ECLI:NL:TADRAMS:2015:219 Raad van Discipline Amsterdam 15-062NH

ECLI: ECLI:NL:TADRAMS:2015:219
Datum uitspraak: 07-09-2015
Datum publicatie: 24-09-2015
Zaaknummer(s): 15-062NH
Onderwerp:
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Vereiste communicatie met de cliënt
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Financiën
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Financiën
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verkorte verzetbeslissing. Verzet ongegrond tegen kennelijk ongegrond bevonden klacht over verschuldigde eigen bijdrage.

Beslissing van 7 september 2015

in de zaak 15-062NH

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de voorzitter van de raad van discipline van 9 april 2015 op de klacht van:

klager

tegen:

verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief van 6 mei 2014 heeft klager zich bij de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland over verweerder beklaagd.

1.2 Bij brief aan de raad van 9 maart 2015 met kenmerk 14-152, door de raad ontvangen op 10 maart 2015, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.3 Bij beslissing van 9 april 2015 heeft de voorzitter van de raad (hierna: de voorzitter) de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op

10 april 2015 is verzonden aan klager.

1.4 Bij brief van 23 april 2015 door de raad ontvangen op 24 april 2015, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.5 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 15 juni 2015 in aanwezigheid van klager en verweerder.

1.6 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven, alsmede van het verzetschrift van klager van 23 april 2015.

2 FEITEN EN KLACHT

Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter. Tegen die weergave komt klager in verzet niet op.

3 VERZET

3.1 De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, in dat klager voor één zaak twee maal de eigen bijdrage heeft betaald en verweerder om die reden een bedrag van EUR 64,50 aan klager dient te retourneren.

4 BEOORDELING

4.1 De nieuwe Advocatenwet is van toepassing op klachten die op of na 1 januari 2015 zijn ingediend bij de deken. De onderhavige klacht is voor 1 januari 2015 ingediend bij de deken en wordt door de raad van discipline derhalve behandeld en beoordeeld op grond van de oude Advocatenwet, zoals die tot 1 januari 2015 gold. Waar in deze beslissing naar de Advocatenwet wordt verwezen, wordt de oude Advocatenwet bedoeld.

4.2 De raad is van oordeel dat de voorzitter bij de beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klager aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden.

4.3 Nu het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

BESLISSING

De raad van discipline:

 verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gewezen door mr. D.H. Steenmetser-Bakker, voorzitter, mrs. G. Kaaij, P. van Lingen, M. Middeldorp en B. Roodveldt, leden, bijgestaan door

mr. S.C. Zum Vörde Sive Vörding als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 7 september 2015.

Griffier Voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 7 september 2015 per aangetekende brief verzonden aan:

- klager

- verweerder

en per gewone post aan:

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Holland

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Op grond van artikel 46h lid 4 Advocatenwet kan van deze beslissing geen hoger beroep worden ingesteld.