ECLI:NL:TADRAMS:2013:152 Raad van Discipline Amsterdam 13-177 Noord-Nederland

ECLI: ECLI:NL:TADRAMS:2013:152
Datum uitspraak: 12-11-2013
Datum publicatie: 19-11-2013
Zaaknummer(s): 13-177 Noord-Nederland
Onderwerp:
  • Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Geheimhoudingsplicht
  • Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Vrijheid van handelen
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verzet. Klacht over advocaat wederpartij. Terecht heeft de voorzitter geoordeeld dat verweerder niet in strijd heeft gehandeld met de tussen zijn cliënte en klager overeengekomen geheimhouding, door in zijn brief aan klager te refereren aan voorvallen tijdens de mediation. Verzet ongegrond.  

Beslissing van 12 november 2013

in de zaak 13-177 Noord-Nederland

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline van 18 juli 2013 op de klacht van:

de heer

klager

tegen:

mr.

advocaat te

verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief aan de raad van 23 mei 2013 met kenmerk 2013 KNN 070 heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Nederland de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2 Bij beslissing van 18 juli 2013 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op 18 juli 2013 is verzonden aan klager.

1.3 Bij faxbericht van 30 juli 2013 heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter.

1.4 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 16 september 2013 in aanwezigheid van klager en verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.5 De raad heeft kennisgenomen van de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven, alsmede van het verzetschrift van klaagster van 30 juli 2013.

2 FEITEN EN KLACHT

2.1 Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter, waartegen klager in verzet in zoverre niet opkomt.

3 VERZET

3.1 De gronden van het verzet houden, zakelijk weergegeven, het volgende in.

3.2 Verweerder heeft in strijd met zijn geheimhoudingsplicht gehandeld door in geheimhouding verkregen informatie van zijn cliënte met klager te delen.

4 BEOORDELING

4.1 De raad is van oordeel dat de plaatsvervangend voorzitter bij zijn beoordeling de juiste maatstaf heeft toegepast en voorts acht heeft geslagen op alle relevante omstandigheden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klager aangevoerde gronden niet slagen en heeft de plaatsvervangend voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden.

4.2 Nu het verzet van klager tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

BESLISSING

De raad van discipline:

 verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gewezen door mr. H. Brouwer, voorzitter, mrs. M.A. le Belle, A. de Groot, C. Wiggers en S. Wieberdink, leden, bijgestaan door mr. C.C. Horrevorts als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 12 november 2013.

Griffier voorzitter

Deze beslissing is in afschrift op 12 november 2013 per aangetekende brief verzonden aan:

- klager

en per gewone post aan:

- klager

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Noord-Nederland.     

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Op grond van artikel 46h lid 4 Advocatenwet kan van deze beslissing geen hoger beroep worden ingesteld.