ECLI:NL:TAHVD:2012:YA4488 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 6395
ECLI: | ECLI:NL:TAHVD:2012:YA4488 |
---|---|
Datum uitspraak: | 02-11-2012 |
Datum publicatie: | 16-06-2013 |
Zaaknummer(s): | 6395 |
Onderwerp: |
|
Beslissingen: | Waarschuwing |
Inhoudsindicatie: | Te laat ingediende grieven blijven buiten beschouwing. Klacht over trage dienstverlening gegrond. Waarschuwing. |
Beslissing
van 2 november 2012
in de zaak 6395
naar aanleiding van het hoger beroep van:
verweerder
tegen:
klager
1 HET GEDING IN EERSTE AANLEG
Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s Hertogenbosch (verder: de raad) van 27 februari 2012, onder nummer M 193 2011, aan partijen toegezonden op 28 februari 2012, waarbij een klacht van klager tegen verweerder gegrond is verklaard en de maatregel van enkele waarschuwing is opgelegd.
2 HET GEDING IN HOGER BEROEP
2.1 De memorie waarbij verweerder van deze beslissing in hoger beroep is gekomen, is op 27 maart 2012 ter griffie van het hof ontvangen.
2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van:
- de stukken van de eerste aanleg;
- de antwoordmemorie van klager.
2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 31 augustus 2012, waar klager en verweerder zijn verschenen.
3 KLACHT
De door de raad omschreven klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat:
3.1 Verweerder schiet tekort in de zorg voor zijn cliënt omdat hij weigert activiteiten te ontplooien.
3.2 In 2006 is verzuimd een vordering van € 5.000,- te incasseren, ondanks het feit dat het een duidelijke zaak was.
3.3 Eind 2009 was er een meningsverschil met een klant in Arnhem, waarover klager ook na diverse rappels niets vernam.
3.4 In 2011 (het hof leest verbeterd: 2010) heeft klager opnieuw een incassozaak aan verweerder in behandeling gegeven, die op basis van een toevoeging behandeld zou worden. Ook daarin is niets gebeurd.
4 FEITEN
In overweging 2. heeft de raad vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.
5 BEOORDELING
5.1 Ter zitting heeft klager gesteld niet bedoeld te hebben het in 3.2 omschreven verwijt als klacht aan de tuchtrechter voor te leggen. Het hof zal naar aanleiding van deze mededeling de beslissing van de raad op dit onderdeel vernietigen.
5.2 Verweerder heeft bij de mondelinge behandeling van de zaak bij het hof nieuwe grieven aangevoerd. Aan deze grieven gaat het hof voorbij nu deze niet tijdig, dat wil zeggen binnen 30 dagen na verzending van de beslissing door de raad, bij het hof naar voren zijn gebracht.
5.3 Voor het overige heeft het onderzoek in hoger beroep heeft niet geleid tot andere beschouwingen en gevolgtrekkingen dan die vervat in de beslissing van de raad, waarmee het hof zich verenigt.
5.4 De grieven van verweerder tegen de beslissing van de raad worden verworpen.
5.5 Ofschoon het hof één onderdeel minder gegrond acht dan de raad, acht het met eenparigheid van stemmen de door de raad opgelegde waarschuwing een passende maatregel voor de drie resterende onderdelen.
BESLISSING
Het Hof van Discipline:
- vernietigt de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort ‘s Hertogenbosch van 27 februari 2012, gewezen onder nummer M 193 2011, voor zover daarin klachtonderdeel 3.2 gegrond verklaard is, en verstaat dat op dit klachtonderdeel niet behoeft te worden beslist;
- bekrachtigt die beslissing voor het overige.
Aldus gewezen door mr. C.J.J. van Maanen, voorzitter, mrs. G. Creutzberg, G.W.S. de Groot, A.A.H. Zegers en W.J. van Andel, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.F. Schouwink, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 2 november 2012.