ECLI:NL:TADRARL:2023:341 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 22-909/AL/MN
ECLI: | ECLI:NL:TADRARL:2023:341 |
---|---|
Datum uitspraak: | 20-11-2023 |
Datum publicatie: | 28-12-2023 |
Zaaknummer(s): | 22-909/AL/MN |
Onderwerp: |
|
Beslissingen: | Beslissing op verzet |
Inhoudsindicatie: | Verzetbeslissing. De raad verklaart het verzet ongegrond. |
Beslissing van de Raad van Discipline in het ressort Arnhem-Leeuwarden van 20 november
2023
in de zaak 22-909/AL/MN
naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter
van de raad van discipline van 30 januari 2023 op de klacht van:
klager
over
verweerster
1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE
1.1 Op 21 maart heeft klager bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement
Midden-Nederland (hierna: de deken) een klacht ingediend over verweerster.
1.2 Op 16 november 2022 heeft de raad het klachtdossier met kenmerk Z 1851994/FB/SD
van de deken ontvangen.
1.3 Bij beslissing van 30 januari 2023 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de
raad (hierna ook: de voorzitter) de klacht kennelijk ongegrond verklaard.
1.4 Op 27 februari 2023 heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.
1.5 Het verzet is behandeld op de zitting van de raad van 25 september 2023. Daarbij
waren klager en verweerster aanwezig.
1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waartegen het
verzet is gericht, van de stukken waarop de voorzittersbeslissing is gebaseerd en
van het verzetschrift.
2 VERZET
2.1 De gronden van het verzet zijn opgenomen in het verzetschrift van klager.
2.2 Tegen de vaststaande feiten en de klachtomschrijving komt klager in verzet niet
op.
3 FEITEN EN KLACHT
3.1 Voor de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar
de beslissing van de voorzitter.
4 BEOORDELING
4.1 Voordat de raad de klacht inhoudelijk kan beoordelen moet sprake zijn van een
gegrond verzet. Een verzet is alleen gegrond als in redelijkheid moet worden betwijfeld
of de beslissing van de voorzitter juist is. Twijfel kan bijvoorbeeld bestaan als
de voorzitter een verkeerde maatstaf (toetsingsnorm) heeft toegepast of de beslissing
heeft gebaseerd op onjuiste of onvolledige feiten.
4.2 De raad is van oordeel dat de door klager aangevoerde verzetgronden niet slagen;
de voorzitter heeft bij de beoordeling de juiste maatstaf toegepast en heeft rekening
gehouden met alle relevante feiten en omstandigheden van het geval. Ook in de verzetprocedure
is niet vast komen te staan dat verweerster feiten heeft geponeerd waarvan zij wist
of redelijkerwijs kon weten dat deze onjuist waren. Ook is niet gebleken dat verweerster
bewust onjuist vertaalde stukken aan de rechter heeft overgelegd. Dat betekent dat
de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond heeft bevonden.
Omdat het verzet tegen de beslissing van de voorzitter ook verder geen nieuwe gezichtspunten
oplevert, is er geen plaats voor nader onderzoek naar de klacht. De raad zal het verzet
daarom ongegrond verklaren.
BESLISSING
De raad van discipline:
- verklaart het verzet ongegrond.
Aldus beslist door mr. G.F. van den Berg, voorzitter, mrs. M.W. Veldhuijsen en E.H. de Vries, leden, bijgestaan door mr. W.B. Kok als griffier en uitgesproken in het openbaar op 20 november 2023.
Griffier Voorzitter
Verzonden d.d. 20 november 2023