ECLI:NL:TADRARL:2014:157 Raad van Discipline Arnhem-Leeuwarden 13-277

ECLI: ECLI:NL:TADRARL:2014:157
Datum uitspraak: 19-05-2014
Datum publicatie: 10-06-2014
Zaaknummer(s): 13-277
Onderwerp: Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Grievende uitlatingen
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verzet ongegrond.

Beslissing van 19 mei 2014

in de zaak 13-277

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 6 december 2013  op de klacht van:

de heer X

wonende te A

klager

tegen:

mr. Y

advocaat te B

verweerder

1    VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1    Bij brief aan de raad van 11 november 2013 door de raad ontvangen op 13 november 2013, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Gelderland de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2    Bij beslissing van 6 december 2013 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op 6 december 2013 is verzonden aan klager.

1.3    Bij fax van 20 december 2013 door de raad ontvangen op 20 december 2013, is namens klager tijdig verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.4    Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 10 maart 2014 in aanwezigheid van verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.5    De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven, alsmede van het verzetschrift.

2    FEITEN EN KLACHT

2.1    Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter, waartegen klager in verzet in zoverre niet opkomt.

3    VERZET

3.1    In zijn verzetschrift herhaalt klager zijn bezwaren tegen het optreden van verweerder zoals uiteengezet in zijn klachten en licht deze nader toe.

4    BEOORDELING

4.1    De raad is van oordeel dat de voorzitter bij zijn beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klager aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden.

4.2    Nu het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert, is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

BESLISSING

De raad van discipline:

    verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gewezen door mr. K.H.A. Heenk, voorzitter, mrs. B.E.J.M. Tomlow, K.F. Leenhouts, C.J. Lunenberg-Demenint, R.P.F. van der Mark , leden, bijgestaan door mr. A.M. van Rossum als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 19 mei 2014.

griffier    voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 19 mei 2014 per aangetekende brief verzonden aan:

-    klager

en per gewone post aan:

-    verweerder

-    de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement  Gelderland

-    de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Van deze beslissing kan geen hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld.