ECLI:NL:TADRAMS:2012:YA2882 Raad van Discipline Amsterdam 11-342H

ECLI: ECLI:NL:TADRAMS:2012:YA2882
Datum uitspraak: 26-06-2012
Datum publicatie: 26-06-2012
Zaaknummer(s): 11-342H
Onderwerp: Wat een behoorlijk advocaat betaamt t.o. de wederpartij, subonderwerp: Grievende uitlatingen
Beslissingen:
Inhoudsindicatie: Verzetzaak. Klacht over advocaat wederpartij. Klager stelt dat advocaat laster over hem heeft verspreid in een door de advocaat geconcipieerd processtuk. Verzet ongegrond.

Beslissing van 26 juni 2012

in de zaak 11-342H

naar aanleiding van het verzet tegen de beslissing van de plaatsvervangend voorzitter van de raad van discipline van 9 januari 2012 op de klacht van:

De heer mr. ir.

klager

tegen:

De heer mr.

advocaat te Haarlem

verweerder

1 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

1.1 Bij brief aan de raad van 14 december 2011 met kenmerk td/md/395, door de raad ontvangen op 15 december 2011, heeft de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Haarlem de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2 Bij beslissing van 9 januari 2012 heeft de plaatsvervangend voorzitter van de raad (hierna: de voorzitter) de klacht kennelijk ongegrond verklaard, welke beslissing op dezelfde datum is verzonden aan klager.

1.3 Bij brief van 18 januari 2012, door de raad per fax ontvangen op dezelfde datum, heeft klager verzet ingesteld tegen de beslissing van de voorzitter.

1.4 Het verzet is behandeld ter zitting van de raad van 25 april 2012 in aanwezigheid van verweerder. Van de behandeling is proces-verbaal opgemaakt.

1.5 De raad heeft kennisgenomen van:

- de beslissing van de voorzitter waarvan verzet en van de stukken waarop

 de beslissing blijkens de tekst daarvan is gegeven;

- het verzetschrift van klager d.d. 18 januari 2012;

- twee brieven van klager d.d. 16 april 2012.

2 FEITEN EN KLACHT

2.1 Voor een weergave van de vaststaande feiten en de omschrijving van de klacht verwijst de raad naar de beslissing van de voorzitter, waartegen klager in verzet in zoverre niet opkomt.

3 VERZET

3.1 Voor de gronden van het verzet verwijst de raad naar de omschrijving in klagers verzetschrift (p.87 klachtdossier), waarin staat vermeld:

"[Verweerder] heeft - kennelijk handelend volgens het adagium "wie betaalt, bepaalt", hetgeen hij nog eens heeft bevestigd door het verweer dat hij in deze klachtenprocedure heeft aangevoerd - medewerking verleend aan het publiekelijk verspreiden van deze lasterlijke aantijging jegens mij, en heeft zich aldus tot medepleger gemaakt van het misdrijf van art. 262 Wetboek van strafrecht."

4 BEOORDELING

4.1 De raad verenigt zich met het oordeel van de voorzitter dat de grenzen aan de aan verweerder toekomende beleidsvrijheid niet zijn overschreden. Voorts heeft de voorzitter acht geslagen op alle relevante omstandig¬heden van het geval. Naar het oordeel van de raad kunnen de door klager aangevoerde gronden niet slagen en heeft de voorzitter de klacht terecht en op juiste gronden kennelijk ongegrond bevonden.

4.2 Nu het verzet van klager tegen de beslissing van de voorzitter ook overigens geen nieuwe gezichtspunten oplevert is er geen plaats voor verder onderzoek naar de klacht en moet het verzet ongegrond worden verklaard.

4.3 Overigens merkt de raad op dat hij de formulering die verweerder in het in de zaak bij de rechtbank Haarlem opgestelde verweerschrift d.d. 10 augustus 2011 heeft gehanteerd, namelijk dat sprake zou zijn van een "moedwillige misvatting" door klager, minder gelukkig acht. Hetzelfde resultaat had kunnen worden bereikt met gebruik van andere woorden. Dat laat het oordeel van de raad zoals hierboven is weergegeven echter onverlet.

  BESLISSING

De raad van discipline:

verklaart het verzet ongegrond.

Aldus gewezen door mr. J. Blokland, voorzitter, mrs. S.M. Gaasbeek-Wielinga, A.G. van Marwijk Kooy, J.H.P. Smeets, B.J. Sol, leden, bijgestaan door

mr. M.J.E. van den Bergh als griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 26 juni 2012.

griffier voorzitter                     

Deze beslissing is in afschrift op 26 juni 2012 per aangetekende brief verzonden aan:

- klager

- verweerder

- de deken van de Orde van Advocaten in het arrondissement Haarlem

- de deken van de Nederlandse Orde van Advocaten.

Van deze beslissing kan geen hoger beroep bij het Hof van Discipline worden ingesteld.