partijen toegezonden op 2 december 2013, waarbij een klacht van klager tegen verweerder gegrond is verklaard en de maatregel van schorsing in de uitoefening van de praktijk voor de duur van een maand is opgelegd.

De beslissing is gepubliceerd op tuchtrecht.nl als ECLI:NL:TADRARN:2013:167.

2 HET GEDING IN HOGER BEROEP

2.1 De memorie waarbij verweerder van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 6 januari 2014 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:

- de stukken van de eerste aanleg;

- de antwoordmemorie van klager.

2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 28 april 2014, waar verweerder is verschenen. Verweerder heeft het hof kennis gegeven van het feit dat hij zich per 31 december 2013 heeft laten schrappen van het tableau.

3 BEOORDELING

3.1 Artikel 56 lid 1 van de Advocatenwet bepaalt dat van beslissingen van de raad van discipline gedurende 30 dagen na verzending van de beslissing beroep kan worden ingesteld. Aangezien de beslissing van de raad op 2 december 2013 is toegezonden aan verweerder kon hij op uiterlijk 2 januari 2014 beroep instellen.

3.2 Nu de appelmemorie van verweerder door de griffie van het hof op 6 januari 2014 is ontvangen, derhalve na afloop van voormelde in artikel 56 lid 1 van de Advocatenwet neergelegde termijn, is het beroep niet-ontvankelijk.

 BESLISSING

Het Hof van Discipline:

verklaart verweerder niet-ontvankelijk in zijn beroep tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van 2 december 2013, gewezen onder nummer 13-246.

Aldus gewezen door mr. P.M.A. de Groot-van Dijken, voorzitter, mrs. L. Ritzema, T. Zuidema, W.A.M van Schendel en M. Pannevis, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.F. Schouwink, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 23 juni 2014.