ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1686 Raad van Discipline Amsterdam 11-064A
ECLI: | ECLI:NL:TADRAMS:2011:YA1686 |
---|---|
Datum uitspraak: | 06-06-2011 |
Datum publicatie: | 06-06-2011 |
Zaaknummer(s): | 11-064A |
Onderwerp: |
|
Beslissingen: | Berisping |
Inhoudsindicatie: | Dekenbezwaar tegen een advocaat die bij herhaling niet reageert op brieven van de deken. De deken wilde bemiddelen tussen verweerder en een andere advocaat over een financiële kwestie. Maar verweerder reageert niet. Verweerder verschijnt ook niet ter zitting en de raad acht het bezwaar gegrond. Maatregel berisping. |
RAAD VAN DISCIPLINE
in het ressort Amsterdam
BESLISSING d.d. 6 juni 2011
in de zaak 11-064 A
_________________________
De raad heeft het volgende overwogen en beslist naar aanleiding van het op 4 maart 2011 binnengekomen bezwaar van:
De heer mr. G.J. Kemper
Deken van de Amsterdamse Orde van Advocaten
Postbus 57590
1040 BL AMSTERDAM
k l a g e r
tegen
De heer mr.
v e r w e e r d e r
1. Verloop van de procedure
1.1. Bij brief van 3 maart 2011, door de raad ontvangen op 4 maart 2011, heeft de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Amsterdam het bezwaar ter kennis van de raad gebracht.
1.2. Het bezwaar is behandeld ter zitting van 30 maart 2011. Verweerder is niet verschenen. Namens de deken is stafjurist mevrouw mr. C.E.A. de Boer-Wagenvoort verschenen. Van de behandeling is proces- verbaal opgemaakt.
1.3. De raad heeft kennisgenomen van:
de in paragraaf 1.1 genoemde brief van de deken aan de raad, en van de stukken genummerd 1 t/m 4, genoemd op de bij die brief gevoegde inventarislijst.
2. Bezwaar
Het bezwaar houdt, zakelijk weergegeven, in dat verweerder ten onrechte in het geheel niet reageert op de verzoeken van de deken en daarmee de deken belemmert in het uitvoeren van zijn taak.
3. Feiten
Voor de beoordeling van het bezwaar kan, gelet op de stukken en op hetgeen ter zitting is verklaard, van het volgende worden uitgegaan:
3.1 Een advocaat uit Amsterdam, mr. N. heeft verweerder op 7 juni 2010 een declaratie terzake een opvolgingsvergoeding gestuurd. Verweerder heeft niet op deze declaratie en de daaropvolgende drie betalingsherinneringen gereageerd. Mr. N. heeft de Amsterdamse deken bij brief van 31 december 2010 verzocht te bemiddelen. Na het verzoek tot bemiddeling door de deken heeft verweerder niet gereageerd op brieven van de deken van 7 januari 2011, van 2 februari 2011 en van 16 februari 2011. Daarop heeft de deken besloten een dekenbezwaar tegen verweerder in te dienen bij de raad. De deken is van mening dat hij door het stilzwijgen van verweerder wordt belemmerd in zijn taak.
4. Beoordeling van het bezwaar
4.1 Vooropgesteld dient te worden dat een advocaat gehouden is zijn medewerking te verlenen aan een onderzoek door de deken. Door in het geheel niet te reageren op brieven van het bureau van de deken handelt verweerder laakbaar.
4.2 Verweerder heeft eveneens niet gereageerd op de oproeping door de raad, noch is hij ter zitting verschenen. De raad acht het bezwaar gegrond.
5. Maatregel
De raad acht de maatregel van berisping, mede gelet op het tuchtrechtelijke verleden van verweerder, passend en geboden.
BESLISSING:
de raad van discipline:
• verklaart het bezwaar gegrond;
• legt op aan verweerder de maatregel van een berisping.
Aldus gewezen en uitgesproken ter openbare zitting van 6 juni 2011 door mrs. J. Blokland, voorzitter, mrs. B.E. van der Molen, B. Roodveldt, B.J. Sol, M.J. Westhoff leden, met bijstand van mr. S. Le Noble als griffier.
Voorzitter Griffier
Deze beslissing is in afschrift op 6 juni 2011 per aangetekende brief verzonden aan:
• verweerder
• de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Amsterdam
• de deken van de Nederlandse orde van advocaten.
Van deze beslissing kan hoger beroep bij het hof van discipline worden ingesteld door:
• verweerder
• de deken van de orde van advocaten in het arrondissement Amsterdam
• de deken van de Nederlandse orde van advocaten
Het hoger beroep moet binnen een termijn van 30 dagen na verzending van de beslissing worden ingesteld door middel van indiening van een beroepschrift, waarin de gronden van het beroep zijn vermeld en van een motivering zijn voorzien. Het beroepschrift moet in zevenvoud worden ingediend tezamen met zes afschriften van de beslissing waarvan beroep.
De eerste dag van de termijn van 30 dagen is de dag volgend op de dag van de verzending van de beslissing. Uiterlijk op de dertigste dag van die termijn moet het beroepschrift dus in het bezit zijn van de griffie van het hof van discipline. Verlenging van de termijn van 30 dagen is niet mogelijk.
De appelmemorie kan op de volgende wijzen worden ingediend bij het hof van discipline:
a. Per post
Het postadres van de griffie van het hof van discipline is: Postbus 132, 4840 AC Prinsenbeek.
b. Bezorging
De griffie is gevestigd aan het adres Markt 44, 4841 AC Prinsenbeek.
Bezorging kan uitsluitend plaatsvinden op de gebruikelijke werkdagen tijdens de gebruikelijke kantooruren.
c. Per fax
Het faxnummer van het hof van discipline is 076 -548 4608. Tegelijkertijd met de indiening per fax dienen de originele stukken per post te worden toegezonden aan de griffie van het hof in het vereiste aantal.
d. Telefonische informatie
076-548 4607.