ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0388 Hof van Discipline 's-Hertogenbosch 5504

ECLI: ECLI:NL:TAHVD:2010:YA0388
Datum uitspraak: 12-02-2010
Datum publicatie: 14-03-2010
Zaaknummer(s): 5504
Onderwerp: Tuchtprocesrecht, subonderwerp: Hoger beroep niet mogelijk
Beslissingen: Waarschuwing
Inhoudsindicatie: Geen beroep mogelijk voor klagers tegen beslissing op klachtonderdelen waarbij de onderdelen gegrond zijn verklaard. Niet-ontvankelijk.

12 februari 2010

No.  5504

Hof van Discipline

Beslissing

naar aanleiding van het hoger beroep van

klagers,

tegen:

verweerder.

1. Het geding in eerste aanleg

Het hof verwijst naar de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam (verder: de raad) van 11 mei 2009, onder nummer 08-063H, aan partijen toegezonden op 11 mei 2009, waarbij een klacht van klagers tegen verweerder gegrond is verklaard en de maatregel van enkele waarschuwing is opgelegd.

2. Het geding in hoger beroep

2.1 De memorie waarbij klagers van deze beslissing in hoger beroep zijn gekomen, is op 9 juni 2009 ter griffie van het hof ontvangen.

2.2 Het hof heeft voorts kennis genomen van de stukken van de eerste aanleg.

2.3 Het hof heeft de zaak mondeling behandeld ter openbare zitting van 14 december 2009, waar klagers en namens verweerder de heer Z. zijn verschenen.

3. De klacht

 De klacht houdt zakelijk weergegeven in dat verweerder, in strijd met artikel 46 Advocatenwet, zich in zijn brief van 20 juli 2006 aan de Rechtbank Amsterdam, sector kanton, van een aanhoudende stroom leugens bedient en zich onnodig grievend uitlaat.

4. De feiten

 In overweging 3. heeft de raad vastgesteld van welke feiten in deze procedure wordt uitgegaan. De door de raad vastgestelde feiten, welke niet zijn betwist, vormen ook in hoger beroep het uitgangspunt.

5. De beoordeling

5.1 Volgens het bepaalde in artikel 56 lid 1 van de Advocatenwet kan de klager, die de klacht heeft ingediend die tot de beslissing van de raad heeft geleid, van die beslissing hoger beroep instellen indien zijn klacht geheel of ten dele ongegrond is verklaard.

5.2 Nu klagers klacht door de raad gegrond is verklaard - en dus niet geheel of ten dele ongegrond – kunnen zij, klagers, niet van die beslissing in hoger beroep komen. Het beroep is derhalve niet-ontvankelijk.

6. De beslissing

Het hof:

verklaart klagers niet ontvankelijk in hun hoger beroep tegen de beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Amsterdam van 11 mei 2009 onder nummer 08  063 H.

Aldus gewezen door mr. J.H.C. Schouten, voorzitter, mrs. A. Beker, T.A.W. Sterk, A.D.R.M. Boumans en G.J.S. Bouwens, leden, in tegenwoordigheid van mr. I.F. Schouwink, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 12 februari 2010.