ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1964 Raad van Discipline Amsterdam 10-441A

ECLI: ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1964
Datum uitspraak: 05-09-2011
Datum publicatie: 12-09-2011
Zaaknummer(s): 10-441A
Onderwerp: Zorg voor de cliënt, subonderwerp: Financiën
Beslissingen:
Inhoudsindicatie:  aanzegging van rechtsmaatregelen bij niet betaling declaratie  tuchtrechtelijk laakbaar? - klacht ongegrond

 RAAD VAN DISCIPLINE

in het ressort Amsterdam

BESLISSING d.d. 5 september 2011

in de zaak 10-441A

De raad heeft het volgende overwogen en beslist naar aanleiding van de klacht van:

de heer,klager sub 1

klaagster sub 2

k l a g e r s

tegen

de heer mr.

v e r w e e r d e r .

1. Verloop van de procedure

1.1 Bij brief van 9 december 2010, door de raad ontvangen op 10 december 2010, heeft de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Amsterdam de klacht ter kennis van de raad gebracht.

1.2 De klacht is behandeld ter zitting van de raad op 20 juni 2011. Aanwezig waren klager sub 1 en verweerder.

1.3 De raad heeft kennis genomen van de in 1.1 genoemde brief van de deken aan de raad en van de stukken die vermeld zijn in de bij de brief gevoegde inventarislijst alsmede van de brief van 4 januari 2011 van klagers.

1.4 Van de zitting van 20 juni 2011 is proces-verbaal opgemaakt.

2 Klacht

De klacht houdt zakelijk weergegeven in dat verweerder in strijd heeft gehandeld met artikel 46 Advocatenwet doordat verweerder klagers in een brief heeft geïntimideerd. Verweerder heeft dit gedaan door aan te kondigen dat bij gebreke van betaling van een factuur van verweerder, klagers in rechte zouden worden betrokken. 

 3. Feiten

3.1. Verweerder heeft klagers op 17 november 2009 thuis bezocht in verband met een gesprek over een juridisch geschil betreffende het huis van klagers jegens een aannemer. Bij dit geschil waren ook de buren van klagers betrokken.

3.2. Verweerder verzond klagers bij mailbericht van 29 november 2009 een opdrachtbevestiging met het verzoek aan klagers deze te ondertekenen en te retourneren.

3.3. Op 30 november 2009 berichtte klager sub 1 aan verweerder dat hij in overleg met buren was over de te maken keuze ter zake van het verlenen van rechtsbijstand.

3.4. Op 3 december 2009 berichtte klager sub 1 dat buren geen akkoord hadden gekregen voor het inzetten van verweerder als advocaat en dat klagers zich hierbij aan dienden te sluiten.

3.5. Verweerder stuurde op 31 december 2009 een factuur voor een bedrag van € 1.199,52 voor door hem verrichtte werkzaamheden.

3.6. Klagers stuurden op 15 januari 2010 een brief naar verweerder waarin zij stelden zich niet tot betaling van de factuur gehouden te achten gezien de wijze waarop het contact met verweerder was verlopen en deze als niet verzonden te beschouwen.

3.7. Op 29 januari 2010 stuurde verweerder een brief naar klagers waarin hij onder meer stelde: 

   “Ik vind deze situatie vervelend, voornamelijk vanwege het feit dat wij elkaar via het persoonlijke netwerk kennen. Ik vind jullie houding in deze echter onbehoorlijk en volstrekt onacceptabel. Jullie hebben mij aan het werk gezet, met mij daarover gecommuniceerd en mijn adviezen gebruikt. Thans weigeren jullie daarvoor te betalen.

 Gelukkig ken ik jullie niet te goed om jullie niet in rechte te zullen betrekken.

 Ik verzoek je de openstaande declaratie binnen vijf werkdagen na heden te voldoen: bij uitblijven daarvan zal ik genoodzaakt zijn jullie in rechte te betrekken ( doen dagvaarden) en zekerheid te doen stellen voor de verhaalbaarheid van mijn vordering.“

3.8. Op 7 februari 2010 dienden klagers de onderhavige klacht bij de deken van de orde van advocaten te Amsterdam in.

4. Beoordeling van de klachten

4.1. De raad is van oordeel dat de aankondiging door verweerder dat klagers in rechte zullen worden betrokken wanneer de factuur van verweerder door klagers niet zal worden betaald, niet tuchtrechtelijk laakbaar is.

4.2. De aankondiging van verweerder dat bij niet betaling van zijn facturen tot het nemen van rechtsmaatregelen zou worden overgegaan is op zichzelf beschouwd niet ongeoorloofd. Verweerder moest immers op enig moment aankondigen dat bij niet betaling tot het nemen van rechtsmaatregelen zou worden overgegaan. Daarnaast  is de aankondiging in het licht van de omstandigheden ook niet inadequaat gezien de brief van klagers van 15 januari 2010 waarin door klagers werd bericht dat de factuur van verweerder als niet verzonden zou worden beschouwd.

4.3. Dit leidt tot de conclusie dat de klacht ongegrond is.

BESLISSING:

De raad van discipline verklaart de klacht ongegrond.

Aldus gewezen en uitgesproken ter openbare zitting van 5 september 2011 door mr. H. Brouwer, voorzitter, mr. M.A. Le Belle, mr. A. Gerritsen-Bosselaar, mr. B.E. van der Molen, mr. D.J.S. Voorhoeve, en mr. P.H. Burger als griffier.

voorzitter      griffier

Deze beslissing is in afschrift op 5 september 2011 per aangetekende brief verzonden aan:

- klagers

- verweerder

- de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Amsterdam

- de deken van de Nederlandse orde van advocaten.

Van deze beslissing kan hoger beroep bij het hof van discipline worden ingesteld door:

- klagers

- verweerder

- de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Amsterdam

- de deken van de Nederlandse orde van advocaten.

Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.

De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het hof van discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.

De appelmemorie kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het hof van discipline:

a.  Per post

Het postadres van de griffie van het hof van discipline is: Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek.

b.      Bezorging

De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.

Bezorging kan uitsluitend plaatsvinden op de gebruikelijke werkdagen tijdens de gebruikelijke kantooruren.

c.      Per fax

Het faxnummer van het hof van discipline is 076 -548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dienen de originele stukken per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof in het vereiste aantal.

d. Telefonische informatie

076-548 4607