ECLI:NL:TADRSHE:2015:218 Raad van Discipline 's-Hertogenbosch 15-264/DB/LI

ECLI: ECLI:NL:TADRSHE:2015:218
Datum uitspraak: 23-09-2015
Datum publicatie: 09-10-2015
Zaaknummer(s): 15-264/DB/LI
Onderwerp: Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Vrijheid van handelen
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: De geheimhoudingsplicht van een advocaat geldt tegenover zijn cliënt, niet ten opzichte van diens wederpartij. Klacht kennelijk ongegrond.

Beslissing van 23 september 2015

in de zaak 15-264/DB/LI

naar aanleiding van de klacht van:

klager

tegen:

verweerder

De (plaatsvervangend) voorzitter van de raad van discipline (hierna "de voorzitter") heeft kennisgenomen van de brief van de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg van 2 augustus 2015, met kenmerk K 15-022, door de raad ontvangen op 12 augustus 2015 en van de op de daarbij gevoegde inventarislijst vermelde stukken.

1          FEITEN

Voor de beoordeling van de klacht wordt, gelet op de stukken, van de volgende vaststaande feiten uitgegaan.

1.1     Verweerder behartigt sedert 2010 de belangen van de voormalige werkgever van klager in geschillen met klager.

1.2     Mr. Y, advocaat van de huidige werkgever van klager heeft verweerder per e-mail dd. 26 februari 2015 verzocht haar te helpen in een zaak tegen klager.

1.3     Verweerder heeft per e-mail dd. 27 februari 2015 onder meer het volgende aan mr. X geschreven: “Het gegeven dat de heer (…..) thans kennelijk weigert zaken van zijn werkgever af te geven, is in die zin dan ook een herkenbaar patroon.”

1.4     Bij brief van 11 maart 2015 heeft klager zich bij de deken beklaagd over verweerder.

2          KLACHT

2.1     De klacht houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder tuchtrechtelijk verwijtbaar heeft gehandeld als bedoeld in artikel 46 Advocatenwet doordat:

verweerder lukraak informatie heeft verschaft aan de advocaat van de wederpartij van klager, die vervolgens deze informatie heeft gebruikt in een kort geding tegen klager.

3          VERWEER

3.1     Verweerder heeft op verzoek van zijn cliënte aan mr. X informatie verschaft over klager. Mr. X liet verweerder weten dat klager weigerde zaken van zijn werkgever terug te geven. Verweerder heeft in de zaak tegen zijn cliënte eenzelfde gedrag van klager vastgesteld.

3.2     De verstrekte informatie was niet vertrouwelijk en van schending van enige geheimhoudingsplicht was geen sprake. Verweerder heeft zich niet onnodig grievend jegens klager uitgelaten.

4          BEOORDELING

4.1     Klager is verwikkeld in geschillen met twee werkgevers. De geschillen vertonen overeenkomst met elkaar in die zin dat beide betrekking hebben op de teruggave van goederen van klager aan de betreffende werkgevers. Verweerder heeft desgevraagd aan de advocaat van de opvolgende werkgever van klager informatie verschaft betreffende de stand van zaken in de zaak van zijn cliënte tegen klager. Het stond verweerder vrij om in overleg met zijn cliënte de advocaat van de opvolgende werkgever van klager te informeren over de stand van zaken in het geschil van klager met diens cliënte. Verweerder is op grond van de door mr. X aan hem verstrekte informatie tot de conclusie gekomen dat er sprake was van een herkenbaar patroon; dit betreft een constatering naar aanleiding van aan verweerder gepresenteerde feiten.

4.2     De voorzitter volgt klager niet in zijn stelling dat verweerder hiermee zijn geheimhoudingsplicht heeft geschonden. Voor zover hiervan al sprake is geldt de geheimhoudingsplicht van verweerder tegenover zijn cliënte en niet ten opzichte van haar  wederpartij.

4.3     Op grond van het voorgaande zal de voorzitter, met toepassing van artikel 46j Advocatenwet, besluiten dat de klacht kennelijk ongegrond is.

BESLISSING

De voorzitter besluit:

met toepassing van artikel 46j Advocatenwet, dat de klacht kennelijk ongegrond is.

Aldus gegeven door mr. J.K.B. van Daalen, voorzitter, met bijstand van mr. I.J.M. Huysmans-van Opstal, als griffier op 23 september 2015.

Griffier                                                                   Voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 8 oktober 2015

 verzonden aan:

-    klager        

-    verweerder

-    de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Limburg.